De sterkte van een spanningsbron heet de spanning.
De eenheid van spanning volt (V).
Een elektrische stroom loopt van de pluspool naar de minpool van de spanningsbron.
De eenheid van stroomsterkte is ampère (A).
Het meetbereik is het gebied waarin gemeten kan worden.
Alle onderdelen zitten in dezelfde stroomkring.
Als één onderdeel kapot is, werken de andere onderdelen ook niet meer.
Elk onderdeel zit in een aparte stroomkring.
Als één onderdeel kapot is, blijven de andere onderdelen werken.
Eenheden van energie zijn joule (J) en kilowattuur (kWh).
Kilowattuur wordt gebruikt om het elektriciteitsverbruik te meten.
Het vermogen is de energie die in één seconde wordt verbruikt.
De eenheid van vermogen is watt (W).
1 Lading
Een elektrische stroom is bewegende lading die energie transporteert.
Lading wordt uitgedrukt in coulomb (C).
onderdeel schakelsymbool
1 Stroomsterkte
De stroomsterkte (in ampère) is de hoeveelheid lading (in coulomb) die in één seconde passeert.
Stroomsterkte meet je met een ampèremeter. Een ampèremeter moet je in serie aansluiten.
Serieschakeling: De stroomsterkte is overal even groot.
Ibron = I1 = I2
Hierin is:
Ibron de stroomsterkte die uit de spanningsbron komt in ampère (A)
I1 de stroomsterkte door onderdeel 1 in ampère (A)
I2 de stroomsterkte door onderdeel 2 in ampère (A)
Parallelschakeling:
De stroomsterkte die uit de spanningsbron komt, is gelijk aan de som van de stroomsterkten in de vertakkingen.
Ibron = I1 + I2
Hierin is:
Ibron de stroomsterkte die uit de spanningsbron komt in ampère (A)
I1 de stroomsterkte door onderdeel 1 in ampère (A)
I2 de stroomsterkte door onderdeel 2 in ampère (A)
1 Weerstanden
De weerstand geeft aan hoe moeilijk een elektrische stroom door een stukje materiaal gaat.
De eenheid van weerstand is ohm (Ω).
Draadgewonden weerstand
De weerstand van een metalen draad hangt af van:
1 De soort metaal – De soortelijke weerstand van een metaal geeft aan hoe goed een metaal geleidt.
2 De lengte – Een langere draad heeft een grotere weerstand.
3 De doorsnede – Een draad met een grotere doorsnede heeft een kleinere weerstand.
De weerstand van een koolweerstand wordt bepaald door de koolstoflaag.
Een LDR heeft weinig weerstand als er veel licht opvalt.
Een NTC-weerstand heeft weinig weerstand als de temperatuur hoog is.
Van een regelbare weerstand kun je de weerstand groter of kleiner maken.
1 Weerstand berekenen
De weerstand van een metalen draad kun je berekenen met de formule:
R = ρ∙ l
A
Hierin is:
R de weerstand in ohm (Ω)
ρ de soortelijke weerstand in ohm vierkante millimeter per meter (Ω·mm 2/m)
l de lengte in meter (m)
A de doorsnede in vierkante millimeter (mm2)
1 Schakelsymbolen
De eenheid van spanning volt (V).
Een elektrische stroom loopt van de pluspool naar de minpool van de spanningsbron.
De eenheid van stroomsterkte is ampère (A).
Het meetbereik is het gebied waarin gemeten kan worden.
Alle onderdelen zitten in dezelfde stroomkring.
Als één onderdeel kapot is, werken de andere onderdelen ook niet meer.
Elk onderdeel zit in een aparte stroomkring.
Als één onderdeel kapot is, blijven de andere onderdelen werken.
Eenheden van energie zijn joule (J) en kilowattuur (kWh).
Kilowattuur wordt gebruikt om het elektriciteitsverbruik te meten.
Het vermogen is de energie die in één seconde wordt verbruikt.
De eenheid van vermogen is watt (W).
1 Lading
Een elektrische stroom is bewegende lading die energie transporteert.
Lading wordt uitgedrukt in coulomb (C).
onderdeel schakelsymbool
1 Stroomsterkte
De stroomsterkte (in ampère) is de hoeveelheid lading (in coulomb) die in één seconde passeert.
Stroomsterkte meet je met een ampèremeter. Een ampèremeter moet je in serie aansluiten.
Serieschakeling: De stroomsterkte is overal even groot.
Ibron = I1 = I2
Hierin is:
Ibron de stroomsterkte die uit de spanningsbron komt in ampère (A)
I1 de stroomsterkte door onderdeel 1 in ampère (A)
I2 de stroomsterkte door onderdeel 2 in ampère (A)
Parallelschakeling:
De stroomsterkte die uit de spanningsbron komt, is gelijk aan de som van de stroomsterkten in de vertakkingen.
Ibron = I1 + I2
Hierin is:
Ibron de stroomsterkte die uit de spanningsbron komt in ampère (A)
I1 de stroomsterkte door onderdeel 1 in ampère (A)
I2 de stroomsterkte door onderdeel 2 in ampère (A)
1 Weerstanden
De weerstand geeft aan hoe moeilijk een elektrische stroom door een stukje materiaal gaat.
De eenheid van weerstand is ohm (Ω).
Draadgewonden weerstand
De weerstand van een metalen draad hangt af van:
1 De soort metaal – De soortelijke weerstand van een metaal geeft aan hoe goed een metaal geleidt.
2 De lengte – Een langere draad heeft een grotere weerstand.
3 De doorsnede – Een draad met een grotere doorsnede heeft een kleinere weerstand.
De weerstand van een koolweerstand wordt bepaald door de koolstoflaag.
Een LDR heeft weinig weerstand als er veel licht opvalt.
Een NTC-weerstand heeft weinig weerstand als de temperatuur hoog is.
Van een regelbare weerstand kun je de weerstand groter of kleiner maken.
1 Weerstand berekenen
De weerstand van een metalen draad kun je berekenen met de formule:
R = ρ∙ l
A
Hierin is:
R de weerstand in ohm (Ω)
ρ de soortelijke weerstand in ohm vierkante millimeter per meter (Ω·mm 2/m)
l de lengte in meter (m)
A de doorsnede in vierkante millimeter (mm2)
1 Schakelsymbolen
