Homologe chromosomen De twee chromosomen die
samen een paar vormen
Karyogram Een overzichtelijke
rangschikking van
chromosomen
Autosomen De gewone chromosomen.
Chromosomenparen 1 t/m 22.
De vorm en grootte zijn twee
aan twee gelijk
Geslachtschromosomen Bepaalt het geslacht. Laatste
chromosomenpaar
Karyotype Je beschrijft hierin het aantal
chromosomen. Het geslacht en
eventuele afwijkingen noem je
apart. Bijv. 46, XX
Trisomie Drie chromosomen van een
bepaald nummer
Gen Dergelijke informatie voor een
bepaalde eigenschap
Genoom Alle genen samen
Fenotype Resultaat van het samenspel
tussen erfelijke factoren en het
milieu. Je uiterlijk.
Aangeboren Eigenschappen die bij de
geboorte al aanwezig zijn
Allelen Varianten van hetzelfde gen
Emergente eigenschap Eigenschap die is nieuws is, iets
extra’s. Iets wat je niet
verwacht als je alle betrokken
factoren apart bekijkt. Je kunt
hem niet afleiden uit het DNA
en ook niet uit de gezamenlijke
eigenschappen van de botten,
spieren en zenuwen. Het zit
, hem in de combinatie.
Genotype Je allelen voor bepaalde
eigenschappen
Tweelingonderzoek Onderzoekers bepalen d.m.v.
tweelingonderzoek wat de
bijdrage is van het genotype en
milieu aan de ontwikkeling van
een eigenschap
Dominant Overheersende allel
Recessief Niet overheersende allel, je
hebt hier dus twee van nodig
om die eigenschap te krijgen
Stamboom Geeft een overzicht van de
overerving van een bepaalde
eigenschap in een familie.
Vrouw: rondje, man: vierkant.
Als de eigenschap aanwezig is:
ingekleurd
Homozygoot Twee gelijke allelen
Heterozygoot Twee verschillende allelen
Drager Als mensen heterozygoot zijn
voor een eigenschap, zij dragen
dan ook het recessieve allel met
zich mee
P Oudergeneratie
F1 De eerste generatie
nakomelingen (van de ouders)
F2 Nakomelingen van F1 generatie
Kruisingsschema Schema waarin je alle gegevens
van een kruising volgens een
vast schema bij elkaar zet
Monohybride kruising Kruisingsschema die gaat over
één eigenschap
samen een paar vormen
Karyogram Een overzichtelijke
rangschikking van
chromosomen
Autosomen De gewone chromosomen.
Chromosomenparen 1 t/m 22.
De vorm en grootte zijn twee
aan twee gelijk
Geslachtschromosomen Bepaalt het geslacht. Laatste
chromosomenpaar
Karyotype Je beschrijft hierin het aantal
chromosomen. Het geslacht en
eventuele afwijkingen noem je
apart. Bijv. 46, XX
Trisomie Drie chromosomen van een
bepaald nummer
Gen Dergelijke informatie voor een
bepaalde eigenschap
Genoom Alle genen samen
Fenotype Resultaat van het samenspel
tussen erfelijke factoren en het
milieu. Je uiterlijk.
Aangeboren Eigenschappen die bij de
geboorte al aanwezig zijn
Allelen Varianten van hetzelfde gen
Emergente eigenschap Eigenschap die is nieuws is, iets
extra’s. Iets wat je niet
verwacht als je alle betrokken
factoren apart bekijkt. Je kunt
hem niet afleiden uit het DNA
en ook niet uit de gezamenlijke
eigenschappen van de botten,
spieren en zenuwen. Het zit
, hem in de combinatie.
Genotype Je allelen voor bepaalde
eigenschappen
Tweelingonderzoek Onderzoekers bepalen d.m.v.
tweelingonderzoek wat de
bijdrage is van het genotype en
milieu aan de ontwikkeling van
een eigenschap
Dominant Overheersende allel
Recessief Niet overheersende allel, je
hebt hier dus twee van nodig
om die eigenschap te krijgen
Stamboom Geeft een overzicht van de
overerving van een bepaalde
eigenschap in een familie.
Vrouw: rondje, man: vierkant.
Als de eigenschap aanwezig is:
ingekleurd
Homozygoot Twee gelijke allelen
Heterozygoot Twee verschillende allelen
Drager Als mensen heterozygoot zijn
voor een eigenschap, zij dragen
dan ook het recessieve allel met
zich mee
P Oudergeneratie
F1 De eerste generatie
nakomelingen (van de ouders)
F2 Nakomelingen van F1 generatie
Kruisingsschema Schema waarin je alle gegevens
van een kruising volgens een
vast schema bij elkaar zet
Monohybride kruising Kruisingsschema die gaat over
één eigenschap