100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Journalistieke cultuur in Nederland Hfstk 4, 11, 15, 16, 18

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
22
Geüpload op
23-11-2021
Geschreven in
2021/2022

De journalistiek is in crisis. Krantenlezers lopen weg, televisiekijkers kijken anders en internet en sociale media verbinden alles en iedereen. En de gebruiker kiest zijn eigen weg. In deze veranderende mediawereld moet de journalistiek zich opnieuw uitvinden. De toekomst is aan journalisten die in de nieuwe, vloeibare wereld creatieve innovatie kunnen koppelen aan slim ondernemerschap. 'Journalistieke cultuur in Nederland' blikt in een volledig vernieuwde uitgave voor- en achteruit. De disruptieve technologie van nieuwe media dwingt de journalistiek tot andere verdienmodellen en professionele waarden. Grote vragen staan nu en in de nabije toekomst centraal. Hoe kan de journalistiek relevant blijven voor de ongeduldige gebruiker? Kunnen onafhankelijkheid, objectiviteit en betrouwbaarheid overeind blijven? Hoe verhouden journalistiek, politiek en democratie zich als nationale media plaatsmaken voor wereldbedrijven als Facebook en Google? In deze samenvatting worden hoofdstuk 4, 11, 15, 16 en 18 volledig behandeld

Meer zien Lees minder










Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
Hoofdstuk 4, 11, 15, 16, 18
Geüpload op
23 november 2021
Aantal pagina's
22
Geschreven in
2021/2022
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Samenvatting Journalistieke cultuur in Nederland Hoofdstuk 11, 4, 15, 16,
18

Inhoudsopgave
Samenvatting Journalistieke cultuur in Nederland Hoofdstuk 11, 4, 15, 16, 18................................................1

11.Mediamacht – Rens Vliegenthart.............................................................................................................. 2
Theorievorming over media-effecten...................................................................................................................2
De invloed van media op het publiek...................................................................................................................3
De invloed van media op de politiek....................................................................................................................4
Conclusie...............................................................................................................................................................5

4. Voorbij de gouden eeuw............................................................................................................................ 6
Het belang van innovatie.....................................................................................................................................6
De gouden twintigste eeuw en de gratis revolutie..............................................................................................6
Landelijke pluriformiteit – regionale monopolies................................................................................................6
Innovaties: gratis, print en digitaal......................................................................................................................7
De digitale revolutie.............................................................................................................................................8
De toekomst.........................................................................................................................................................9

15 Clicken, checken, delen, snacken, linken.................................................................................................... 9
Nieuwsgebruik onder woorden brengen..............................................................................................................9
Lezen.....................................................................................................................................................................9
Kijken..................................................................................................................................................................10
Zien.....................................................................................................................................................................10
Luisteren.............................................................................................................................................................10
Snacken..............................................................................................................................................................10
Scannen..............................................................................................................................................................10
Monitoren...........................................................................................................................................................10
Zoeken................................................................................................................................................................11
Clicken................................................................................................................................................................11
Linken/delen/liken/aanbevelen/becommentariëren/stemmen........................................................................11

16. Google en Facebook bepalen het nieuws................................................................................................ 12
Overvloed aan snel nieuws.................................................................................................................................13
Kwaliteit en reflectie als waarde........................................................................................................................13
Nieuws voor jongeren........................................................................................................................................14
Crossmediaal en meer beeld..............................................................................................................................14
Gebruikers als nieuwsproducenten....................................................................................................................14
3. Distribueren....................................................................................................................................................15


1

, 4. Verkopen........................................................................................................................................................15
Conclusie............................................................................................................................................................17

18. Democratisering van het nieuws?........................................................................................................... 17
Journalistiek als vierde macht............................................................................................................................18
Sociale media als nieuwsbron............................................................................................................................19
Sociale media als interface tussen nieuwsproducent en publiek.......................................................................20
Naar algoritmische journalistiek........................................................................................................................21




11.Mediamacht – Rens Vliegenthart
De interactie tussen media, publiek en politiek

In dit hoofdstuk: de invloed van media op zowel politiek als publiek > de
gevolgen van berichtgeving staan centraal.
o De vraag naar effecten van media is des te meer relevant in dit tijdperk dat wordt
gekenschetst als een van medialogica, waarbij media een dominante rol spelen in
het politieke proces.


Theorievorming over media-effecten
 Onderzoek naar media-effecten kent een lange historie:
o1922: Walter Lippmann publiceerde boek Publieke Opinie > daarin schetst hij hoe
zonder kranten een groot deel van de Europese bevolking geen weet zou hebben
gehad dat er een WO woedde.
o Decennia erna: het idee van de ‘almachtige’ media dominant.
 Bullett-theorie (injectienaaldtheorie): een grote en directe invloed van media:
wat media berichten, bepaalt voor een zeer groot deel wat mensen denk en doen.
o Daarna nuancering van idee:
 Lazarsfeld & Katz: introduceren een twee-stap-model van media-effecten:
veel mensen worden niet rechtstreeks beïnvloed, maar indirect, via opinieleiders
(welke als autoriteiten worden gezien).
 Festinger (1962): cognitieve dissonantietheorie: wijst op het mechanisme
dat mensen informatie die niet overeenkomt met hun bestaande ideeën en
attitudes bewust ontwijken.
 Klapper (1960): door selectieve blootstelling, perceptie en herinnering blijven
mediaeffecten vaak beperkt.
o > Deze theorieën hebben gemeenschappelijk: ze leggen de nadruk op zowel
contextuele verschillen, als op verschillen tussen individuen en op het bestaan van
bewuste of onbewuste weerstand tegen het accepteren en verwerken van nieuwe
informatie. Deze nadruk wordt het sterkste gereflecteerd in:
 De uses-and-gratifications-benadering van Katz, 1973: niet zozeer de media-
inhoud staat centraal, maar het individu dat bewust bepaalde informatie zoekt op
om bepaalde behoeftes te bevredigen. Beïnvloeding via media is dus beperkt.
Toch in diezelfde periode nog steeds wetenschappers die de invloed van media juist
benadrukken:
 Noelle-Neumann (1974): zwijgspiraaltheorie >media geven alleen maar
ruimte aan gangbare meningen en opvattingen, minder gangbare opinies worden
verder gemarginaliseerd.
 Agenda-setting theorie(jaren60/70)
 Is samen met framing nog steeds een van de meest centrale theorieën in de
communicatiewetenschap.

2

, Agenda-setting en framing
 Basisidee van agenda-setting door Bernard Cohen in 1963: ‘de pers is meestal niet
succesvol in het bepalen wat mensen denken, maar opvallend succesvol in het bepalen
waarover mensen denken’.
- Agenda-setting = de overname van de onderwerpen waarover media berichten door
het publiek.
 De relatie tussen media en kiezers > zeker in tijd van verkiezingscampagnes blijkt
deze theorie robuust.
 De relatie tussen media-aandacht voor onderwerpen en stemintenties is zowel binnen
als buiten NL uitgebreid aangetoond.
 Priming = als kiezers op basis van mediaberichtgeving bepaalde onderwerpen
belangrijker gaan vinden (en die onderwerpen ook gaan meewegen wanneer zij
beslissingen moeten maken).
o Eigenaar van het onderwerp: Bijv. de PVV is duidelijk eigenaar van het
immigratieonderwerp > als het onderwerp belangrijker wordt voor mens door
toenemende aandacht in de media, zullen zij op zoek gaan naar partijen die zich op dit
onderwerp profileren en er een goede reputatie op hebben.

 Ook invloed van media op politiek belangrijk: als een onderwerp stijgt op de media- agenda, is stijging
op de politieke agenda vaak gevolg.
 Symbolische politieke agenda’s worden sterker beïnvloed dan substantiële agenda’s: bijv.
parlementaire vragen, die zelden leiden tot aanpassingen in beleid of wetten, zijn sterk op media
geënt, terwijl beleids- en wetsvoorstellen dat veel minder zijn.
 De invloed van media neemt toe door de tijd heen: een proces van ‘mediatisering’, waarbij de rol van
media in alle aspecten van het politieke leven toeneemt, zou daaraan ten grondslag liggen.
o Framing: welke aspecten van een politiek onderwerp worden benadrukt in een bepaald bericht?
Hierbij wordt in onderzoek gebruik gemaakt van:
 Onderwerp-specifieke frames: bijv. een onderwerp als immigratie en integratie in de media
benaderen als ‘islam-als-bedreiging-frame’ of het ‘multiculturele’ frame.
 Generieke frames: typen die op meerdere politieke onderwerpen van toepassing kunnen zijn, bijv.:
- Het ‘conflict-frame’, waarbij de vraag centraal staat of een bepaald onderwerp als conflictueus
gepresenteerd wordt en of er politieke onenigheid over bestaat.
- Het ‘horse-race’-frame, waarin politiek als een wedstrijd gepresenteerd wordt.
De manier waarop politieke onderwerpen geframed worden, kan op vele manieren de burger en kiezer
beïnvloeden. Ook politici kunnen door mediaframes beïnvloed worden. Bijv.:
o Het proces van ‘framebuilding’: veronderstelt dat de frames die media gebruiken om een bepaald
onderwerp te bespreken gedeeltelijk zullen bepalen hoe politici het onderwerp benaderen.

De invloed van media op het publiek
 In Nederlandse context veel onderzoek naar de invloed van media op het publiek, bijv. het steeds
terugkerende onderzoek van Jan Kleinnijenhuis naar de landelijke verkiezingscampagnes > de resultaten zijn
door de jaren heen tamelijk consistent:
o De belangrijkste factor in het nieuws die van invloed is, is het nieuws over ‘succes en falen’, dat
grotendeels overlapt met het horse-race frame > partijen die als succesvol worden neergezet (bijv.
gebaseerd op opiniepeilingen) of analyses van politiek commentatoren) profiteren daarvan: kiezers
zullen eerder geneigd zijn op hen te stemmen.
o Ook conflict-framing maakt verschil: kritiek heeft over het algemeen een negatieve invloed op de
electorale steun voor partijen, behalve als deze uit onverwachte hoek komt. Voorbeelden:
- Paarse polarisatie > PvdA en VVD voortduren bewust kritiek op elkaar, zodat de daadwerkelijke keuze
tussen hen beide was (en ze vervolgens samen gingen regeren).
- Fortuy profiteerde van enorme kritiek die hij van zo’n beetje alle andere partijen ontving > het hielp
hem het beeld neer te zetten van een relevante buitenstaander die een serieus alternatief vormde
voor de bestaande politieke partijen.
o Ook inhoudelijk nieuws is van belang: als partijen met hun ‘eigen’ onderwerpen in het nieuws weten
te komen, werkt dat positief door in hun electorale steun (vaak niet eens nodig om bij naam genoemd


3

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
aronb162004 Christelijke Hogeschool Ede
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
185
Lid sinds
6 jaar
Aantal volgers
154
Documenten
37
Laatst verkocht
2 maanden geleden
Aron

Heeft geen leven, maakt samenvattingen

3,9

34 beoordelingen

5
10
4
12
3
10
2
2
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen