Vakopdracht mens en wereld 3.1.
Thema: insecten.
3D.
Januari 2020, herkansing.
,Inhoudsopgave.
Inleiding. 3
Deel 1: museumonderzoek. 4
1. Keuze museum en verantwoording. 4
2. Observatieformulier met verantwoording. 4
3. Goede exhibit. 5
4. Minder goede exhibit. 7
5. Verbeteringen informeel leren insectarium. 8
6. Mogelijkheden voor onderwijspraktijk. 8
Deel 2: lessenserie. 9
1. Verantwoording van de lessenserie. 9
2. Informatie over stageklas. 9
3. De lessenserie 10
Literatuurlijst. 25
Bijlagen. 26
2
,Inleiding.
In deze vakopdracht Mens en wereld 3.1 gaan we kijken naar een museum en is er een
lessenserie ontworpen bij dit museum. Als eerst is er een museumanalyse gedaan waarbij
gekeken is naar een goede en minder goede exhibit. Dit is gedaan aan de hand van een
observatieformulier. Ook wordt er gekeken naar mogelijkheden van het museum in de
onderwijspraktijk. Als tweede is er een lessenserie van drie lessen ontworpen, passend bij
het museum. Hiervoor is mijn stageklas als basis genomen. Daarover bij het tweede deel
meer.
3
, Deel 1: museumonderzoek.
1. Keuze museum en verantwoording.
Ik heb gekozen voor het insectarium in Artis. Dit heb ik gedaan omdat ik merk dat het
kinderen altijd heel erg fascineert als zij daar rondlopen. In het insectarium zijn veel
verschillende diertjes te vinden, van verschillende plaatsen afkomstig. Sommige dieren zijn
best griezelig, kinderen blijven daar altijd lang bij kijken. Ook vind ik dat er veel lerende
onderdelen zijn in het insectarium. Het is in mijn ogen de perfecte combinatie van leren en
kijken. Wat mij verder op mijn stageschool opviel is dat leerlingen wel ongeveer weten wat
een insect is, maar dat zij dit niet kunnen benoemen. Insecten kom je supervaak tegen maar
er wordt eigenlijk helemaal niet meer goed naar gekeken. Dat wil ik door naar dit museum te
gaan en hier een lessenserie over te maken veranderen.
2. Observatieformulier en verantwoording.
Handeling. - -/+ + Evt.
Toelichting.
1.De leerling
loopt direct
op exhibit af.
2.De leerling
leest de
tekst.
3.De leerling
kijkt wat hij
moet doen.
4.De leerling
voert
“opdracht”
uit.
5.De leerling
heeft
informatie
opgenomen.
6.De leerling
vertelt een
andere
leerling over
de exhibit.
7.De leerling
neemt een
andere
leerling mee
naar de
exhibit.
4
Thema: insecten.
3D.
Januari 2020, herkansing.
,Inhoudsopgave.
Inleiding. 3
Deel 1: museumonderzoek. 4
1. Keuze museum en verantwoording. 4
2. Observatieformulier met verantwoording. 4
3. Goede exhibit. 5
4. Minder goede exhibit. 7
5. Verbeteringen informeel leren insectarium. 8
6. Mogelijkheden voor onderwijspraktijk. 8
Deel 2: lessenserie. 9
1. Verantwoording van de lessenserie. 9
2. Informatie over stageklas. 9
3. De lessenserie 10
Literatuurlijst. 25
Bijlagen. 26
2
,Inleiding.
In deze vakopdracht Mens en wereld 3.1 gaan we kijken naar een museum en is er een
lessenserie ontworpen bij dit museum. Als eerst is er een museumanalyse gedaan waarbij
gekeken is naar een goede en minder goede exhibit. Dit is gedaan aan de hand van een
observatieformulier. Ook wordt er gekeken naar mogelijkheden van het museum in de
onderwijspraktijk. Als tweede is er een lessenserie van drie lessen ontworpen, passend bij
het museum. Hiervoor is mijn stageklas als basis genomen. Daarover bij het tweede deel
meer.
3
, Deel 1: museumonderzoek.
1. Keuze museum en verantwoording.
Ik heb gekozen voor het insectarium in Artis. Dit heb ik gedaan omdat ik merk dat het
kinderen altijd heel erg fascineert als zij daar rondlopen. In het insectarium zijn veel
verschillende diertjes te vinden, van verschillende plaatsen afkomstig. Sommige dieren zijn
best griezelig, kinderen blijven daar altijd lang bij kijken. Ook vind ik dat er veel lerende
onderdelen zijn in het insectarium. Het is in mijn ogen de perfecte combinatie van leren en
kijken. Wat mij verder op mijn stageschool opviel is dat leerlingen wel ongeveer weten wat
een insect is, maar dat zij dit niet kunnen benoemen. Insecten kom je supervaak tegen maar
er wordt eigenlijk helemaal niet meer goed naar gekeken. Dat wil ik door naar dit museum te
gaan en hier een lessenserie over te maken veranderen.
2. Observatieformulier en verantwoording.
Handeling. - -/+ + Evt.
Toelichting.
1.De leerling
loopt direct
op exhibit af.
2.De leerling
leest de
tekst.
3.De leerling
kijkt wat hij
moet doen.
4.De leerling
voert
“opdracht”
uit.
5.De leerling
heeft
informatie
opgenomen.
6.De leerling
vertelt een
andere
leerling over
de exhibit.
7.De leerling
neemt een
andere
leerling mee
naar de
exhibit.
4