Kennistoets 2
Oncologie:
- HC-introductie van kanker
- HC-epidemiologie van kanker
- HC-leukemie
- HC-longkanker
- HC-borstkanker
- HC-dikke darmkanker
- HC-neuro oncologie
- HC-behandelmethoden kanker (niet getoetst)
Stolling en bloedproducten
- HC-stolling
- HC-bloedproducten
PSA (sedatie en analgesie)
Cardiologie/ritmestroken
- HC-cardiointerventie
- HC-cardiologie + ritmestroken
Palliatieve zorg
Vochthuishouding en exposure
ALS (Advanced Life Support)
Kunstmatige voeding
Antibiotica (BRMO)
Temperatuurregulatie
CRM
MICU
HELLP syndroom
Observatie pasgeborenen
Kindercardiologie
Respiratoire aandoeningen kinderen
Voeding bij pasgeborenen
Traumatologie kinderen
Rechten kwetsbaar kind
Naastenbegeleiding
, HC-kanker en epidemiologie
Epidemiologie de frequentie van het voorkomen van ziekten, de uitbreiding en oorzaken
hiervan.
Letterlijk: ‘de wetenschap die zich bezighoudt met de studie van de frequentie en de
verbreiding van ziekten in verband met de daaraan ten grondslag liggende oorzaken’
Belang van epidemiologie binnen de oncologie:
- Oorzaken (tabak, alcohol, obesitas, UV-licht)
- Preventie en bescherming (aanbevelingen en regelgeving, beweging en dieet,
beschermende maatregelen)
Kanker is de 2e doodsoorzaak in Nederland
Borstvoeding minder kans op borstkanker
Asbest kan kanker veroorzaken
Incidentie aantal nieuwe patienten per jaar
Prevalentie voorkomen van de ziekte op een bepaald moment
Overleving wordt beschreven in een 5 of 10-jaars overleving
2018 116.537 patiënten kregen diagnose kanker
2017 overleden 45.206 mensen aan kanker
Per jaar neemt de kans op kanker toe. Als cellen gaan verouderen neemt de kans dat deze
kwaadaardig worden groter.
De sterfte neemt toe met de leeftijd; ruim driekwart (77%) van alle sterfgevallen door kanker
in 2017 betrof personen van 65 jaar en ouder. Bijna een kwart (23%) van alle sterfgevallen
door kanker in 2017 had longkanker als onderliggende doodsoorzaak.
Lifetime risico hoeveel risico loop je gedurende je leven op het krijgen van kanker. Deze
blijft ongeveer hetzelfde tot ongeveer 50 jaar, vervolgens gaat de kans omhoog. Tot leeftijd
van 85, daarna zijn zoveel cellen verouderd dat niet meer relevant is. Doodgaan wordt vaak
aan ouderdom gewezen.
Causaal verband oorzaak en gevolg
Statistisch verband verband tussen factoren en kenmerken.
Determinant factoren die invloed hebben op: risicofactoren. 2 soorten:
Endogeen in je lichaam, genetisch
Exogeen van buitenaf
Exposure blootstelling, aanraking met schadelijke stoffen: röntgenstralen
Outcome wat krijg je daarvan, mortaliteitsgegevens, morbiditeitgegevens
Risicofactoren om het krijgen van kanker
Endogene risicofactoren:
- Hormonale invloeden bijvoorbeeld oestrogeen
- Genetische factoren
- Gevolgen van andere ziekten
,Exogene factoren:
- Roken
- Voeding
- Bewegen
- Alcohol
- Straling zonnen
- Overgewicht
- Chemische stoffen
- Geneesmiddelen
- Infecties
- Verontreinigd milieu
Andere leefstijlfactoren
- Overgewicht
- Voeding
- Beweging
- Alcohol
Primaire preventie gericht op het voorkomen van het ontstaan van kanker. Bijvoorbeeld
vaccineren voor baarmoederhalskanker. Maximale effect van primaire preventie ongeveer
35%
Secundaire preventie gericht op het zo vroeg mogelijk ontdekken van kanker en het
geven van een adequate behandeling. Bijvoorbeeld bevolkingsonderzoek, screening op
borstkanker, baarmoederhalskanker en dikke darmkanker. Ook vroege opsporing bij hoor
risico
Tertiaire preventie erop gericht om de gevolgen van de aandoening zo veel mogelijk te
beperken en een eventuele tweede tumor te voorkomen.
Vaccineren
HPV (humane papilloma virus) vooral baarmoederhalskanker
- 660 miljoen mensen worden per jaar geïnfecteerd (wereldwijd)
- Geassocieerd met:
Cervixcarcinoom
Anuscarcinoom
Kanker van de externe genitalia
Mond-/keelkanker
Screening op borstkanker risicogroep
Doelgroep: vrouwen, 50-75 jaar
Frequentie: elke 2 jaar
Instrument: mammografie
Doel: zo vroeg mogelijk opsporen van kanker
Van de 1000 vrouwen 975 geen afwijkingen. 25 vrouwen er is een afwijking, nader
onderzoek nodig. Uiteindelijk 7 vrouwen blijken borstkanker te hebben.
Screening op baarmoederhalskanker
Doelgroep: vrouwen, 30-60 jaar
Frequentie: elke 5 jaar
Instrument: uitstrijkje
Doel: zo vroeg mogelijk opsporen van baarmoederhalskanker of voorstadium
, Screening op dikke darmkanker
Doelgroep: mannen en vrouwen, 55-75 jaar die geen gezondheidsklachten hebben aan de
darmen
Frequentie: 2 jaar
Instrument: ontlastingstest (zelfafname)
Doel: zo vroeg mogelijk opsporen van kanker of voorstadium
785 deelnemers 1 persoon voorkomen van darmkanker
Medische screening wordt aangeboden door instantie
Screening bepaalde leeftijd
Bevolkingsonderzoek over hele bevolking, anders dan screenen.
Carcinogenese het proces van het ontstaan van tumoren
Carcinogenese wijze waarop kankergezwellen (tumoren) ontstaan, groeien en uitzaaien
(metastaseren) die worden veroorzaakt door gendefecten in het erfelijke materiaal (genoom)
Neoplasie nieuwvorming, en dat dus zowel goed- als kwaadaardige gezwellen omvat voor
zover die ontstaan door celvermeerdering, en niet door oedeem of hematoom
Neoplasie onafhankelijk groeiende tumor
Iedere cel is geprogrammeerd op een bepaald moment dood te gaan: dit heet apoptose
Oncogenen ontaarding in kankercel deze genen zijn bij een kankercel vaak aanwezig.
Ergens in je genetisch materiaal ligt vast dat je kanker kan krijgen
Tumor-suppresorgenen voorkomen van ontaarding in kankercel deze genen zijn bij
een kankercel vaak gemuteerd of afwezig.
Goedaardig groeit niet snel, de tumor infiltreert niet in het gezonde weefsel en is dus
makkelijk te verwijderen
Kwaadaardig groeit snel, de tumor infiltreert wel in het gezonde weefsel, en is hier dus
moeilijk van te onderscheiden. Ook kunnen er tumorcellen losraken die elders in het lichaam
terecht komen, dit noemen we metastasering (cancer spreading). Ook wel uitzaaien.
Maligniteit een ongeremde celdeling, met een onvoldoende rijping van de cellen. Waarbij
de cellen infiltreren en metastaseren. Deze cellen blijven ook langer leven.
De infiltratie en metastasering maken het verschil tussen maligne en benigne
Etiologie maligniteit:
- Stoffen
- Tumorvirussen
- Genetische factoren
- Hormonale invloeden
- Immunologische factoren
- Fysische invloeden
Symptomen van maligniteit
Aspecifieke symptomen:
- Vermagering
- Ernstige vermoeidheid
- Koorts