100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Onderzoek theorietoets b-cluster

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
9
Geüpload op
19-02-2015
Geschreven in
2014/2015

onderzoek · methoden en technieken · basisboek Ben Baarda · Noordhoffk kwantitatief praktijkgericht onderzoek op wetenschappelijke basis · b-cluster -











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
19 februari 2015
Aantal pagina's
9
Geschreven in
2014/2015
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Hoofdstuk 1: Onderzoeksprobleem en doelstelling.
Paragraaf 1.1: Je kunt een praktijkprobleem analyseren en op grond van deze
analyse een onderzoeksdoelstelling formuleren.
Hoe analyseer ik een praktijk probleem? Je stelt vooraf een aantal zaken vast:
- Wat is precies het probleem?
- Hoe groot is het probleem?
- Wat is de aanleiding om onderzoek te doen?
- Voor wie is het een probleem?
- Wat zijn de gevolgen?

Paragraaf 1.2: Je weet hoe je op zoek kunt gaan naar bestaande informatie over
het praktijkprobleem.
Hoe ga ik opzoek naar bestaande informatie over het praktijk probleem?
1. Je kan beginnen met vertalen en definiëren van je onderzoek begrippen.
2. Beslissen waar je gaat zoeken.
3. Kies een goede zoekstrategie.
4. Controleer op volledigheid.

Paragraaf 1.3: Je kunt een onderzoeksvraag en deelvragen formuleren
Formuleren onderzoeksvraag en deelvragen.
1: Formuleer je voorlopige onderzoeksvraag.
2: Is er sprake van sub- of deelvragen?
Je kan de aspecten opsplitsen in meerdere deelvragen.
3: Is het een vraag?
4: Is het een gesloten vraag?
Kwantitatief: vooral bedoeld om zaken vast te stellen.
Kwalitatief: vooral om dingen te ontdekken.
5: Alternatieve formuleringen
6: Formuleren van de definitieve onderzoeksvraag.

Paragraaf 1.4: Je kunt aangeven wat de onderzoekseenheden zijn
Je kunt aangeven wat kenmerken of eigenschappen van de
onderzoekseenheden zijn
Onderzoekseenheden: Mensen, groepen, bedrijven, organisaties of situaties.
Kenmerken of eigenschappen: hebben met de eenheden te maken.
Populatie: Verzameling van al die eenheden waar je onderzoek na wil doen.

Paragraaf 1.7: Je kunt beoordelen of onderzoek haalbaar is.
Wanneer is een onderzoek haalbaar?
De belangrijkste vier factoren die de haalbaarheid van een onderzoek bepalen zijn:
1: Tijd: maak alvast een tijdsplanning, bijvoorbeeld via Excel.
2: Geld: stel een begroting op, wat kost je onderzoek?
3: Bereidheid en bereikbaarheid van respondenten of proefpersonen.
4: De risico analyse: maak voor je toetsing van de haalbaarheid een risicoanalyse.




1

,Hoofdstuk 2: Hoe kies je het onderzoeksontwerp?
Paragraaf 2.4: Je kunt voor een gegeven onderzoeksvraag een
beargumenteerde keuze maken voor een type onderzoek : beschrijvend-,
exploratief of toetsend
Beschrijvend: Beschrijven van een bepaald fenomeen. Je kijkt dan bijvoorbeeld
hoeveel, hoe vaak of in welke mate iets voorkomt.
Explorerend: Je wilt nagaan waarom je bepaalde gegevens of verschillen vindt.
Toetsend: Als je al duidelijke ideeën hebt over hoe de werkelijkheid in elkaar zit, dan
ligt het voor de hand om te kiezen voor toetsend onderzoek. Je toets dan een
bepaalde theorie. Een theorie is een serie onderling samenhangende uitspraken
waarin je uitlegt hoe de werkelijkheid in elkaar zit.

Paragraaf 2.5: Je kunt op basis van de vraagstelling en het type onderzoek een
keuze maken tussen surveyonderzoek en experimenteel onderzoek.
(kwantitatief)
Surveyonderzoek: Je grijpt als onderzoeker niet in, maar je verzamelt gewoon
gegevens.
Experimenteel onderzoek: Hierbij is sprake van interventie, er verandert iets in de
onderzoeksgroep.

Paragraaf 2.6: Je weet welke vormen van surveyonderzoek en experimenteel
onderzoek er zijn.
1. Eenmalig surveyonderzoek: één meting op één bepaald moment, bijvoorbeeld
een eenmalige vragenlijst.
2. Longitudinaal surveyonderzoek: Je onderzoekt op meerdere tijdstippen zoals
onderzoek A Cluster:
Panelonderzoek/cohortonderzoek: Je volgt vaststaande groep mensen en
verricht je op verschillende tijdstippen metingen bij deze mensen.

Trendonderzoek: Je doet ook metingen op verschillende tijdstippen, maar dan
bij iedere opeenvolgende meting bij andere mensen uit dezelfde populatie. Je
trekt dus telkens een nieuwe steekproef uit dezelfde populatie.

1. Zuivere experiment: Je manipuleert de onafhankelijke variabele Je gebruikt een
controlegroep en dat de toewijzing van de deelnemers aan de experimentele groep
op toeval berust.

2: Quasi experiment: je vergelijkt bijvoorbeeld kinderen van gescheiden ouders met
kinderen van niet gescheiden ouders, die verder in zo veel mogelijk kenmerken
overeen komen.




2

, Hoofdstuk 3: Gebruik je een populatie of een steekproef?
Paragraaf 3.2: Verschil aangeven tussen selecte en A selecte steekproeven. Je
weet wat het steekproefkader is, en hoe alles hieronder wordt uitgevoerd.
A-selecte steekproef:
Alle eenheden hebben een gelijke of in ieder geval een bekende kans om in de
steekproef terecht te komen. Je hebt een willekeurige trekking van de
onderzoekseenheden.

1) Enkelvoudige A – Selecte  Je trekt uit een steekproefkader op basis van
toeval, het benodigde aantal steekproefelementen. (Loterij)
2) Gestratificeerde A – Selecte  in 2 stappen:
Stap 1: Je deelt de populatie op in twee deelpopulaties, de mannelijke en de
vrouwelijke leden. Deze deelpopulaties worden ook wel strata genoemd.
Stap 2: Vervolgens trek je uit deze twee strata op de eerder beschreven wijze een
enkelvoudige aselecte steekproef.
3) Getrapte steekproef  Je trekt de steekproef uit een aantal stappen:
- Trek aselect een of enkele provincies.
- Trek aselect binnen de provincies een of enkele steden.
- Trek aselect binnen die steden een of meer voetbalclubs.
- Nu zijn er 2 opties. Vragenlijst is een geclusterde steekproef, of je trekt weer een
steekproef van de leden. (meertrapssteekproef)
4) Geclusterde steekproef  vragenlijst.

Selecte steekproef:
Men spreekt van een selecte steekproef wanneer de elementen niet op toevalsbasis
uit een populatie worden genomen.
1) Gemakssteekproef  De eerste die je tegenkomt, interview / observeer je.
2) Quotasteekproef  Je verdeeld de populatie in een aantal deelpopulaties.
Vervolgens wordt uit elke deelpopulatie niet een aselecte, maar een selecte
steekproef getrokken.
 Proportioneel: Gelijke verhouding in een populatie (1 vrouw van 10 vrouwen en 9
mannen van 90 mannen)
 disproportioneel: vederling is niet gelijk aan de populatie (5 vrouwen van 10
vrouwen en 5 mannen van 90 mannen),
3) Doelgerichte steekproef  Je kiest je steekproefeenheden bewust uit, waarbij
de onderzoeksvraag de keuze bepaalt.

Wat is een steekproefkader?
Vorm van administratie waarin de onderzoekseenheden zijn geadministreerd. Denk
aan een ledenadministratie van een voetbalvereniging.




3

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
chrisgarstenveld Hogeschool Arnhem en Nijmegen
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
49
Lid sinds
12 jaar
Aantal volgers
39
Documenten
10
Laatst verkocht
3 jaar geleden

3,3

4 beoordelingen

5
0
4
2
3
1
2
1
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen