Bio samenvatting
Hoofdstuk 1 - Gedrag
§1.1 – Communicatie
Gedrag= alle waarneembare activiteiten van een dier (of mens)
Elke diersoort heeft zijn eigen taal. Met hun taal beïnvloeden dieren het
gedrag van hun soortgenoten.
Prikkels, dat zijn veranderingen in de omgeving, beïnvloeden het gedrag
van mens en dier. Gedrag heeft ook sociale functies. Met je leeftijd
verandert je gedrag, je gedrag geeft aan hoe oud je bent.
Ritueel gedrag is gedrag dat bedoeld is om spanningen te verminder of te
voorkomen. Dit komt voor bij een nieuwe situatie, het onbekende leidt tot
veel drukte en roept spanning op.
Ritueel gedrag bestaat uit een aantal handelingen in een bepaalde
volgorde. De situatie bepaalt het ritueel.
Ritueel gedrag is vaak afgeleid van gedrag dat zijn oorspronkelijke
betekenis verloren heeft. Dat andere gedrag is meestal nog wel te
herkennen.
Ieder mens en dier heeft een persoonlijke ruimte, die bepaalt hoe ver
een soortgenoot mag naderen zonder dat hij zich bedreigd voelt. De
grootte van de persoonlijke ruimte varieert, dit ligt aan de individu, de
cultuur of aan de situatie.
Sommige mensen krijgen veel aandacht. Door hun geheven hoofd, manier
van praten etc. Ze stralen hun populariteit uit. Deze signalen, prikkels
met informatie voor soortgenoten, begrijpen wij perfect. Dieren die in
groepen leven, kennen dit soort signalen ook.
Dominante wolven houden in de roedel hun staart omhoog,
ondergeschikte wolven houden hem laag. Aan de hoogte van de staart
valt de rangorde van de wolven af te lezen. De rangorde geeft de plaats
van de wolven in de roedel aan. Waarbij de meest dominante wolf
bovenaan staat.
Een rangorde in de groep brengt voordeel voor de groep en het individu.
Ieder individu doet zijn deel van de werkzaamheden in de roedel.
Dieren gebruiken allerlei signalen om hun territorium te verdedigen. Dit
kunnen zichtbare signalen zijn, maar ook geluidssignalen of
geursignalen. Een territoriumroep van mannelijke orang-oetans is
kilometers ver te horen. Met die roep lokken ze bronstige vrouwtjes,
vrouwtjes die in hun vruchtbare periode zijn. En ze waarschuwen andere
mannetjes om niet in de buurt te komen.
, Signalen zijn belangrijk bij baltsgedrag, ritueel gedrag ter voorbereiding
van een paring. De balts is bedoeld om te bereiken dat de partner dicht in
de persoonlijke ruimte komt.
Dreiggedrag is een agressieve houding waarmee dieren aangeven dat ze
de baas zijn. Dreiggedrag is bedoel om een gevecht te voorkomen. Ook
mensen bakenen hun territorium af met bijv hekken.
§1.2 – Prikkels
De levenscyclus is de opeenvolgende fasen van groei en ontwikkeling. De
reactie op een prikkel heet een respons. De verandering in de
temperatuur is een uitwendige prikkel, een prikkel die van buiten het
lichaam komt.
In het leven van hommels spelen feromonen, geurstoffen van de
koningin, een belangrijke rol. Deze chemische signalen remmen bijv de
ontwikkeling van de eierstokken van de werksters. Ze zijn daardoor
onvruchtbaar. Mannetjes laten in bomen en planten een geurspoor
achter om vrouwtjes te lokken. Een jonge koningin reageert op zo’n spoor.
De voortplantingsdrang bij jonge koninginnen ontstaat door
geslachtshormonen. Dit voortplantingsgedrag ontstaat door inwendige
prikkels. Dit zijn prikkels vanuit het dier zelf.
Sleutelprikkel= een prikkel die telkens dezelfde reactie geeft (heb je
honger, dan ga je eten)
Supernormale prikkel= een versterkte sleutelprikkel, waarop een
versterkte reactie volgt.
Niet elke prikkel is een sleutelprikkel. De respons kan variëren. Een
bepaald gedrag ontstaat door motiverende factoren (combinatie van
inwendige-en uitwendige factoren). Die factoren zorgen dat de motivatie
wordt verhoogt (de bereidheid om een gedrag uit te voeren). Wanneer de
motivatie hoog genoeg is wordt de drempelwaarde bereikt. Dit is de
hoogte van de motivatie door een of meer prikkels, die leidt tot een
bepaald gedrag: de respons.
Aangeboren gedrag is gedrag dat vanaf de geboorte aanwezig is.
Aangeleerd gedrag is gedrag dat door leren is verkregen. Jonge
afgezonderde vogels kunnen de gorzenzang maar beperkt zingen. Het
(basis)zangpatroon is aangeboren. Horen jonge vogels oudere mannetjes
zingen, dan breiden zij hun repertoire uit. Hun zang is aangeboren en
aangeleerd.
§1.3 – Functies van gedrag
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper joolsschellekens_. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.