Praktijk fysiotherapie 1.2
Test van Neer (uitkomstmaat: pijn)
de patient brengt de duimen naar binnen = endorotatie. De therapeut brengt de arm van de patient
omhoog (anteflexie) en fixeert hierbij de scapula. De uitkomst maat is pijn onder het acromion,
omdat de supraspinatuspees en soms de biceps pees in verdrukking raakt.
Hawkins-Kennedy test (uitkomstmaat: pijn)
de patient heeft de arm gestrekt voor zich uit en heeft de elleboog in 90 flexie. De therapeut maakt
een krachtige endorotatie. De uitkomstmaat is pijn onder het acromion)
Empty can (of Jobe) test (uitkomstmaat: spierkracht)
De patient staat en heeft de armen in 90 graden anteflexie. De therapeut geeft (isometrische)
weerstand op de onderarm. Als de patient dit weet vol te houden is de test negatief.
Drop-arm test (uitkomstmaat: spierkracht en pijn)
De patient staat en heeft de armen boven het hoofd, vervolgens laat de patient beide armen rustig
zakken. Wanneer hier een pain-ful arc, pijn of de beweging niet mogelijk is, is de test positief.
External Rotation Lag Sign (ERLS) lag of spring back
De patient heeft de arm in exorotatie en de therapeut ondersteunt de elleboog en met de andere
hand omvat de therapeut de pols. De therapeut laat onverwachts de arm los, wanneer de patient de
arm erg laat schieten dan is de test positief. De uitkomstmaat is pijn of spierzwakte van de
infraspinatus en teres minor.
Internal Rotation Lag Sign (IRLS) lag of spring back
Zie ERLS maar dan endorotatie.
apprehension test
de patient ligt in rugligging op de behandelbank, de therapeut brengt de arm boven het hoofd. De
test is positief als de patient angstig kijkt of aangeeft dat het pijn doet.
relocation en release test
de patient ligt in dezelfde positie als bij de apprehension test. De therapeut maakt een translatie
naar dorsaal (endorotatie). Is de pijn weg tijdens de translatie en de pijn terug als de therapeut
loslaat dan is de test positief.
load en shift test
de patient zit op een stoel. De therapeut fixeert de clavicula en scapula, de therapeut pakt met de
andere hand de humeruskop en beweegt naar ventraal en dorsaal. De uitkomstmaat is
beweeglijkheid en pijn.
MWM????????
flexie/elevatie
exorotatie
endorotatie
Test van Spurling
De patient zit op een stoel. De therapeut geeft druk op het hoofd in neutrale positie, wanneer het
hoofd in extensie is en tijdens extensie, rotatie en lateroflexie (zodat de zenuw wordt ingeklemd). De
test is positief als de patient uitstralende pijn geeft tot aan de onderarm.
Test van Neer (uitkomstmaat: pijn)
de patient brengt de duimen naar binnen = endorotatie. De therapeut brengt de arm van de patient
omhoog (anteflexie) en fixeert hierbij de scapula. De uitkomst maat is pijn onder het acromion,
omdat de supraspinatuspees en soms de biceps pees in verdrukking raakt.
Hawkins-Kennedy test (uitkomstmaat: pijn)
de patient heeft de arm gestrekt voor zich uit en heeft de elleboog in 90 flexie. De therapeut maakt
een krachtige endorotatie. De uitkomstmaat is pijn onder het acromion)
Empty can (of Jobe) test (uitkomstmaat: spierkracht)
De patient staat en heeft de armen in 90 graden anteflexie. De therapeut geeft (isometrische)
weerstand op de onderarm. Als de patient dit weet vol te houden is de test negatief.
Drop-arm test (uitkomstmaat: spierkracht en pijn)
De patient staat en heeft de armen boven het hoofd, vervolgens laat de patient beide armen rustig
zakken. Wanneer hier een pain-ful arc, pijn of de beweging niet mogelijk is, is de test positief.
External Rotation Lag Sign (ERLS) lag of spring back
De patient heeft de arm in exorotatie en de therapeut ondersteunt de elleboog en met de andere
hand omvat de therapeut de pols. De therapeut laat onverwachts de arm los, wanneer de patient de
arm erg laat schieten dan is de test positief. De uitkomstmaat is pijn of spierzwakte van de
infraspinatus en teres minor.
Internal Rotation Lag Sign (IRLS) lag of spring back
Zie ERLS maar dan endorotatie.
apprehension test
de patient ligt in rugligging op de behandelbank, de therapeut brengt de arm boven het hoofd. De
test is positief als de patient angstig kijkt of aangeeft dat het pijn doet.
relocation en release test
de patient ligt in dezelfde positie als bij de apprehension test. De therapeut maakt een translatie
naar dorsaal (endorotatie). Is de pijn weg tijdens de translatie en de pijn terug als de therapeut
loslaat dan is de test positief.
load en shift test
de patient zit op een stoel. De therapeut fixeert de clavicula en scapula, de therapeut pakt met de
andere hand de humeruskop en beweegt naar ventraal en dorsaal. De uitkomstmaat is
beweeglijkheid en pijn.
MWM????????
flexie/elevatie
exorotatie
endorotatie
Test van Spurling
De patient zit op een stoel. De therapeut geeft druk op het hoofd in neutrale positie, wanneer het
hoofd in extensie is en tijdens extensie, rotatie en lateroflexie (zodat de zenuw wordt ingeklemd). De
test is positief als de patient uitstralende pijn geeft tot aan de onderarm.