Scheikunde
Hoofdstuk 10 op een rijtje
Organische verbindingen zijn moleculaire stoffen waarvan de moleculen zijn opgebouwd uit
voornamelijk kool-en waterstoffen.
Koolwaterstoffen zijn moleculaire stoffen waarvan de moleculen uitsluitend zijn opgebouwd uit C-
en H-atomen.
- Hydrofoob
- Kunnen weinig reacties aangaan
Bij organische verbindingen is altijd één of meerdere H-atomen vervangen door een ander
atoom(groep). Dit heet een karakteristieke groep.
Functionele groepen zijn bijvoorbeeld vertakkingen en dubbele bindingen.
Anorganische verbindingen zijn verbindingen die niet tot de organische verbindingen horen, zoals
zouten.
Carbonzuren zijn koolwaterstoffen met een carboxylgroep.
- Door H-bruggen een relatief hoog kookpunt
- Het H-atoom kan worden afgestaan tijdens een zuur-basereactie
- Een carbonzuur krijgt het achtervoegsel -zuur
- Wanneer de carboxylgroep aan een cyclische verbinding zit, kan het C-atoom zich niet in de
hoofdgroep bevinden. Het achtervoegsel wordt -carbonzuur.
Aldehyden en ketonen zijn koolstofverbindingen met een dubbelgebonden O-atoom dat niet
vergezeld gaat van een hydroxylgroep.
- Geen zuren eigenschappen
- Minder hydrofiel
Bij een aldehyden bevindt de dubbelgebonden O-atoom zich aan het uiteinde van de keten.
- Het achtervoegsel -al wordt gebruikt.
- De koolstofverbinding heet dan een alkanal.
Bij een keton bevindt het dubbelgebonden O-atoom zich ergens in het midden van de keten.
- Het achtervoegsel -on wordt gebruikt.
- De koolstofverbinding heet dan een alkanon.
Ethers hebben een O-atoom tussen twee koolstofatomen.
- Het kortste deel van de keten, samen met het O-atoom, wordt als een karakteristieke groep
beschouwd.
- Het algemene voorvoegsel is -alkoxy. Bij 1 C-atoom is het voorvoegsel -methoxy.
- Het andere deel is de hoofdketen.
Hoofdstuk 10 op een rijtje
Organische verbindingen zijn moleculaire stoffen waarvan de moleculen zijn opgebouwd uit
voornamelijk kool-en waterstoffen.
Koolwaterstoffen zijn moleculaire stoffen waarvan de moleculen uitsluitend zijn opgebouwd uit C-
en H-atomen.
- Hydrofoob
- Kunnen weinig reacties aangaan
Bij organische verbindingen is altijd één of meerdere H-atomen vervangen door een ander
atoom(groep). Dit heet een karakteristieke groep.
Functionele groepen zijn bijvoorbeeld vertakkingen en dubbele bindingen.
Anorganische verbindingen zijn verbindingen die niet tot de organische verbindingen horen, zoals
zouten.
Carbonzuren zijn koolwaterstoffen met een carboxylgroep.
- Door H-bruggen een relatief hoog kookpunt
- Het H-atoom kan worden afgestaan tijdens een zuur-basereactie
- Een carbonzuur krijgt het achtervoegsel -zuur
- Wanneer de carboxylgroep aan een cyclische verbinding zit, kan het C-atoom zich niet in de
hoofdgroep bevinden. Het achtervoegsel wordt -carbonzuur.
Aldehyden en ketonen zijn koolstofverbindingen met een dubbelgebonden O-atoom dat niet
vergezeld gaat van een hydroxylgroep.
- Geen zuren eigenschappen
- Minder hydrofiel
Bij een aldehyden bevindt de dubbelgebonden O-atoom zich aan het uiteinde van de keten.
- Het achtervoegsel -al wordt gebruikt.
- De koolstofverbinding heet dan een alkanal.
Bij een keton bevindt het dubbelgebonden O-atoom zich ergens in het midden van de keten.
- Het achtervoegsel -on wordt gebruikt.
- De koolstofverbinding heet dan een alkanon.
Ethers hebben een O-atoom tussen twee koolstofatomen.
- Het kortste deel van de keten, samen met het O-atoom, wordt als een karakteristieke groep
beschouwd.
- Het algemene voorvoegsel is -alkoxy. Bij 1 C-atoom is het voorvoegsel -methoxy.
- Het andere deel is de hoofdketen.