Hoofdstuk 13
Bbp > Bruto binnenlands product (inkomen van inwoners van een land)
Objectieve methode bbp berekenen
OMZET
-inkopen (grondstoffen en diensten van derden)
=Bruto toegevoegde waarde voor bedrijven
=productiewaarde
=BBP
Subjectieve methode
De som van alle verdiende primaire inkomens
(loon, rente, huur, pacht en winst)
NATIONAAL PRODUCT = NATIONAAL INKOMEN
BINNENLANDS INKOMEN
+inkomen ontvangen uit het buitenland
-inkomen betaald aan het buitenland
=nationaal inkomen
Bruto toegevoegde waarde bedrijven
Omzet bedrijven
-waarde ingekochte goederen en diensten
Netto toegevoegde waarde bedrijven
Bruto toegevoegde waarde bedrijven
-afschrijvingen bedrijven
Netto toegevoegde waarde overheid
Optelsom van ambtenarensalarissen
Bruto toegevoegde waarde overheid
Netto toegevoegde waarde overheid
+afschrijvingen overheid
Officiële/formele economie
Alles economische handelingen die officieel worden geregistreerd.
Officieuze/informele/verborgen economie
Alle economische handelingen die niet officieel worden geregistreerd.
Zwart inkomen
Inkomen dat illegaal is verkregen en daarom ook niet geregistreerd is, wordt geen belasting over
betaald.
Grijs inkomen
Inkomen dat legaal is verkregen maar toch als inkomen wordt geregistreerd. (vrijwilligerswerk)
Wit inkomen
Officieel geregistreerd inkomen, er wordt over dit inkomen belasting betaald.
Nationale rekening Y= NATIONAAL INKOMEN = NATIONAAL PRODUCT = W
Y = inkomen
C = consumeren
B = belastingen
S = sparen
O = overheidsuitgaven
I = investeren
E = export
M = import
Dus: Y= C + I + O + E – M
, Economische kringloop / nationale rekening
ALLEEN GELDSTROMEN
- Y=W
- S – I = Particulier spaarsaldo
- B – O = begrotingssaldo van de
overheid
- (S – I) + (B – O) = Nationale
spaarsaldo
- E – M = betalingsbalans saldo
- (S – I) + (B – O) = E – M
Economische groei in enge zin
Toename van het reële binnenlandse product/inkomen per inwoner
Economische groei in ruime zin
Afname van de schaarste in een land
Bezwaren
- Negatieve externe effecten (groei bbp > milieuvervuiling)
- Bbp zegt niets over de verdeling van welvaart, de een kan
koopkrachtstijging hebben en de ander een daling.
Niet te meten door
- Positieve externe effecten > beter onderwijs > meer werk docenten maar ook hoger
opgeleid > meer welvaart
- Zwart en grijs werk draagt bij aan welvaart (niet te meten)
Groener bbp
Groei bbp zonder ten koste van omvang natuurlijke hulpbronnen of de kwaliteit van de natuur.
Human development index
Groei index waarbij naast de ontwikkeling van het inkomen per inwoner rekening wordt gehouden
met de levensverwachting van de inwoners en de gemiddelde opleidingsduur van de bevolking >
goede weerspiegeling tussen armoedeverschillen wereldwijd.
Maatschappelijke duurzame groei
Economische groei (in enge zin) met sociale vooruitgang en een verbeterde kwaliteit van de
leefomgeving.
Duurzame ontwikkeling
Economische groei die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van
toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen.
Diensten van derden
Diensten die niet door het eigen personeel zijn uitgevoerd, maar door andere bedrijven.
Voorbeelden: diensten van transportbedrijven, schoonmaakbedrijven, glazenwasser, adviesbureaus
Bbp > Bruto binnenlands product (inkomen van inwoners van een land)
Objectieve methode bbp berekenen
OMZET
-inkopen (grondstoffen en diensten van derden)
=Bruto toegevoegde waarde voor bedrijven
=productiewaarde
=BBP
Subjectieve methode
De som van alle verdiende primaire inkomens
(loon, rente, huur, pacht en winst)
NATIONAAL PRODUCT = NATIONAAL INKOMEN
BINNENLANDS INKOMEN
+inkomen ontvangen uit het buitenland
-inkomen betaald aan het buitenland
=nationaal inkomen
Bruto toegevoegde waarde bedrijven
Omzet bedrijven
-waarde ingekochte goederen en diensten
Netto toegevoegde waarde bedrijven
Bruto toegevoegde waarde bedrijven
-afschrijvingen bedrijven
Netto toegevoegde waarde overheid
Optelsom van ambtenarensalarissen
Bruto toegevoegde waarde overheid
Netto toegevoegde waarde overheid
+afschrijvingen overheid
Officiële/formele economie
Alles economische handelingen die officieel worden geregistreerd.
Officieuze/informele/verborgen economie
Alle economische handelingen die niet officieel worden geregistreerd.
Zwart inkomen
Inkomen dat illegaal is verkregen en daarom ook niet geregistreerd is, wordt geen belasting over
betaald.
Grijs inkomen
Inkomen dat legaal is verkregen maar toch als inkomen wordt geregistreerd. (vrijwilligerswerk)
Wit inkomen
Officieel geregistreerd inkomen, er wordt over dit inkomen belasting betaald.
Nationale rekening Y= NATIONAAL INKOMEN = NATIONAAL PRODUCT = W
Y = inkomen
C = consumeren
B = belastingen
S = sparen
O = overheidsuitgaven
I = investeren
E = export
M = import
Dus: Y= C + I + O + E – M
, Economische kringloop / nationale rekening
ALLEEN GELDSTROMEN
- Y=W
- S – I = Particulier spaarsaldo
- B – O = begrotingssaldo van de
overheid
- (S – I) + (B – O) = Nationale
spaarsaldo
- E – M = betalingsbalans saldo
- (S – I) + (B – O) = E – M
Economische groei in enge zin
Toename van het reële binnenlandse product/inkomen per inwoner
Economische groei in ruime zin
Afname van de schaarste in een land
Bezwaren
- Negatieve externe effecten (groei bbp > milieuvervuiling)
- Bbp zegt niets over de verdeling van welvaart, de een kan
koopkrachtstijging hebben en de ander een daling.
Niet te meten door
- Positieve externe effecten > beter onderwijs > meer werk docenten maar ook hoger
opgeleid > meer welvaart
- Zwart en grijs werk draagt bij aan welvaart (niet te meten)
Groener bbp
Groei bbp zonder ten koste van omvang natuurlijke hulpbronnen of de kwaliteit van de natuur.
Human development index
Groei index waarbij naast de ontwikkeling van het inkomen per inwoner rekening wordt gehouden
met de levensverwachting van de inwoners en de gemiddelde opleidingsduur van de bevolking >
goede weerspiegeling tussen armoedeverschillen wereldwijd.
Maatschappelijke duurzame groei
Economische groei (in enge zin) met sociale vooruitgang en een verbeterde kwaliteit van de
leefomgeving.
Duurzame ontwikkeling
Economische groei die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van
toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen.
Diensten van derden
Diensten die niet door het eigen personeel zijn uitgevoerd, maar door andere bedrijven.
Voorbeelden: diensten van transportbedrijven, schoonmaakbedrijven, glazenwasser, adviesbureaus