,Chapter 1
What is the internet
= miljoenen geconnecteerde computerende devices, die met elkaar verbonden zijn door
communicational links;
Hosts = end systems => die network applicaties runnen;
Communication links: fiber, koper, radio, satelliet
Transmission rate = Bandwidth => (bits/seconde)
Packet switches: forwarden packets (stukjes data) [neemt packet aan op de inkomende link en verstuurt
dit via de outgoing link]
→ Voornaamelijk routers en switches
Het internet kan je beschrijven als een ‘netwerk van netwerken’ die inter-connected zijn door de ISP’s
(Telenet, Proximus, …)
Protocollen > gestructureerde methoden om het
zenden en ontvangen van data te controleren
Zij bepalen hoe de communicatie tussen verschillende
devices verlopen, door een gestructureerde methode van
formaat, orde te geven aan de communicatie verlopen
tussen verschillende devices.
Netwerk infrastructuur dat services aan applicaties leveren
● Distributed applications
o Moeten data kunnen streamen
o Data kunnen ontvangen
● End systems hebben een socket interface
o Specificeert hoe een programma op het ene systeem aan de internet infrastructuur
vraagt op welke manier de data moet verstuurd worden naar een ander systeem
1.2 Access networks
Het netwerk dat een end-system fysiek koppelt aan de eerste router (‘de edge router’) die dan
verbonden is met een ander distant end-system.
Hoe wordt er geconnecteerd met de edge router?
Home access: DSL, Cable, FTTH, Dial-Up en satellite
Institutional access networks (scholen, bedrijven)
Mobile access network
,DSL (digital subscriber line)
Dsl maakt gebruik van de telefoonlijn naar het CO(= central office) DSLAM
De DSL-modem neemt digital data & translates deze naar hoogfrequente tonen voor transmissie over de
telefoonkabel (twisted-pair copper wires) naar telco's Central Office(=CO).
De DSLAM (Multiplexer at the CO) vertaald de ontvangen analoge signalen, op het CO, van de vele
huishoudens en zet ze terug om in digitaal formaat.
==> De residentiële telefoonlijnen dragen dus simultaan data en traditionele telefoonsignalen! Deze
worden encoded op verschillende frequenties:
Telefoon en internet zit dus samen, omdat de DSL-lijn wordt opgesplitst:
- Een high-speed downstream channel 50 kHz - 1 MHz band
- Een medium-speed upstream channel 4 kHz - 50 kHz band
- Een gewone two-way telephone channel 0 kHz - 4 kHz band
Nadeel van DSL => het is ontworpen voor relatief korte afstanden tussen de customer homes en de CO
van de ISP.
Cable network
Internet toegang over de TV-kabel (coax kabel) => gebruikt:
, frequency division multiplexing: verschillende kanalen worden getransmit op verschillende
frequenties;
Fiber-optic cabels zijn glasvezelkabels. Internet access en datatransmissie voorzien d.m.v. lichtimpulsen
over de glasvezelkabel. De fiber loopt tot een neighborhood- level junction en vandaar vertrekt de coax
cable naar de individuele residenties van die neighborhood!
Deze architectuur wordt ook wel hybrid fiber coax (HFC) genoemd omwille van de combinatie van coax
en fiber.
Cable internet access > special modems (genaamd cable modems). Aan het einde van de cable > Cable
Modem Termination System (CMTS) die een vergelijkbare functie uitoefent als de DSLAM bij DSL
internet-access. Namelijk het omzetten van de inkomende analoge signalen naar digitaal formaat. (fig 1.6
pagina 42).
De Cable Modems verdelen de Hybrid Fiber Coax in 2 delen:
- Upstream channel
- Downstream channel
Access is dus asymmetric!
Een belangrijke eigenschap van Cable internet access:
--> Het is een shared broadcast medium. M.a.w. > elk packet dat verzonden is door de head-end van de
Cable, passeert via de downstream langs alle home links tot de beoogde destination van dat packet!
--> Elk packet verzonden door een home-link, reist via de upstream langs alle tussenliggende home-links
tot aan de cable's head-end!
Dit maakt dat er congestion kan zijn wanneer verschillende users van verschillende homes tegelijk
downloaden > lagere download snelheid!