Patiënt-controle onderzoek
‘’ Hebben individuen met overgewicht op jonge leeftijd een hoger risico op coronaire
hartziekten in vergelijking met individuen die géén overgewicht hadden op jonge leeftijd? ‘’
1. Vraagstelling (+ afhankelijke en onafhankelijke variabelen)
2. Onderzoeksontwerp kiezen
3. Populatie en steekproef kiezen
4. Geschikte metingen en observaties kiezen
5. Daadwerkelijke uitvoering van onderzoek
6. Bias
Patiëntcontrole onderzoek
1. Vraagstelling:
Hebben individuen met overgewicht op jonge leeftijd (7-13 jaar) een hoger risico op
coronaire hartziekten in vergelijking met individuen die geen overgewicht hadden op jonge
leeftijd?
Afhankelijke variabele: coronaire hartziekten
Onafhankelijke variabele: overgewicht
2. Onderzoeksontwerp kiezen:
Het patiëntcontrole onderzoek is de minste van de drie. Dit komt omdat je hierbij veel kans
hebt op selectiebias, omdat het lastig is om je controlegroep samen te stellen. Het gaat
hierbij ook niet om een zeldzame ziekte, dus je kunt beter kiezen voor een retrospectief
cohortonderzoek.
3. Populatie en steekproef kiezen:
Je neemt hierbij een groep volwassenen met coronaire hartziekten. Deze kun je vinden via
ziekenhuizen (hier heb je ook kans op selectiebias, omdat de lichtste gevallen niet in het
ziekenhuis te vinden zijn en de zwaarste gevallen zijn misschien al overleden). Het is beter
om incidente gevallen te nemen om zo informatiebias en een mindere validiteit te
voorkomen. Nadat je de patiënten hebt verzameld, moet je hierbij een controlegroep zien te
vinden. Dit kan bijv. een steekproef zijn uit de algemene bevolking. Wel is het
belangrijk om hierbij de kijken naar andere aandoeningen om confounding te voorkomen.
Hierbij kun je dus matching toepassen, zodat alle kenmerken over beide groepen gelijk zijn
verdeeld.
4. Geschikte meting en observatie kiezen:
Net als bij het retrospectief cohortonderzoek moet men moet de blootstelling, dus het
overgewicht in het verleden weten op 7-13 jarige leeftijd. Het beste kan men kijken of dit is
geregistreerd in registers (bijv. van de GGD). Als dit niet is geregistreerd, zal men het
gewicht moeten navragen met grote kans op recall-bias en het verkeerd in delen van de
blootgestelden en de niet-blootgestelden (informatiebias). Het meten van de coronaire
hartziekten hoef je hierbij niet te doen, want deze heb je zelf geselecteerd.
5. Daadwerkelijke uitvoering van het onderzoek :
Omdat je hierbij geen incidentiecijfers kunt berekenen, ben je hierbij afhankelijk van het
berekenen van de odds ratio met de resultaten.
6. Bias: selectiebias, informatiebias: uitgelegd in vorige puntjes. geen last van recall-
bias
‘’ Hebben individuen met overgewicht op jonge leeftijd een hoger risico op coronaire
hartziekten in vergelijking met individuen die géén overgewicht hadden op jonge leeftijd? ‘’
1. Vraagstelling (+ afhankelijke en onafhankelijke variabelen)
2. Onderzoeksontwerp kiezen
3. Populatie en steekproef kiezen
4. Geschikte metingen en observaties kiezen
5. Daadwerkelijke uitvoering van onderzoek
6. Bias
Patiëntcontrole onderzoek
1. Vraagstelling:
Hebben individuen met overgewicht op jonge leeftijd (7-13 jaar) een hoger risico op
coronaire hartziekten in vergelijking met individuen die geen overgewicht hadden op jonge
leeftijd?
Afhankelijke variabele: coronaire hartziekten
Onafhankelijke variabele: overgewicht
2. Onderzoeksontwerp kiezen:
Het patiëntcontrole onderzoek is de minste van de drie. Dit komt omdat je hierbij veel kans
hebt op selectiebias, omdat het lastig is om je controlegroep samen te stellen. Het gaat
hierbij ook niet om een zeldzame ziekte, dus je kunt beter kiezen voor een retrospectief
cohortonderzoek.
3. Populatie en steekproef kiezen:
Je neemt hierbij een groep volwassenen met coronaire hartziekten. Deze kun je vinden via
ziekenhuizen (hier heb je ook kans op selectiebias, omdat de lichtste gevallen niet in het
ziekenhuis te vinden zijn en de zwaarste gevallen zijn misschien al overleden). Het is beter
om incidente gevallen te nemen om zo informatiebias en een mindere validiteit te
voorkomen. Nadat je de patiënten hebt verzameld, moet je hierbij een controlegroep zien te
vinden. Dit kan bijv. een steekproef zijn uit de algemene bevolking. Wel is het
belangrijk om hierbij de kijken naar andere aandoeningen om confounding te voorkomen.
Hierbij kun je dus matching toepassen, zodat alle kenmerken over beide groepen gelijk zijn
verdeeld.
4. Geschikte meting en observatie kiezen:
Net als bij het retrospectief cohortonderzoek moet men moet de blootstelling, dus het
overgewicht in het verleden weten op 7-13 jarige leeftijd. Het beste kan men kijken of dit is
geregistreerd in registers (bijv. van de GGD). Als dit niet is geregistreerd, zal men het
gewicht moeten navragen met grote kans op recall-bias en het verkeerd in delen van de
blootgestelden en de niet-blootgestelden (informatiebias). Het meten van de coronaire
hartziekten hoef je hierbij niet te doen, want deze heb je zelf geselecteerd.
5. Daadwerkelijke uitvoering van het onderzoek :
Omdat je hierbij geen incidentiecijfers kunt berekenen, ben je hierbij afhankelijk van het
berekenen van de odds ratio met de resultaten.
6. Bias: selectiebias, informatiebias: uitgelegd in vorige puntjes. geen last van recall-
bias
