05-01-2021 Diabetes
Tractus digestivus, spijsvertering
- mond
- Slokdarm
- Maag
- Dunne darm
- pancreas en galblaas
- Dikke darm
Mond
Mechanische vertering → kauwen
Biochemische vertering
● vocht en spreeksels
- aansturing van parasympaticus
● amylase → amylose (zetmeel) → Maltose (disacheriden) pillen
Slikproces
● Voorbereidende fase
- bijten
● Orale fase
Voedsel met tong tegen de achterwand
Slikreflex
● faryngeale fase → voedsel passeert strottenklepje
● oesofageale fase → peristaltiek
Oesophagus → slokdarm→ transportfunctie
Maag
Maagsappen stim door
-rek op de maagwand
-gastrine is hormoon
-n. vagus
● zoutzuur
● pepsine ( eiwitafbraak )
● Intrinsic factor ( Vit B12)
Functie:
● fijn kneden
● Bacteriën doden
● Eiwitten en vetten opnemen
pH 1,5-2
Duodenum → onderdeel dunnedarm → Jejunum → Ileum
● opname van grote koolhydraten
, ● Van dischariden tot monosachariden (glucose)
- maltase
- lactase
- sacharase
- peptidase ( eiwitafbraak → aminozuren)
- enterokinase → trypsine ( opname eiwitten
- lipase ( vetafbraak
● worden nog stoffen toegevoegd van lever via galblaas en door pancreas
- cholesterol
- gal ( opname van vetten in dunne darm)
- bilirubine ( afbraak dode rode bloedcellen )
Icterus → geelzucht
- pancreassap door pancreas
Functie:
● fijn malen
● verdediging
● Water en vitamines
● Verteren vetten eiwitten en suikers.
Dikke darm, colon
● ascendus
● transversum
● descendus
● Water en zout terug resorberen
● Bacteriën
● afbraak vezels
● productie Vit K en B
Alle voedingstoffen komen als eerst in de lever via porta venica, omdat het anders heel veel
water zou oppakken (verhoging bloeddruk). Behalve de grote vet moleculen.
De grote vetmoleculen gaar via lymfevaten naar v. cava superior
opname maagdarmkanaal van voedsel ( 4uur)
, Lever
● lipoprotein complexen
● lever maakt zelf cholesterol
- voor steroïden
- Celmembranen
Pancreas
● exocriene klerieren
- spijsverteringsenzymen
- lipase, amylase trypsine
● endcriene klier
- b insuline
- a glucagoon
Anabool: glucose - rust (absorptie fase)
Katabool: glucose - actie (postabsorptie fase)
Glucose vrijmaken door glucagon, glucose opslaan door insuline
Glycogenolyse: Afbraak glycogeen
Gluconeogenese: Nieuwvorming glucose lever
Metformine: gevoeligheid voor insuline bij cellen verhoogt
sulfonyl-derivaten: jagen pancreas aan voor meer insuline productie (oppassen
hypoglykemie)
Insuline is stofje dat hebt bij opslaan van glucose in spiervezels en vetcellen
Diabetes type 1
● Insuline tekort
● eilandjes van langerhans wordt afgebroken → beta cellen
Tractus digestivus, spijsvertering
- mond
- Slokdarm
- Maag
- Dunne darm
- pancreas en galblaas
- Dikke darm
Mond
Mechanische vertering → kauwen
Biochemische vertering
● vocht en spreeksels
- aansturing van parasympaticus
● amylase → amylose (zetmeel) → Maltose (disacheriden) pillen
Slikproces
● Voorbereidende fase
- bijten
● Orale fase
Voedsel met tong tegen de achterwand
Slikreflex
● faryngeale fase → voedsel passeert strottenklepje
● oesofageale fase → peristaltiek
Oesophagus → slokdarm→ transportfunctie
Maag
Maagsappen stim door
-rek op de maagwand
-gastrine is hormoon
-n. vagus
● zoutzuur
● pepsine ( eiwitafbraak )
● Intrinsic factor ( Vit B12)
Functie:
● fijn kneden
● Bacteriën doden
● Eiwitten en vetten opnemen
pH 1,5-2
Duodenum → onderdeel dunnedarm → Jejunum → Ileum
● opname van grote koolhydraten
, ● Van dischariden tot monosachariden (glucose)
- maltase
- lactase
- sacharase
- peptidase ( eiwitafbraak → aminozuren)
- enterokinase → trypsine ( opname eiwitten
- lipase ( vetafbraak
● worden nog stoffen toegevoegd van lever via galblaas en door pancreas
- cholesterol
- gal ( opname van vetten in dunne darm)
- bilirubine ( afbraak dode rode bloedcellen )
Icterus → geelzucht
- pancreassap door pancreas
Functie:
● fijn malen
● verdediging
● Water en vitamines
● Verteren vetten eiwitten en suikers.
Dikke darm, colon
● ascendus
● transversum
● descendus
● Water en zout terug resorberen
● Bacteriën
● afbraak vezels
● productie Vit K en B
Alle voedingstoffen komen als eerst in de lever via porta venica, omdat het anders heel veel
water zou oppakken (verhoging bloeddruk). Behalve de grote vet moleculen.
De grote vetmoleculen gaar via lymfevaten naar v. cava superior
opname maagdarmkanaal van voedsel ( 4uur)
, Lever
● lipoprotein complexen
● lever maakt zelf cholesterol
- voor steroïden
- Celmembranen
Pancreas
● exocriene klerieren
- spijsverteringsenzymen
- lipase, amylase trypsine
● endcriene klier
- b insuline
- a glucagoon
Anabool: glucose - rust (absorptie fase)
Katabool: glucose - actie (postabsorptie fase)
Glucose vrijmaken door glucagon, glucose opslaan door insuline
Glycogenolyse: Afbraak glycogeen
Gluconeogenese: Nieuwvorming glucose lever
Metformine: gevoeligheid voor insuline bij cellen verhoogt
sulfonyl-derivaten: jagen pancreas aan voor meer insuline productie (oppassen
hypoglykemie)
Insuline is stofje dat hebt bij opslaan van glucose in spiervezels en vetcellen
Diabetes type 1
● Insuline tekort
● eilandjes van langerhans wordt afgebroken → beta cellen