Samenvatting EHBO
In de biologie is de cel het kleinste onderdeel van een organisme of levend wezen dat
alle genetische informatie van dat organisme bevat.
Groepen van dezelfde soort cellen vormen een weefsel. Dit weefsel heeft dezelfde eigenschappen
als de cellen waar ze uit bestaan. Botcellen Botweefsel.
Ieder orgaan bestaat uit verschillende soorten weefsels en heeft een eigen, niet overdraagbare,
unieke functie.
Een orgaanstelsel is een groep organen die samen een bepaalde taak vervullen.
Alle orgaanstelsels samen vormen een organisme, zoals het menselijk lichaam.
In de hersenen zitten ondermeer het bewustzijn, geheugen, verstand, gevoel, emoties en de wil.
Informatie kom van binnenuit (de organen) of van buitenaf (zintuigen).
Het ruggenmerg is een dikke bundel zenuwen die zowel prikkels naar als vanaf de hersens
doorgeven.
De hersenen, ruggenmerg en zenuwen samen maken het zenuwstelsel en dit heeft als taak dat:
- Het lichaam op de juiste manier reageert op prikkels van binnen en buitenaf
- Er een goede samenwerking is tussen de organen
De luchtweg is de verbinding tussen de buitenwereld en de longen.
De luchtpijp ligt in de borstholte, voor de slokdarm en vertakt zich naar de linker en rechter long.
De ademhalingsspieren bestaan uit de tussenribspieren en het middenrif. De ademhaling vind plaats
door het samentrekken van het middenrif en in mindere mate het samentrekken van de
tussenribspieren.
Het ademhalingsstelsel bestaat uit de luchtweg, longen en ademhalingsspieren en zorgt ervoor dat:
- Zuurstof uit de lucht word opgenomen
- Bloed van zuurstof voorzien
- Koolstofdioxide opnemen uit het bloed
- Koolstofdioxide uit het lichaam verwijderen
Het hart is een holle spier die bloed door het lichaam pompt. De hersenen regelen het ritme van de
hartslag, de frequentie en de sterkte, maar niet de hartslag zelf. Deze word gestuurd vanuit het hart.
De bloedvaten liggen als een wijdvertakt transportnet door het hele lichaam en worden verdeeld in:
- Slagaders zijn bloedvaten die zuurstofrijk bloed van het hart af voeren
- Haarvaten zorgen ervoor dat de uitwisseling van stoffen plaats vind van en naar
lichaamscellen
- Aders brengen zuurstofarm bloed terug naar het hart
Spataders ontstaan wanneer de kleppen in de benaders minder goed functioneren.
,Het hart en vaatstelsel omvat het hart en de bloedvaten en heeft als taak:
- Het vervoeren van zuurstof en voedingsstoffen naar alle lichaamscellen
- Het veroveren va afvalstoffen naar de longen en de nieren
Het bloed is niet alleen een transportmiddel maar speelt ook een rol bij de afweer van ziektekiemen
en bij de bloedstolling.
- Rode bloedcellen bevat een ijzerhoudende stof, die zuurstof vanuit de longblaasjes aan zich
bindt en afgeeft aan lichaamscellen. Zuurstofrijk bloed is dan ook helderrood.
- Witte bloedcellen beschermen het lichaam tegen gevaar. Door deling kan hun aantal snel
toenemen en worden schadelijke stoffen onschadelijk gemaakt door ze in te sluiten.
- Bloedplaatsjes zorgen voor bloedstolling door een netwerk van eiwitdraden aan te maken bij
het beschadigde bloedvat.
De huid is het grootste en zwaarste orgaan en heeft drie belangrijke functies:
- Beschermt het lichaam tegen schadelijke invloeden (ziektekiemen) en tegen uitdroging
- Regelt de lichaamstemperatuur via bloeddoorstroming en transpiratie
- Onderhoudt het contact van het lichaam met de omgeving door middel van tastlichaam, pijn
en temperatuurzenuwen.
De slijmvliezen bekleden de inwendige kanalen en holten van het lichaam, bijvoorbeeld de neus,
mond en keelholte, luchtwegen, darmen en blaas.
Aan de kleur van het gelaat (huid) kan met het een en ander bij slachtoffers afleiden:
- Bleek: koud, ziek of dreigende flauwte
- Blauw: koud, een vergiftiging of benauwd
- Rood: warm, of wellicht koolmonoxide ingeademd
Verder zijn er nog huidaanhangselen zoals haren en nagels. De kleur van de nagelbedden kan meer
informatie geven over de toestand van slachtoffers.
- Bleke nagels bij bloedarmoede
- Blauwe nagelbedden bij zuurstoftekort
- Gelige kleur bij geelzucht
Het botstelsel (206 botten) bestaat uit het geraamte/skelet, met gewrichten, en zorgt voor:
- Vorm en steun geven aan het lichaam
- Bescherming van belangrijke organen
- Maakt samen de met spieren bewegen mogelijk
Kraakbeen is minder hard en stevig dan bot, maar wel veerkrachtiger en elastischer.
De gewrichten zijn beweeglijke verbindingen tussen botten en maken bewegen mogelijk, De
uiteinden van de botten, die samen een gewricht vormen, passen precies in elkaar.
Soort gewricht Waar in het lichaam
Scharniergewricht Elleboog, knie, tussen de vingerkootjes
Rol/draaigewricht Tussen de botten van de onderarm
Schuif/draaigewricht Tussen boven en onderkaak
Zadelgewricht De duim
Kogelgewricht Schouder en heup
, Er zijn twee soorten spieren, en doordat spieren zich samentrekken en ontspannen, word bewegen
mogelijk gemaakt:
- Willekeurige spieren, deze kunnen we aanspannen wanneer we dat zelf willen
- Onwillekeurige spieren, dit gaat buiten onze wil om zoals het hart en de maag
De ideale lichaamstemperatuur is 37 graden.
In de biologie is de cel het kleinste onderdeel van een organisme of levend wezen dat
alle genetische informatie van dat organisme bevat.
Groepen van dezelfde soort cellen vormen een weefsel. Dit weefsel heeft dezelfde eigenschappen
als de cellen waar ze uit bestaan. Botcellen Botweefsel.
Ieder orgaan bestaat uit verschillende soorten weefsels en heeft een eigen, niet overdraagbare,
unieke functie.
Een orgaanstelsel is een groep organen die samen een bepaalde taak vervullen.
Alle orgaanstelsels samen vormen een organisme, zoals het menselijk lichaam.
In de hersenen zitten ondermeer het bewustzijn, geheugen, verstand, gevoel, emoties en de wil.
Informatie kom van binnenuit (de organen) of van buitenaf (zintuigen).
Het ruggenmerg is een dikke bundel zenuwen die zowel prikkels naar als vanaf de hersens
doorgeven.
De hersenen, ruggenmerg en zenuwen samen maken het zenuwstelsel en dit heeft als taak dat:
- Het lichaam op de juiste manier reageert op prikkels van binnen en buitenaf
- Er een goede samenwerking is tussen de organen
De luchtweg is de verbinding tussen de buitenwereld en de longen.
De luchtpijp ligt in de borstholte, voor de slokdarm en vertakt zich naar de linker en rechter long.
De ademhalingsspieren bestaan uit de tussenribspieren en het middenrif. De ademhaling vind plaats
door het samentrekken van het middenrif en in mindere mate het samentrekken van de
tussenribspieren.
Het ademhalingsstelsel bestaat uit de luchtweg, longen en ademhalingsspieren en zorgt ervoor dat:
- Zuurstof uit de lucht word opgenomen
- Bloed van zuurstof voorzien
- Koolstofdioxide opnemen uit het bloed
- Koolstofdioxide uit het lichaam verwijderen
Het hart is een holle spier die bloed door het lichaam pompt. De hersenen regelen het ritme van de
hartslag, de frequentie en de sterkte, maar niet de hartslag zelf. Deze word gestuurd vanuit het hart.
De bloedvaten liggen als een wijdvertakt transportnet door het hele lichaam en worden verdeeld in:
- Slagaders zijn bloedvaten die zuurstofrijk bloed van het hart af voeren
- Haarvaten zorgen ervoor dat de uitwisseling van stoffen plaats vind van en naar
lichaamscellen
- Aders brengen zuurstofarm bloed terug naar het hart
Spataders ontstaan wanneer de kleppen in de benaders minder goed functioneren.
,Het hart en vaatstelsel omvat het hart en de bloedvaten en heeft als taak:
- Het vervoeren van zuurstof en voedingsstoffen naar alle lichaamscellen
- Het veroveren va afvalstoffen naar de longen en de nieren
Het bloed is niet alleen een transportmiddel maar speelt ook een rol bij de afweer van ziektekiemen
en bij de bloedstolling.
- Rode bloedcellen bevat een ijzerhoudende stof, die zuurstof vanuit de longblaasjes aan zich
bindt en afgeeft aan lichaamscellen. Zuurstofrijk bloed is dan ook helderrood.
- Witte bloedcellen beschermen het lichaam tegen gevaar. Door deling kan hun aantal snel
toenemen en worden schadelijke stoffen onschadelijk gemaakt door ze in te sluiten.
- Bloedplaatsjes zorgen voor bloedstolling door een netwerk van eiwitdraden aan te maken bij
het beschadigde bloedvat.
De huid is het grootste en zwaarste orgaan en heeft drie belangrijke functies:
- Beschermt het lichaam tegen schadelijke invloeden (ziektekiemen) en tegen uitdroging
- Regelt de lichaamstemperatuur via bloeddoorstroming en transpiratie
- Onderhoudt het contact van het lichaam met de omgeving door middel van tastlichaam, pijn
en temperatuurzenuwen.
De slijmvliezen bekleden de inwendige kanalen en holten van het lichaam, bijvoorbeeld de neus,
mond en keelholte, luchtwegen, darmen en blaas.
Aan de kleur van het gelaat (huid) kan met het een en ander bij slachtoffers afleiden:
- Bleek: koud, ziek of dreigende flauwte
- Blauw: koud, een vergiftiging of benauwd
- Rood: warm, of wellicht koolmonoxide ingeademd
Verder zijn er nog huidaanhangselen zoals haren en nagels. De kleur van de nagelbedden kan meer
informatie geven over de toestand van slachtoffers.
- Bleke nagels bij bloedarmoede
- Blauwe nagelbedden bij zuurstoftekort
- Gelige kleur bij geelzucht
Het botstelsel (206 botten) bestaat uit het geraamte/skelet, met gewrichten, en zorgt voor:
- Vorm en steun geven aan het lichaam
- Bescherming van belangrijke organen
- Maakt samen de met spieren bewegen mogelijk
Kraakbeen is minder hard en stevig dan bot, maar wel veerkrachtiger en elastischer.
De gewrichten zijn beweeglijke verbindingen tussen botten en maken bewegen mogelijk, De
uiteinden van de botten, die samen een gewricht vormen, passen precies in elkaar.
Soort gewricht Waar in het lichaam
Scharniergewricht Elleboog, knie, tussen de vingerkootjes
Rol/draaigewricht Tussen de botten van de onderarm
Schuif/draaigewricht Tussen boven en onderkaak
Zadelgewricht De duim
Kogelgewricht Schouder en heup
, Er zijn twee soorten spieren, en doordat spieren zich samentrekken en ontspannen, word bewegen
mogelijk gemaakt:
- Willekeurige spieren, deze kunnen we aanspannen wanneer we dat zelf willen
- Onwillekeurige spieren, dit gaat buiten onze wil om zoals het hart en de maag
De ideale lichaamstemperatuur is 37 graden.
