Samenvatting Historische context Duitsland

Historische context Duitsland
Het einde van het Duitse keizerrijk

1914:
 Duitse keizerrijk neemt deel aan WO1
 Wilhelm II is dan keizer
 Wordt een uitzichtloze loopgravenoorlog met veel slachtoffers

1918:
 Oorlog loopt niet goed voor Duitsland
 Geallieerde zeeblokkade zorgt voor voedselschaarste
 Duitsland verliest terrein. VS eist democratische hervormingen, voordat er
vredesonderhandelingen komen

Oktober 1918: Wilhelm II stelt nieuwe regering aan die vredesonderhandelingen moet
starten

Ondanks vredesonderhandelingen moet de Duitse vloot aanval trekken op het Britse vloot
 Duitse matrozen weigeren, begin van een opstand

Komt nieuwe sociaaldemocratische regering

Keizer Wilhelm II treedt af  Duitsland wordt republiek

Sociaaldemocratische regering tekent wapenstilstand



Wankele democratie

Sociaaldemocratische regering wil na wapenstilstand  parlementaire regering

Volk moet stemmen op een nieuwe regering, maar er is veel onrust na die wapenstilstand

Communistische partij wil een communistische staat zonder parlement en politieke partijen

Proberen macht te grijpen in Berlijn (spartacusopstand)
 Opstand mislukt, maar de sociaaldemocratische regering verhuist naar Weimar, want
Berlijn was onrustig (republiek van Weimar)

Ook de oude conservatieve elite wil geen parlementaire democratie, maar keizerrijk terug
 Minder macht voor politieke partijen, meer macht voor elite

Extreemrechtse nationalistische groepen zijn teleurgesteld door de wapenstilstand
 Nieuwe regering heeft Duitsland verraden door zich over te geven

, Dolkstootlegende  Duitse leger had WO1 kunnen winnen, maar is verraden door de
sociaaldemocratische regering



Hoge herstelbetalingen

1919: verdrag van Versailles
 Duitsland is schuldig voor het uitbreken van WO1
 Moesten herstelbetalingen betalen
 Elzas en kolonies afstaan
 Mochten nog maar een klein leger

1923: achterstand met herstelbetalingen
 Frankrijk en België bezetten Ruhrgebied (industrie)
 Duitse arbeiders in Ruhrgebied gaan staken
 Duitsland drukt geld bij om de lonen te betalen
 Dit lijdt tot hyperinflatie, dus het Duitse geld wordt minder waard

1924: Dawesplan
 Herstelbetalingen koppelen aan de draagkracht van Duitsland
 VS verstrekt lening aan Duitsland, die daarmee andere landen kan afbetalen en de
andere landen vervolgens de VS kunnen afbetalen

1924-1929: economisch herstel zorgt voor periode van stabiliteit in Duitsland
 Weinig regeringswisselingen
 Groei van de economie
 Culturele bloei



De beloften van Hitler

1929  Beurskrach op de Wall Street leidt de economische crisis in
 Internationale handel valt stilt
 VS wil geleend geld van Dawesplan terug
 Duitsland wordt extra hard getroffen door de wereldcrisis

Gevolg  veel regeringswisselingen

Republiek van Weimar vindt geen oplossing
 Vertrouwen in parlementaire democratie verdwijnt

Antidemocratische partijen krijgen meer aanhangers (communisme, NSDAP)