Inhoud
Boritz – IS practitioners’ views on core concepts of information integrity.............................................2
Tee - Factors influencing organizations to improve data quality in their information systems..........4
Aloini – Risk management in ERP project introduction: Review of the literature...................................6
, Boritz – IS practitioners’ views on core concepts of information
integrity
1. Wat is het "control" probleem?
Boritz geeft aan dat het huidige control en assurance frameworks een beperking hebben doordat zij
vrijwel allemaal gericht zijn op financiële informatie. Information integrity control gaat verder dan
alleen financiële informatie, waardoor er behoefte is naar een algemeen geaccepteerde definitie van
information integrity met een bijhorend framework.
2. Waarom is het artikel opgenomen in het curriculum?
Dit artikel is opgenomen in het curriculum, omdat het vak BIV-IB zich richt op de informatie die nodig
is om de organisatie te kunnen beheersen. Hiertoe heeft het management doelgerichte en
betrouwbare informatie nodig, zodat de risico’s die de onderneming loopt (beter) beheerst kunnen
worden. Dit draagt bij aan het realiseren van de organisatiedoelstelling(en). Het artikel van Boritz
richt zich op de betrouwbaarheid/integriteit van informatie.
3. Wat is de oplossing of voorgestelde maatregel?
Het doel van deze studie van Boritz is om een reeks kernconcepten van informatie integriteit te
identificeren en valideren, zodat:
1. Managementbenaderingen gemakkelijker ontwikkeld kunnen worden die zien op het
aanpakken van informatie integriteit problemen bij zowel financiële, operationele en
management informatie;
2. Assurance services assurance kunnen verlenen t.a.v. alle aspecten van informatie-integriteit;
3. Onderzoek verricht kan worden naar de oorzaken van integriteitsproblemen en hoe deze
mogelijk opgelost kunnen worden.
Dit doel is tot uitdrukking gekomen in een framework dat informatie integriteit definieert als de
representatieve getrouwheid van informatie aan de ware staat van het object dat de informatie
vertegenwoordigt. Representatieve getrouwheid bestaat uit 4 core attributes (minimale criteria),
namelijk: accuracy/correctness, completeness, currency/timeliness en validty/authorization.
Daarnaast worden 7 enablers onderscheiden (geen karakteristieken representatieve getrouwheid), te
weten: security, availability/accessibility, understandability/granularity/aggregation,
consistency/comparibility/standards, dependability/predictability, verifiability/auditability en
credibility/assurance.
4. Wie zijn de betrokkenen en welke rol spelen ze?
Het bestuur/managers: zij hebben betrouwbare informatie nodig om beslissingen te nemen, de
organisatie te beheersen. Zij zijn eindverantwoordelijk
1e lijn en operatie: Degene die als eerste de informatie invoert in het systeem.
CIO/IT-afdeling: Zij zijn ondersteunend
Investeerders: zij hebben betrouwbare informatie nodig om te bepalen of zij in deze organisatie
willen (blijven) investeren. Staan zij achter het de doelen van de organisatie en levert de investering
voldoende rendement op?
5. Welke relaties zijn er met andere artikelen?
Boritz – IS practitioners’ views on core concepts of information integrity.............................................2
Tee - Factors influencing organizations to improve data quality in their information systems..........4
Aloini – Risk management in ERP project introduction: Review of the literature...................................6
, Boritz – IS practitioners’ views on core concepts of information
integrity
1. Wat is het "control" probleem?
Boritz geeft aan dat het huidige control en assurance frameworks een beperking hebben doordat zij
vrijwel allemaal gericht zijn op financiële informatie. Information integrity control gaat verder dan
alleen financiële informatie, waardoor er behoefte is naar een algemeen geaccepteerde definitie van
information integrity met een bijhorend framework.
2. Waarom is het artikel opgenomen in het curriculum?
Dit artikel is opgenomen in het curriculum, omdat het vak BIV-IB zich richt op de informatie die nodig
is om de organisatie te kunnen beheersen. Hiertoe heeft het management doelgerichte en
betrouwbare informatie nodig, zodat de risico’s die de onderneming loopt (beter) beheerst kunnen
worden. Dit draagt bij aan het realiseren van de organisatiedoelstelling(en). Het artikel van Boritz
richt zich op de betrouwbaarheid/integriteit van informatie.
3. Wat is de oplossing of voorgestelde maatregel?
Het doel van deze studie van Boritz is om een reeks kernconcepten van informatie integriteit te
identificeren en valideren, zodat:
1. Managementbenaderingen gemakkelijker ontwikkeld kunnen worden die zien op het
aanpakken van informatie integriteit problemen bij zowel financiële, operationele en
management informatie;
2. Assurance services assurance kunnen verlenen t.a.v. alle aspecten van informatie-integriteit;
3. Onderzoek verricht kan worden naar de oorzaken van integriteitsproblemen en hoe deze
mogelijk opgelost kunnen worden.
Dit doel is tot uitdrukking gekomen in een framework dat informatie integriteit definieert als de
representatieve getrouwheid van informatie aan de ware staat van het object dat de informatie
vertegenwoordigt. Representatieve getrouwheid bestaat uit 4 core attributes (minimale criteria),
namelijk: accuracy/correctness, completeness, currency/timeliness en validty/authorization.
Daarnaast worden 7 enablers onderscheiden (geen karakteristieken representatieve getrouwheid), te
weten: security, availability/accessibility, understandability/granularity/aggregation,
consistency/comparibility/standards, dependability/predictability, verifiability/auditability en
credibility/assurance.
4. Wie zijn de betrokkenen en welke rol spelen ze?
Het bestuur/managers: zij hebben betrouwbare informatie nodig om beslissingen te nemen, de
organisatie te beheersen. Zij zijn eindverantwoordelijk
1e lijn en operatie: Degene die als eerste de informatie invoert in het systeem.
CIO/IT-afdeling: Zij zijn ondersteunend
Investeerders: zij hebben betrouwbare informatie nodig om te bepalen of zij in deze organisatie
willen (blijven) investeren. Staan zij achter het de doelen van de organisatie en levert de investering
voldoende rendement op?
5. Welke relaties zijn er met andere artikelen?