COVA Leerjaar 1, Periode 2
Probleemverhelderend (structuur):
- Jezelf voorstellen (als nodig)
- Doel van het gesprek benoemen
- Social Talk
o ‘’Heeft u genoten van het weer?’’
o ‘’Hoe gaat het met u?’’
Voorbeeld introductie:
- ‘’Hallo meneer/mevrouw, fijn dat ik u even kon spreken...’’
- ‘’…Mijn naam is (naam) en de verpleegkundige die met u in gesprek zal gaan voor vandaag.’’
Alleen gebruiken als je elkaar niet kent, zowel? Deze zin overslaan.
- ‘’…Ik ben hier om te kijken hoe het met u gaat. Dit gesprek zal niet langer dan 15 minuten
duren, en voordat we beginnen wil ik graag even melden dat alles wat hier besproken wordt,
binnen deze muren blijven.’’
- ‘’Heeft u nog kunnen genieten van het weer?’’
- ‘’En hoe gaat het met u?’’
Fase 1: Probleemdefiniëring
- Ga in op ‘’Hoe gaat het met u?’’
- Doorvragen (tot probleem concreet is)
o ‘’Wat bedoelt u precies met…(dat u zich gestrest voelt?)
- Probleem samenvatten (aan het einde)
o ‘’Dus als ik het goed begrijp…’’
o ‘’Heeft u hier nog wat anders aan toe te voegen, of nog iets anders dat u kwijt wilt?’’
Zegt de patiënt ja? Opnieuw doorvragen
Zegt de patiënt nee? Doorgaan naar met de volgende fase
Fase 2: Benoemen consequenties van het probleem
o ‘’Wat betekent dit voor u/wat zijn de consequenties hiervan?’’
- Doorvragen tot de consequenties duidelijk zijn
- Samenvatten probleem + consequenties
o ‘’Heeft u hier nog wat anders aan toe te voegen, of nog iets anders dat u kwijt wilt?’’
Fase 3: Formuleren van het doel
o ‘’Is er een moment geweest dat het probleem dragelijk was voor u?’’
o Wanneer is het probleem/ zijn de consequenties voor u opgelost?’’
- Formuleer een positief doel: (Het moet positief klinken)
‘’Ik wil niet meer zo slecht slapen’’ FOUT doel
‘’Ik wil graag doorslapen in een avond’’ GOED doel
o ‘’Dus het doel van dit gesprek is…’’
Probleemverhelderend (structuur):
- Jezelf voorstellen (als nodig)
- Doel van het gesprek benoemen
- Social Talk
o ‘’Heeft u genoten van het weer?’’
o ‘’Hoe gaat het met u?’’
Voorbeeld introductie:
- ‘’Hallo meneer/mevrouw, fijn dat ik u even kon spreken...’’
- ‘’…Mijn naam is (naam) en de verpleegkundige die met u in gesprek zal gaan voor vandaag.’’
Alleen gebruiken als je elkaar niet kent, zowel? Deze zin overslaan.
- ‘’…Ik ben hier om te kijken hoe het met u gaat. Dit gesprek zal niet langer dan 15 minuten
duren, en voordat we beginnen wil ik graag even melden dat alles wat hier besproken wordt,
binnen deze muren blijven.’’
- ‘’Heeft u nog kunnen genieten van het weer?’’
- ‘’En hoe gaat het met u?’’
Fase 1: Probleemdefiniëring
- Ga in op ‘’Hoe gaat het met u?’’
- Doorvragen (tot probleem concreet is)
o ‘’Wat bedoelt u precies met…(dat u zich gestrest voelt?)
- Probleem samenvatten (aan het einde)
o ‘’Dus als ik het goed begrijp…’’
o ‘’Heeft u hier nog wat anders aan toe te voegen, of nog iets anders dat u kwijt wilt?’’
Zegt de patiënt ja? Opnieuw doorvragen
Zegt de patiënt nee? Doorgaan naar met de volgende fase
Fase 2: Benoemen consequenties van het probleem
o ‘’Wat betekent dit voor u/wat zijn de consequenties hiervan?’’
- Doorvragen tot de consequenties duidelijk zijn
- Samenvatten probleem + consequenties
o ‘’Heeft u hier nog wat anders aan toe te voegen, of nog iets anders dat u kwijt wilt?’’
Fase 3: Formuleren van het doel
o ‘’Is er een moment geweest dat het probleem dragelijk was voor u?’’
o Wanneer is het probleem/ zijn de consequenties voor u opgelost?’’
- Formuleer een positief doel: (Het moet positief klinken)
‘’Ik wil niet meer zo slecht slapen’’ FOUT doel
‘’Ik wil graag doorslapen in een avond’’ GOED doel
o ‘’Dus het doel van dit gesprek is…’’