Zorg periode
3.1
Taal opdracht 4: Een aansprekende eindopdracht ontwerpen.
Naam: WPB:
, Studentnummer: Coach:
Klas: Stageschool:
Vak code: PBVB19OZO1 Groep:
Opdracht 4: Een aansprekende eindopdracht ontwerpen
Taalgroeimiddelen
Taalaanbod
Een optimaal taalaanbod is correct, zowel grammaticaal als qua uitspraak. Is begrijpelijk, het niveau
sluit aan op de beheersing van de leerlingen. En is als laatste ook rijk, moeilijke of nieuwe woorden
worden door de leerkracht ingezet (Paus en Van den Brand, 2018). De leerkracht biedt de stof aan op
een begrijpelijke manier, maar wel boven niveau. Door de nieuwsgierigheid te prikkelen zorg je als
leerkracht voor een hoge betrokkenheid en een duidelijke en vernieuwende context. Je zorgt ervoor
dat je de betrokkenheid zo lang mogelijk vasthoudt.
Taalruimte
Omdat leerlingen leren door interactie met elkaar en met de leerkracht, moet de leerkracht deze
momenten creëren tijdens de taallessen. Hierbij zorgt de leerkracht dat er veel onderwerpruimte is.
Op die manier worden verschillende onderwerpen belicht en dus ook de woordenschat uitgebreid.
Laat leerlingen op de verhalen ingaan en op elkaar doorvragen. Ook verschillende leerlingen moeten
aan het woord komen, dit noem je beurtruimte. Je zorgt tijdens de beurtruimtes dat leerlingen de
niet vaak aan het woord zijn praten en er dan ook geen andere leerlingen doorheen laar praten.
Feedback
Je kunt elkaar in de klas helpen en feedback geven op verschillende manieren. Door dingen te
verhelderen, verbeteren, herhalen of iets positief te bevestigen geef je een ander feedback (Paus en
Van den Brand, 2018). Wanneer je iets verheldert, maak je iets nog even duidelijker bijvoorbeeld
door andere woorden of uitleg te geven. Bij het verbeteren kun je elkaar aanvullen of letterlijk
verbeteren. Het herhalen spreekt voor zich, je herhaalt letterlijk wat er gezegd of behandeld is.
Wanneer je positief bevestigd een respons of compliment naar een leerling toe. Deze kunnen zowel
verbaal als non-verbaal zijn.
Bronnen
Paus, H. (2018). Taalgroeimiddelen. In A. Van den Brand (Red.), Portaal (5e druk editie, pp.
120–122). Bussum, Nederland: Coutinho.
Verhallen, M. (2011). Taalgroeimiddelen. In R. Walst (Red.), Taalontwikkeling op school (2e
druk editie, pp. 46–56). Bussum, Nederland: Coutinho.
3.1
Taal opdracht 4: Een aansprekende eindopdracht ontwerpen.
Naam: WPB:
, Studentnummer: Coach:
Klas: Stageschool:
Vak code: PBVB19OZO1 Groep:
Opdracht 4: Een aansprekende eindopdracht ontwerpen
Taalgroeimiddelen
Taalaanbod
Een optimaal taalaanbod is correct, zowel grammaticaal als qua uitspraak. Is begrijpelijk, het niveau
sluit aan op de beheersing van de leerlingen. En is als laatste ook rijk, moeilijke of nieuwe woorden
worden door de leerkracht ingezet (Paus en Van den Brand, 2018). De leerkracht biedt de stof aan op
een begrijpelijke manier, maar wel boven niveau. Door de nieuwsgierigheid te prikkelen zorg je als
leerkracht voor een hoge betrokkenheid en een duidelijke en vernieuwende context. Je zorgt ervoor
dat je de betrokkenheid zo lang mogelijk vasthoudt.
Taalruimte
Omdat leerlingen leren door interactie met elkaar en met de leerkracht, moet de leerkracht deze
momenten creëren tijdens de taallessen. Hierbij zorgt de leerkracht dat er veel onderwerpruimte is.
Op die manier worden verschillende onderwerpen belicht en dus ook de woordenschat uitgebreid.
Laat leerlingen op de verhalen ingaan en op elkaar doorvragen. Ook verschillende leerlingen moeten
aan het woord komen, dit noem je beurtruimte. Je zorgt tijdens de beurtruimtes dat leerlingen de
niet vaak aan het woord zijn praten en er dan ook geen andere leerlingen doorheen laar praten.
Feedback
Je kunt elkaar in de klas helpen en feedback geven op verschillende manieren. Door dingen te
verhelderen, verbeteren, herhalen of iets positief te bevestigen geef je een ander feedback (Paus en
Van den Brand, 2018). Wanneer je iets verheldert, maak je iets nog even duidelijker bijvoorbeeld
door andere woorden of uitleg te geven. Bij het verbeteren kun je elkaar aanvullen of letterlijk
verbeteren. Het herhalen spreekt voor zich, je herhaalt letterlijk wat er gezegd of behandeld is.
Wanneer je positief bevestigd een respons of compliment naar een leerling toe. Deze kunnen zowel
verbaal als non-verbaal zijn.
Bronnen
Paus, H. (2018). Taalgroeimiddelen. In A. Van den Brand (Red.), Portaal (5e druk editie, pp.
120–122). Bussum, Nederland: Coutinho.
Verhallen, M. (2011). Taalgroeimiddelen. In R. Walst (Red.), Taalontwikkeling op school (2e
druk editie, pp. 46–56). Bussum, Nederland: Coutinho.