Projectmanagement (NL)
H1 - Het Project
Project – Een tijdelijke samenwerking van een aantal mensen -meestal uit verschillende
vakgebieden- om binnen een vastgestelde tijd een vooraf vastgesteld projectresultaat te bereiken
met een vastgesteld budget.
Improvisatie Projectmatig werk Routinematig werk
Wanneer? Ad hoc (plotseling), snel Te voorzien, eenmalig Herhalend
reageren, eenmalig
Resultaat? Onzeker Redelijk zeker Zeker en efficiënt
Bekendheid Nieuw, plotseling Nieuw, planmatig Bekend
Vrijheid? Veel vrijheid, flexibiliteit, Vooraf doordacht, Nauwelijks vrijheid
noodzakelijk beperkte vrijheid
Werkwijze? Chaotisch, niet volgens Volgens plan, geleidelijk Duidelijk, vaste
procedures duidelijker procedure
Kenmerken van een project
- Tijdelijk
o Het heeft een begin- en eindpunt. Projectstart-up – begin van een project
- Uniek projectresultaat
o Het ‘wat’ van het project
- Projectdoel
o Het ‘waarom’ van het project
- Opdrachtgever
o Een opdrachtgever stelt budget in de vorm van geld of capaciteit beschikbaar om het
project uit te voeren. Sommige projecten hebben verschillende sponsoren
- Projectmanager
o De projectmanager heeft de eindverantwoordelijkheid voor het projectresultaat en
maakt -met zijn projectteam- in overleg met de opdrachtgever, een plan van aanpak
voor het project.
- Projectteam
o Projectteamleden die (deels) uit hun normale werkzaamheden zijn vrijgemaakt om
mee te werken in een projectteam, hebben tijdelijk een tweede ‘baas’: de
projectmanager.
- Samenwerking
o Multidisciplinair – mensen uit verschillende disciplines (vakgebieden)
- Eigen budget
o Budget bestaat uit geld voor te besteden middelen en uit capaciteit van in te zetten
mensen en middelen.
Financieel budget
Urenbudget
- Bewaking voortgang
Improvisatie, projectmatig werken en routinematig werken kunnen op elkaar volgen.
Soorten projecten:
- Technische projecten – projecten die een verandering in de techniek als doelstelling hebben
of een nieuw product moeten opleveren.
H1 - Het Project
Project – Een tijdelijke samenwerking van een aantal mensen -meestal uit verschillende
vakgebieden- om binnen een vastgestelde tijd een vooraf vastgesteld projectresultaat te bereiken
met een vastgesteld budget.
Improvisatie Projectmatig werk Routinematig werk
Wanneer? Ad hoc (plotseling), snel Te voorzien, eenmalig Herhalend
reageren, eenmalig
Resultaat? Onzeker Redelijk zeker Zeker en efficiënt
Bekendheid Nieuw, plotseling Nieuw, planmatig Bekend
Vrijheid? Veel vrijheid, flexibiliteit, Vooraf doordacht, Nauwelijks vrijheid
noodzakelijk beperkte vrijheid
Werkwijze? Chaotisch, niet volgens Volgens plan, geleidelijk Duidelijk, vaste
procedures duidelijker procedure
Kenmerken van een project
- Tijdelijk
o Het heeft een begin- en eindpunt. Projectstart-up – begin van een project
- Uniek projectresultaat
o Het ‘wat’ van het project
- Projectdoel
o Het ‘waarom’ van het project
- Opdrachtgever
o Een opdrachtgever stelt budget in de vorm van geld of capaciteit beschikbaar om het
project uit te voeren. Sommige projecten hebben verschillende sponsoren
- Projectmanager
o De projectmanager heeft de eindverantwoordelijkheid voor het projectresultaat en
maakt -met zijn projectteam- in overleg met de opdrachtgever, een plan van aanpak
voor het project.
- Projectteam
o Projectteamleden die (deels) uit hun normale werkzaamheden zijn vrijgemaakt om
mee te werken in een projectteam, hebben tijdelijk een tweede ‘baas’: de
projectmanager.
- Samenwerking
o Multidisciplinair – mensen uit verschillende disciplines (vakgebieden)
- Eigen budget
o Budget bestaat uit geld voor te besteden middelen en uit capaciteit van in te zetten
mensen en middelen.
Financieel budget
Urenbudget
- Bewaking voortgang
Improvisatie, projectmatig werken en routinematig werken kunnen op elkaar volgen.
Soorten projecten:
- Technische projecten – projecten die een verandering in de techniek als doelstelling hebben
of een nieuw product moeten opleveren.