Samenvatting Onderzoekstechnieken - Wat is onderzoek?

Samenvatting Onderzoekstechnieken
H1 t/m 8

Onderzoeksontwerp =
Uitleggen welk soort onderzoek je gaat doen en waarom (bv Delphi-onderzoek).

Triangulatie =
Je wil interpretaties niet laten afhangen van 1 waarneming, maar gaat opzoek naar aanvullend
bewijs.
 Bedoeld om de geldigheid te bevorderen.
 Kan betrekking hebben op gebruik maken van verschillende databronnen, maar ook verschillende
manieren van dataverzameling.

Karakter van onderzoek
Beschrijvend onderzoek =
Dit doe je als je een probleemsituatie wilt beschrijven.

Explorerend onderzoek (verkennend) =
Als je geen idee hebt over de oorzaken van een probleem is het verstandig om dit te doen.

Ethische voorwaarden
Eisen mbt respondenten:
 Deelname van onderzoek is vrijwillig
 Uitleg waar onderzoek toe dient
 Gegevens anoniem
 Uitkomst geen nadelig effect respondenten

Eisen onderzoeker:
 Onafhankelijk
 Transparante opzet
 Resultaten controleerbaar
 Afspraak maken over geheimhouding

Wetenschapsopvattingen
Empirisch-analytisch:
 Sociaalwetenschappelijk onderzoek op een manier die natuurwetenschappelijk onderzoek
benadert
 Vaststellen van feiten, toetsen van hypothesen
 Deductief en theorie-gestuurd
 Op basis van empirische, objectieve waarneming
 Voorkeur voor cijfermatig vaststellen (kwantitatieve data), maar ook met kwalitatieve data
mogelijk
 Vaak voor overheden

Kritiek empirisch-analytische benadering
1. 100% objectieve benadering bestaat niet
2. Alles in cijfers past minder bij sociaalwetenschappelijk onderzoek (wil weten waarom men zo
denkt)
3. De onafhankelijke variabele beïnvloed de afhankelijke variabele


Interpretatieve stroming:

,  Er is niet 1 werkelijkheid
 Waarneming gekleurd door mensbeeld
 Streven naar holisme (alle actoren en factoren die een rol zouden kunnen spelen moet
meenemen)
 Gericht op betekenissen en begrijpen (voorkeur kwalitatieve data)
 Generaliseren is lastig
 Wil het hele verhaal begrijpen

Voorbeelden:
 Narrative benadering: persoonlijke verhalen
 Fenomenologie: persoonlijke ervaringen
 Hermeneutiek: interpretatie van teksten (bijbelstukken)

Kritiek interpretatieve benadering
1. Dubbele interpretatie (is de kennis wel geldig)
2. Hoe onderscheidt de wetenschapper zich van de niet-wetenschapper (journalisten)
3. Een uniek onderzoek kan je niet voor andere situaties gebruiken

Maatschappijkritische stroming
 Komt voort uit maatschappelijke problemen
 Doel is verandering, verbetering v/d situatie
 Vaak vermengingen rol onderzoeker

Voorbeeld:
 Actieonderzoek

Methoden
Actieonderzoek =
Wordt gebruikt als je veranderingen wilt aanbrengen in een situatie.
 Onderzoeken van mogelijkheden, het ontwerpen van nieuwe perspectieven en uittesten ervan
 Probleemgericht
 Empirisch toetsbare uitspraken

Bibliografisch onderzoek =
De inhoud van levensverhalen wordt onderzocht aan de hand van thema’s die een rol spelen in het
verhaal

Casestudie =
Een onderzoek bij maar 1 onderzoekseenheid. Wordt gebruikt als je het totaalbeeld van een
fenomeen in zijn context wilt schetsen.
 Doel: generaliseren naar vergelijkbare situaties

Delphi-onderzoek =
Hierbij gaat het om het ontwikkelen van inzichten en kennis. Hierbij worden experts geïnterviewd.
 Veel gebruikt bij beleidsonderzoek

Discours analyse =
De onderzoeker probeert via de analyse van taal zicht te krijgen op de sociale werkelijkheid.
 Gaat om de manier waarop via taal sociale verhoudingen en rollen bepaald worden

Conversatieanalyse =