1
H7 Spirometrie
Spirometrie principe = Meting waarbij de P diep moet inademen, en nadien met een
geforceerde ademhaling uitblazen. Kijken hoeveel en hoe snel deze lucht wordt uitgeblazen
Longfunctietesten:
1.Spirometrie basis longfunctie test
Kan 2 functies bekijken:
Obstructie = vernauwing
Restrictie = beperkte ademreserves (= volume behaalbaar naast uw teugvolume)
o Pos. longvolume beperking = restrictie
Residueel volume (volume achtergebleven na laatste ademhaling):
- Verhoogd:
o kan deel longvolume niet gebruiken
o lagere flow bij obstructieve luchtwegen (niet elk obstructief geval heeft dit)
o wanneer elasticiteit vermindt
o alveole structuur afgebroken luchtwegen klappen samen (longemfyseem)
- Oorzaak:
o dynamische compressie gaat flow limiteren en volume gaat verminderen tot
er zo weinig overblijft, je kleine luchtwegen gaan afsluiten residueel
volume (1/4e totale longcapaciteit)
2.Longvolumes longfunctie test
Kan onderzoeken:
- Helium-dilutie : in een gesloten systeem rustig ademen gedurende aantal minuten,
gasmengsel met helium verspreidt zich over toestel en longen, helium verdunt in de
longen Meten van RVC , RV en TLC
- Body plethysmografie : in cabine adhv ademhaling gaat klep sluiten en hier tegen
blijven ademen, long vergroot en krimpt in meting volumeverandering adhv
drukverandering in de ruimte en long
o Verschil testen :
Meting v locaties die geventileerd worden helium-dilutie
Bij enorme obstructie delen niet meegemeten
Alle locaties worden gemeten bodybox
3.Gastransport over alveolocapillaire membraan longfunctietest
- CO-diffusiemeting : gasmengsel 10 sec inademen en ophouden, dan uitblazen
4.Inspanningsgebonden afwijkingen longfunctietest
- Ergometrie : bij normale longfuncties, onder spanning
,2
H7 Spirometrie
alveolocapillaire = verplaatsing longblaasjes naar het bloed -> CO-diffusiemeting
Hyperventilatie :
Teugvolume vergroten ademritme verhoogd mee
ergospirometrie = volumeverandering vd mond
Redenen voor longfunctie-onderzoek
o Diagnostiek longaandoeningen
Klachten: hoesten, druk op borst, kortademig, slechte conditie
o Evaluatie behandeling
o Pre-operatieve risicobepaling (= op voorhand bepalen hoeveel long er bv
weggehaald moet worden)
o Expertise activiteiten/keuringen
Duikers moeten gescreend worden, in rust en de hyperreactiviteit
Topsporters
Chemische bedrijven
Spirometrie (natte spirometer)
= toestel meting van luchtverplaatsingen aan de mond
Metingen:
Vt = teugvolume (ongeveer 500mL)
⇒ volumeverandering van de mond meten
Vc = Vitale capaciteit (ongeveer 6L bij deze
persoon)= maximale hoeveelheid lucht die in een
teug verplaatst kan worden
bij vrouwen lager dan bij mannen
verschil van volledig vol en volledig lege long
totale longcapaciteit niet meten
RV = residueel volume (wordt niet gemeten)
FRC : Functionele reversele capaciteit (“)
- RV
- exiratoir reservevolume (= wat je nog extra kan uitademen)
TLC = totale longcapaciteit (5 - 10/12L) (“)
Geforceerde meting
grafiek naar rechts
diep inademen met korte pauze
krachtig uitademen steil naar beneden
obstructieve luchtwegen vlakkere daling
, 3
H7 Spirometrie
FEV1 = forced exp volume na 1 seconde waarde voor eventuele obstructie
FVC = einde uitademing, forced vital capacity
Tiffeneau-index= FEV1(L)/FVC(L) bepaald obstructies
o Afhankelijk leeftijd
o Norm = 80%
o Obstructie = <80%
o Richtlijn COPD = 70-75%
(I)VC en FVC
= inspiratoire vitale capaciteit
o Links: 4x vitale capaciteit gemeten, pat moet eerst
uitblazen en dan inademen (6,8L = vitale capaciteit
van deze patiënt → zie lijntjes/blokjes)
o Rechts: Heel diep inademen en dan uitademen,
eerst heel snel (steile lijn) dan gaat lijn afbuigen →
trager (geforceerd manoeuvre)
o De afgebogen lijn is uitblazen
o FVC: geforceerd manoeuvre (linker grafiek)
Verlaagd door vervroegd afsluiten luchtwegen COPD
o FEV= uitademing (+/- 6L in 1 sec)
1sec waarde 80% of meer = niet vernauwd -> tiffeneau index
Vernauwing is als de eerste lijn schuiner loopt en dus zal de 1
sec waarde lafer ligt
o VC= max hoeveelheid lucht die in één teug verplaatst kan worden in liter is
een maat voor ademreserve
o FEV1= max hoeveelheid lucht die in 1 sec uitgeademd kan worden in liter
o FEV1/VC= maat voor luchtwegobstructie of Tiffeneau-index -> lage tiffenau is
een luchtwegvernauwing
- Pathologie
o Obstructieve longziekten: astma of COPD
o Restrictieve longziekten: longfibrose
COPD = chronische vernauwing vd luchtwegen
<-> astma: afwisselende vernauwing
+ 3e obstructieve stoornis: Mucoviscidose (= slijmen krijgen die zich vastzetten op de
luchtwegen → vernauwing/infecties)
Longfibrose = aandoening waarbij je meer weerstand krijgt om long op te blazen → minder
longcapaciteit
H7 Spirometrie
Spirometrie principe = Meting waarbij de P diep moet inademen, en nadien met een
geforceerde ademhaling uitblazen. Kijken hoeveel en hoe snel deze lucht wordt uitgeblazen
Longfunctietesten:
1.Spirometrie basis longfunctie test
Kan 2 functies bekijken:
Obstructie = vernauwing
Restrictie = beperkte ademreserves (= volume behaalbaar naast uw teugvolume)
o Pos. longvolume beperking = restrictie
Residueel volume (volume achtergebleven na laatste ademhaling):
- Verhoogd:
o kan deel longvolume niet gebruiken
o lagere flow bij obstructieve luchtwegen (niet elk obstructief geval heeft dit)
o wanneer elasticiteit vermindt
o alveole structuur afgebroken luchtwegen klappen samen (longemfyseem)
- Oorzaak:
o dynamische compressie gaat flow limiteren en volume gaat verminderen tot
er zo weinig overblijft, je kleine luchtwegen gaan afsluiten residueel
volume (1/4e totale longcapaciteit)
2.Longvolumes longfunctie test
Kan onderzoeken:
- Helium-dilutie : in een gesloten systeem rustig ademen gedurende aantal minuten,
gasmengsel met helium verspreidt zich over toestel en longen, helium verdunt in de
longen Meten van RVC , RV en TLC
- Body plethysmografie : in cabine adhv ademhaling gaat klep sluiten en hier tegen
blijven ademen, long vergroot en krimpt in meting volumeverandering adhv
drukverandering in de ruimte en long
o Verschil testen :
Meting v locaties die geventileerd worden helium-dilutie
Bij enorme obstructie delen niet meegemeten
Alle locaties worden gemeten bodybox
3.Gastransport over alveolocapillaire membraan longfunctietest
- CO-diffusiemeting : gasmengsel 10 sec inademen en ophouden, dan uitblazen
4.Inspanningsgebonden afwijkingen longfunctietest
- Ergometrie : bij normale longfuncties, onder spanning
,2
H7 Spirometrie
alveolocapillaire = verplaatsing longblaasjes naar het bloed -> CO-diffusiemeting
Hyperventilatie :
Teugvolume vergroten ademritme verhoogd mee
ergospirometrie = volumeverandering vd mond
Redenen voor longfunctie-onderzoek
o Diagnostiek longaandoeningen
Klachten: hoesten, druk op borst, kortademig, slechte conditie
o Evaluatie behandeling
o Pre-operatieve risicobepaling (= op voorhand bepalen hoeveel long er bv
weggehaald moet worden)
o Expertise activiteiten/keuringen
Duikers moeten gescreend worden, in rust en de hyperreactiviteit
Topsporters
Chemische bedrijven
Spirometrie (natte spirometer)
= toestel meting van luchtverplaatsingen aan de mond
Metingen:
Vt = teugvolume (ongeveer 500mL)
⇒ volumeverandering van de mond meten
Vc = Vitale capaciteit (ongeveer 6L bij deze
persoon)= maximale hoeveelheid lucht die in een
teug verplaatst kan worden
bij vrouwen lager dan bij mannen
verschil van volledig vol en volledig lege long
totale longcapaciteit niet meten
RV = residueel volume (wordt niet gemeten)
FRC : Functionele reversele capaciteit (“)
- RV
- exiratoir reservevolume (= wat je nog extra kan uitademen)
TLC = totale longcapaciteit (5 - 10/12L) (“)
Geforceerde meting
grafiek naar rechts
diep inademen met korte pauze
krachtig uitademen steil naar beneden
obstructieve luchtwegen vlakkere daling
, 3
H7 Spirometrie
FEV1 = forced exp volume na 1 seconde waarde voor eventuele obstructie
FVC = einde uitademing, forced vital capacity
Tiffeneau-index= FEV1(L)/FVC(L) bepaald obstructies
o Afhankelijk leeftijd
o Norm = 80%
o Obstructie = <80%
o Richtlijn COPD = 70-75%
(I)VC en FVC
= inspiratoire vitale capaciteit
o Links: 4x vitale capaciteit gemeten, pat moet eerst
uitblazen en dan inademen (6,8L = vitale capaciteit
van deze patiënt → zie lijntjes/blokjes)
o Rechts: Heel diep inademen en dan uitademen,
eerst heel snel (steile lijn) dan gaat lijn afbuigen →
trager (geforceerd manoeuvre)
o De afgebogen lijn is uitblazen
o FVC: geforceerd manoeuvre (linker grafiek)
Verlaagd door vervroegd afsluiten luchtwegen COPD
o FEV= uitademing (+/- 6L in 1 sec)
1sec waarde 80% of meer = niet vernauwd -> tiffeneau index
Vernauwing is als de eerste lijn schuiner loopt en dus zal de 1
sec waarde lafer ligt
o VC= max hoeveelheid lucht die in één teug verplaatst kan worden in liter is
een maat voor ademreserve
o FEV1= max hoeveelheid lucht die in 1 sec uitgeademd kan worden in liter
o FEV1/VC= maat voor luchtwegobstructie of Tiffeneau-index -> lage tiffenau is
een luchtwegvernauwing
- Pathologie
o Obstructieve longziekten: astma of COPD
o Restrictieve longziekten: longfibrose
COPD = chronische vernauwing vd luchtwegen
<-> astma: afwisselende vernauwing
+ 3e obstructieve stoornis: Mucoviscidose (= slijmen krijgen die zich vastzetten op de
luchtwegen → vernauwing/infecties)
Longfibrose = aandoening waarbij je meer weerstand krijgt om long op te blazen → minder
longcapaciteit