SOCIOLOGIE
Samenvatting
2025-2026
Dit document is een samenvatting van (enkel het gedeelte) sociologie van
het vak sociologie en rechtssociologie, gedoceerd door prof. dr. Leuvenhaege
M. De samenvatting is gebaseerd op haar lessen, presentaties en het boek.
Sahar Aslam
1ste bachelor aan de faculteit rechten van de Universiteit van Antwerpen
,Sociologie 2025-2026
Hoofdstuk 1: Sociologie...................................................................................................... 3
1.1 Het samenlevingsspel................................................................................................3
1.2 Het dagelijkse leven door de sociologische lens........................................................4
1.2.1 Selectieve waarneming.......................................................................................5
1.2.2 Referentiekaders.................................................................................................5
1.2.3 Voorbeeld: voetbal...............................................................................................7
1.3 Common sense vs. sociologische verbeelding...........................................................7
Op veel vragen hebben we wel een antwoord dat gebaseerd is op common sense – ons
gezond verstand en dagelijkse ervaringen. Bijvoorbeeld:................................................7
1.3.1 Echtscheiding...................................................................................................... 8
1.3.2 Zelfdoding........................................................................................................... 8
1.3.3 Arbeid.................................................................................................................. 8
1.3.4 De verschillende sociologische verklaringsniveaus.................................................9
Sociologische verklaringen worden gezocht op micro-, meso- én macroniveau...............9
1.4 Definitie..................................................................................................................... 9
Hoofdstuk 2: Tegenstellingen in de samenleving..............................................................10
2.1 Perverse effecten en armoede.................................................................................10
2.2 Sociologische tegenstellingen..................................................................................11
2.2.1 Individu en samenleving: een tweestrijd?..........................................................12
2.2.2 Mogelijkheden vs. beperkingen.........................................................................14
2.2.3 Solidariteit vs. strijd........................................................................................... 16
2.2.4 Ongelijkheid vs. gelijkheid.................................................................................19
Hoofdstuk 3: Sociologische wetenschap...........................................................................22
3.1 Unieke wetenschap.................................................................................................. 22
3.2 Sociale feiten........................................................................................................... 24
3.3 Sociologie is niet normatief......................................................................................25
3.4 Sociologie ontdekt en verruimt................................................................................25
3.5 De sociologie: een van de huizen op het plein van de samenleving, met
verschillende kamers en de bijhorende ramen..............................................................26
Hoofdstuk 4: Sociologische bouwstenen...........................................................................26
4.1 Sociaal handelen..................................................................................................... 26
4.2 Interactie en communicatie.....................................................................................27
Telewerk..................................................................................................................... 28
Looking Glass Self (Cooley)........................................................................................29
Symbolisch interactionisme (Mead) – Mind, Self, Society............................................29
Sociale ruil (Homans).................................................................................................. 29
4.3 Sociale relaties en posities, sociale rol en status.....................................................30
1
,Sociologie 2025-2026
4.3.1 Sociale relaties.................................................................................................. 30
4.3.2 Sociale posities.................................................................................................. 30
4.3.3 Sociale status.................................................................................................... 31
4.3.4 Sociale rol.......................................................................................................... 31
4.3.5 Rolattributen en statussymbolen.......................................................................33
Hoofdstuk 5: Netwerken en groepen.................................................................................33
5.1 Sociale netwerken.................................................................................................... 33
5.2 Groepen................................................................................................................... 35
5.3 Referentiegroepen................................................................................................... 38
5.4 Groepen tussen conflict en solidariteit.....................................................................39
Hoofdstuk 6: Cultuur......................................................................................................... 40
6.1 Wat is cultuur?......................................................................................................... 40
6.2 Cultuur met grote en kleine C..................................................................................41
6.3 Patroon van waarden, normen, verwachtingen en doeleinden.................................43
6.3.1 Waarden............................................................................................................ 43
6.3.2 Normen.............................................................................................................. 45
6.3.3 Doeleinden........................................................................................................ 45
6.3.4 Verwachtingen................................................................................................... 46
6.6 Cultuur en beschaving............................................................................................. 46
6.7 Instituties en institutionalisering..............................................................................47
6.8 Het gezin................................................................................................................. 47
2
, Sociologie 2025-2026
Hoofdstuk 1: Sociologie
Sociologie is de (objectieve) studie van de samenleving. Het woord ‘sociologie’ komt van
een samenstelling van Latijn en Grieks. Het is afgeleid uit socius (metgezel) en societas
(samenleving), en logos (kennis, leer, kunde), die samen letterlijk ‘samenlevingskunde’
betekenen.
Het eerste concept van sociologie lag bij E.J. Sièyes. Hij probeerde ten tijde van de
Franse Revolutie de samenleving in te richten. Hij kwam tot de conclusie dat er drie
standen waren: de clerus, de adel en de derde stand. De derde stand is de grootste en
moet volgens Sièyes meer inspraak krijgen. Voor die reden is hij toch niet de grondlegger
van de sociologie: hij ging uit van een normatieve wetenschap – hoe de samenleving
moet zijn – niet van een objectieve wetenschap – hoe de samenleving is.
Anders dan Sièyes definieert Auguste Comte in 1830 de sociologie als empirische
wetenschap, net zoals de natuurwetenschappen die empirisch, objectief en bevrijdend
zijn. Om die reden wordt Comte aanzien als ware grondlegger van de sociologie.
1.1 Het samenlevingsspel
De sociologie bestudeert de samenleving als speelveld met spelregels en spelers: het
samenlevingsspel. Het samenlevingsspel beantwoordt volgende vragen:
Wie neemt deel en wie niet? Welke (in)formele hiërarchie bestaat er
tussen deze posities?
Welke regels gelden er? Hoe communiceren/interageren de spelers
met elkaar?
Waar gelden die regels? Welke posities bekleden de spelers? Zijn
deze posities veranderlijk in aantal, soort
en tijd?
Welke verwachtingen (rollen) gaan samen Wat is het doel van het spel? Wat is de rol
met deze posities? van de spelers daarin?
Welke waardering (status) gaat samen Wie bevindt zich in de ruimte rond het
met deze posities? speelveld, in de tribune?
De socioloog bevindt zich in de tribune als neutrale waarnemer. Hij bevindt zich niet
buiten het stadium, want ook hij is deel van de samenleving. Wetenschappers moeten
bewust zijn van hun positionaliteit in de samenleving omdat dit een mogelijke impact
heeft op de neutraliteit van hun onderzoek. Centraal staat de vraag: “Wie ben jij als
onderzoeker?”
positionaliteit = houdt in dat de identiteit of sociale positie van een persoon invloed
heeft op zijn kijk op de samenleving.
Voorbeeld: Een man zal zijn onderzoek misschien meer baseren op een mannelijk
perspectief, terwijl vrouwen zich misschien meer zullen baseren op een vrouwelijk
perspectief.
Positionaliteit is verwant, maar niet gelijk aan
intersectionaliteit. Intersectionaliteit= een concept dat beschrijft
hoe verschillende sociale identiteitskenmerken (zoals gender,
etniciteit, klasse, seksuele oriëntatie, religie, handicap, etc.) gelijktijdig
en in samenhang invloed hebben op hoe mensen privileges ervaren of
juist worden onderdrukt.
3
Samenvatting
2025-2026
Dit document is een samenvatting van (enkel het gedeelte) sociologie van
het vak sociologie en rechtssociologie, gedoceerd door prof. dr. Leuvenhaege
M. De samenvatting is gebaseerd op haar lessen, presentaties en het boek.
Sahar Aslam
1ste bachelor aan de faculteit rechten van de Universiteit van Antwerpen
,Sociologie 2025-2026
Hoofdstuk 1: Sociologie...................................................................................................... 3
1.1 Het samenlevingsspel................................................................................................3
1.2 Het dagelijkse leven door de sociologische lens........................................................4
1.2.1 Selectieve waarneming.......................................................................................5
1.2.2 Referentiekaders.................................................................................................5
1.2.3 Voorbeeld: voetbal...............................................................................................7
1.3 Common sense vs. sociologische verbeelding...........................................................7
Op veel vragen hebben we wel een antwoord dat gebaseerd is op common sense – ons
gezond verstand en dagelijkse ervaringen. Bijvoorbeeld:................................................7
1.3.1 Echtscheiding...................................................................................................... 8
1.3.2 Zelfdoding........................................................................................................... 8
1.3.3 Arbeid.................................................................................................................. 8
1.3.4 De verschillende sociologische verklaringsniveaus.................................................9
Sociologische verklaringen worden gezocht op micro-, meso- én macroniveau...............9
1.4 Definitie..................................................................................................................... 9
Hoofdstuk 2: Tegenstellingen in de samenleving..............................................................10
2.1 Perverse effecten en armoede.................................................................................10
2.2 Sociologische tegenstellingen..................................................................................11
2.2.1 Individu en samenleving: een tweestrijd?..........................................................12
2.2.2 Mogelijkheden vs. beperkingen.........................................................................14
2.2.3 Solidariteit vs. strijd........................................................................................... 16
2.2.4 Ongelijkheid vs. gelijkheid.................................................................................19
Hoofdstuk 3: Sociologische wetenschap...........................................................................22
3.1 Unieke wetenschap.................................................................................................. 22
3.2 Sociale feiten........................................................................................................... 24
3.3 Sociologie is niet normatief......................................................................................25
3.4 Sociologie ontdekt en verruimt................................................................................25
3.5 De sociologie: een van de huizen op het plein van de samenleving, met
verschillende kamers en de bijhorende ramen..............................................................26
Hoofdstuk 4: Sociologische bouwstenen...........................................................................26
4.1 Sociaal handelen..................................................................................................... 26
4.2 Interactie en communicatie.....................................................................................27
Telewerk..................................................................................................................... 28
Looking Glass Self (Cooley)........................................................................................29
Symbolisch interactionisme (Mead) – Mind, Self, Society............................................29
Sociale ruil (Homans).................................................................................................. 29
4.3 Sociale relaties en posities, sociale rol en status.....................................................30
1
,Sociologie 2025-2026
4.3.1 Sociale relaties.................................................................................................. 30
4.3.2 Sociale posities.................................................................................................. 30
4.3.3 Sociale status.................................................................................................... 31
4.3.4 Sociale rol.......................................................................................................... 31
4.3.5 Rolattributen en statussymbolen.......................................................................33
Hoofdstuk 5: Netwerken en groepen.................................................................................33
5.1 Sociale netwerken.................................................................................................... 33
5.2 Groepen................................................................................................................... 35
5.3 Referentiegroepen................................................................................................... 38
5.4 Groepen tussen conflict en solidariteit.....................................................................39
Hoofdstuk 6: Cultuur......................................................................................................... 40
6.1 Wat is cultuur?......................................................................................................... 40
6.2 Cultuur met grote en kleine C..................................................................................41
6.3 Patroon van waarden, normen, verwachtingen en doeleinden.................................43
6.3.1 Waarden............................................................................................................ 43
6.3.2 Normen.............................................................................................................. 45
6.3.3 Doeleinden........................................................................................................ 45
6.3.4 Verwachtingen................................................................................................... 46
6.6 Cultuur en beschaving............................................................................................. 46
6.7 Instituties en institutionalisering..............................................................................47
6.8 Het gezin................................................................................................................. 47
2
, Sociologie 2025-2026
Hoofdstuk 1: Sociologie
Sociologie is de (objectieve) studie van de samenleving. Het woord ‘sociologie’ komt van
een samenstelling van Latijn en Grieks. Het is afgeleid uit socius (metgezel) en societas
(samenleving), en logos (kennis, leer, kunde), die samen letterlijk ‘samenlevingskunde’
betekenen.
Het eerste concept van sociologie lag bij E.J. Sièyes. Hij probeerde ten tijde van de
Franse Revolutie de samenleving in te richten. Hij kwam tot de conclusie dat er drie
standen waren: de clerus, de adel en de derde stand. De derde stand is de grootste en
moet volgens Sièyes meer inspraak krijgen. Voor die reden is hij toch niet de grondlegger
van de sociologie: hij ging uit van een normatieve wetenschap – hoe de samenleving
moet zijn – niet van een objectieve wetenschap – hoe de samenleving is.
Anders dan Sièyes definieert Auguste Comte in 1830 de sociologie als empirische
wetenschap, net zoals de natuurwetenschappen die empirisch, objectief en bevrijdend
zijn. Om die reden wordt Comte aanzien als ware grondlegger van de sociologie.
1.1 Het samenlevingsspel
De sociologie bestudeert de samenleving als speelveld met spelregels en spelers: het
samenlevingsspel. Het samenlevingsspel beantwoordt volgende vragen:
Wie neemt deel en wie niet? Welke (in)formele hiërarchie bestaat er
tussen deze posities?
Welke regels gelden er? Hoe communiceren/interageren de spelers
met elkaar?
Waar gelden die regels? Welke posities bekleden de spelers? Zijn
deze posities veranderlijk in aantal, soort
en tijd?
Welke verwachtingen (rollen) gaan samen Wat is het doel van het spel? Wat is de rol
met deze posities? van de spelers daarin?
Welke waardering (status) gaat samen Wie bevindt zich in de ruimte rond het
met deze posities? speelveld, in de tribune?
De socioloog bevindt zich in de tribune als neutrale waarnemer. Hij bevindt zich niet
buiten het stadium, want ook hij is deel van de samenleving. Wetenschappers moeten
bewust zijn van hun positionaliteit in de samenleving omdat dit een mogelijke impact
heeft op de neutraliteit van hun onderzoek. Centraal staat de vraag: “Wie ben jij als
onderzoeker?”
positionaliteit = houdt in dat de identiteit of sociale positie van een persoon invloed
heeft op zijn kijk op de samenleving.
Voorbeeld: Een man zal zijn onderzoek misschien meer baseren op een mannelijk
perspectief, terwijl vrouwen zich misschien meer zullen baseren op een vrouwelijk
perspectief.
Positionaliteit is verwant, maar niet gelijk aan
intersectionaliteit. Intersectionaliteit= een concept dat beschrijft
hoe verschillende sociale identiteitskenmerken (zoals gender,
etniciteit, klasse, seksuele oriëntatie, religie, handicap, etc.) gelijktijdig
en in samenhang invloed hebben op hoe mensen privileges ervaren of
juist worden onderdrukt.
3