Rechtssociologie 2025-2026
Hoofdstuk 1: Inleiding
1.1 Inleiding
1. Waarover gaat rechtssociologie?
Inhoudsopgave Dialogen tussen recht en samenleving: Inleiding, regelgeving, formele
geschilbeslechting, informele geschilbeslechting, juridische beroepen, handhaving, justitie en beleid,
justitie en burger, rechtshulp,…
-> Rechtssociologie lijkt een ‘gewoon’ vak. De onderwerpen zijn (meestal) vertrouwde juridische
onderwerpen maar de methode en perspectief op deze thema’s is anders dan bij de gewone
rechtsvakken.
Basisschema
Rechtssociologie Rechtswetenschap
Methode Empirische methode Doctrinaire methode die meerdere 1.1
methoden omarmt en technieken omvat
Perspectief Extern perspectief Intern perspectief (deelnemer aan de 1.2
(Waar staat de rechtspraktijk)
onderzoeker tov het
recht?)
1.1 Methode
Juridische (doctrinaire) methode (zijn wij de komende 5 jaar in getraind)
- Wij worden getraind in het selecteren van relevante feiten en die onder bepaalde regels
onderbrengen
- Subsumptie: feiten onder regel brengen
Methoden en technieken in de brede zin
- Feiten verzamelen (voor zover juridisch relevant) → (beperkt) empirisch.
- De regel moet worden ‘gevonden’ → heuristiek.
- De regel kan open of vage normen bevatten → interpreteren volgens de juridische technieken.
- De geldigheid van een norm controleren → beoordelen volgens de interne systematiek,
formeel-juridische criteria.
- Meerdere grondrechten zijn van toepassing → afwegen.
- Regelcreatie of bestaande regel kent gebreken → voorschrijven hoe het ‘zou moeten’ (sollen/
ought to be) / verbeteren van de regel (normatief).
Alles binnen de grenzen van de doctrine, met oog op het bewaken van de coherentie van de doctrine.
,Empirische methode
Wetenschappelijke, systematische gegevensverzameling in de praktijk, in het ‘veld’.( bv. juridische
setting) Niet: anekdotische kennis
Onderzoeksstrategie: kwantitatief en kwalitatief onderzoek.
- Kwantitatief
o Identificeren van trends op basis van meetbare variabelen.
o Gebaseerd op cijfers.
o Technieken: surveys, experimenten, …
- Kwalitatief
o Begrijpen van houdingen, ervaringen, interpretaties (van iemand). Normatieve logica
van iemand vatten. Dieper graven, weten wat er achter die cijfers liggen. Of je het daar
mee eens bent is een ander verhaal.
o Gebaseerd op betekenissen en ervaringen.
o Technieken: interviews, focusgroepen, observatie, …
Nieuwsbericht les:
Kwantitatieve benadering: we willen de cijfers bestuderen, wat is de verhouding tussen de online en
de in persoon afhandeling of de tevredenheid? Obv een schaal kunnen we dat te weten komen
Kwalitatieve benadering: mensen interviewen -> Hoe heb je de procedure ervaring? Aangename
ervaring en zo ja, waarom? Zijn er bepaalde zaken die beter konden?
Criteria voor sociaal-wetenschappelijk onderzoek
Kwantitatief onderzoek Kwalitatief onderzoek (mogelijke alternatieve
criteria)
Consistentie Betrouwbaarheid – Afhankelijkheid
repliceerbaarheid
Waarheid Interne validiteit Geloofwaardigheid
Toepasbaarheid Externe validiteit – Overdraagbaarheid
representativiteit
Neutraliteit Objectiviteit van de data Overtuigingskracht
Kwantitatief: Leunt aan bij strategieen in de exacte wetenschappen, kwaliteitscriteria liggen redelijk
vast:
- Betrouwbaarheid: Kom je tot hetzelfde resultaat als je het onderzoek opnieuw zou voeren? Zou
hetzelfde moeten zijn.
- Interne validiteit: de manier dat uw onderzoek is opgezet, de design. Je onderzoeksvraag en
conclusie moeten uit elkaar vloeien. Volgt het één uit het ander?
- Externe validiteit (belangrijk): De representativiteit. Kan ik op basis van de groep die ik heb
bevraagd iets zeggen over de ganse bevolking?
- Objectiviteit van de data: mijn houding ten opzichte van dat thema zou de data niet mogen
beinvloeden.
Kwalitatief: veel discussies over welk criteria te hanteren:
- Afhankelijkheid: is dat logisch opgebouwd dat onderzoek? Zit er een tegenspraak in?
- Geloofwaardigheid: zijn die data wel geloofwaardig?
, - Overdraagbaarheid: vaak moeilijk om kwalitatieve data te gaan overdragen naar een andere
setting want wordt niet van een representatieve sample. Generaliseerbaarheid is niet
noodzakelijk daar. Kunnen we het toepassen op een andere context/setting?
- Overtuigingskracht: de manier dat vragen worden gesteld gaat een impact hebben op het
onderzoek? De persoon die het interview (bv) aflegt heeft impact op de uitslag. Is dit een witte
man van rond de 60jaar of een vrouw van een andere etniciteit? -> zal invloed hebben. Bij
kwalitatief onderzoek is dit geen probleem
➔ Positionaliteit van de onderzoeker
Empirische methode: verzamelen en analyseren van deze data, kijken naar het recht in de
samenleving en niet enkel het recht dat we terugvinden in wetgeving/rechtspraak/rechtsleer, relatie
recht en samenleving
Voorbeeld van doctrinaire methode: genitale verminking/besnijdenis in Senegal
1. Vaststelling van een onderzoeksprobleem
2. Onderzoeksvragen in juridisch ‘doctrinair’ onderzoek:
- “Welke juridische instrumenten zijn relevant?”
- Hoe luidt het recht over genitale verminking/besnijdenis in Senegal?”
3. Zoeken en analyseren van juridische bronnen (Wat hebben juridische auteurs over dit thema te
zeggen. Ik wil weten wat het recht zegt over dit thema)
- Verdragen, constitutioneel recht en wetgeving in Senegal.
- Rechtspraak.
- Rechtsleer (artikels en boeken).
Analyse van juridische bronnen wijst op bestaan van een sterk mensenrechtelijk kader: ‘probleem’
opgelost!
Maar in de rechtssociologie: missen we niet iets in de analyse? Is het niet interessant en
maatschappelijk relevant om te weten hoe fictief die instrumenten zijn? Maakt die regelgeving een
verschil in de praktijk? Wordt dat nageleefd? En hoe komt dat?
- Waarom wel, waarom niet? Falende implementatie/handhaving? Weinig maatschappelijke
steun/naleving?
- Deze vragen kunnen niet worden beantwoord d.m.v. een uitsluitend juridische analyse, een
empirisch onderzoek is nodig.
Voorbeeld van doctrinaire methode: vrijwillige zwangerschapsafbreking in België.
- Zie 3 stappen hierboven
Analyse van juridische bronnen wijst op verschillend juridisch kader: onderzoeks‘probleem’ en
onderzoeksvragen opgelost!
Maar, wat zijn de effecten van de regelgeving?
- Wordt de regelgeving gevolgd? Waarom wel, waarom niet? Weinig maatschappelijke
steun/naleving? Leidt de regelgeving tot drempels bij vrijwillige zwangerschapsafbreking? Zijn
er verschillen in de effecten?
- Deze vragen kunnen niet worden beantwoord d.m.v. een uitsluitend juridische analyse, een
empirisch onderzoek is nodig.
, Doctrinaire trefwoorden, formuleringen en vragen
- De rechtmatigheid van …, de bevoegdheid om …, de strijd van … met …, de aansprakelijkheid
van …, de strafbaarheid van …, de gebondenheid aan …, de rechtsgevolgen van …, de
geldigheid van …., (uitzonderings)gronden, rechten, plichten, ... botsing, afweging, …
- Inhoud van een verdrag, wet, decreet, voorstel, procedure, …
- Inhoud van een vonnis of een arrest.
- Doctrine, rechtssystematiek, dogmatiek.
Law in the books: standaardbenaming om dit te omschrijven. We gaan opzoek naar het recht zoals we
dat in de boeken vinden -> De regelgeving rechtspraak en rechtsleer
Vragen: “Hoe luidt het recht?”, “Wat is het toepasselijke recht?” en “Hoe zou het recht moeten
luiden?”.
Empirische/rechtssociologische trefwoorden, formuleringen en vragen
- De effectiviteit van …, de doelmatigheid van …, de werking van …, de effecten of risico’s van …,
het functioneren van …
- De oorzaken van…, de totstandkoming van…, de invloed van…
- Ervaringen met …, de perceptie van…, de aanvaarding van…, de waardering van…
- Verklaring, gevolgen en oorzaken.
Vaak zal cultuur ook een verklaring zijn van waar recht wordt toegepast of niet
Law in action -> Verschil tussen recht in de boeken en in de praktijk is iets wat we al decenia lang vaststellen
Vragen: “Hoe is het recht ontstaan?” (Welke aspecten in de samenleving hebben ervoor gezorgd dat
het recht er zo uit ziet) en “Hoe werkt het recht?”(Wat doet het recht in de praktijk?).
Rechtssociologen gaan soms voorspellen of regels effectief gaan zijn of moeilijk handhaafbaar gaan
zijn
1.2 Perspectief
Intern perspectief Extern perspectief
Deelnermersperspecteif Toeschouwersperspectief
Rolmodel van de rechter centraal Ook rollen voor wetgever, handhaver en
uitvoerder, onderzoeker
Interne, autonome logica Relatie tot maatschappelijk
Rechtszekerheid en rechtseenheid
Structureel gericht op bewaken en versterken Constructief subversief
van de coherentie van het recht
Rechtswetenschap -> interne perspectief
- Deelnemer aan het recht: advocaat, rechter,..
- Vaak het perspectief van de rechter dat dominant zal zijn
- Hoe moet de rechter beslissen?
- Intern -> logica van het recht
- Belangrijke aspecten: zekerheid en eenheid (geen tegenspraak ) van het recht
- Wanneer komt coherentie onder druk? -> bepaalde uitspraken elkaar tegenspreken of als
bepaalde actor in het recht zijn taak fout, te breed invult (is momenteel de inzet van de
Hoofdstuk 1: Inleiding
1.1 Inleiding
1. Waarover gaat rechtssociologie?
Inhoudsopgave Dialogen tussen recht en samenleving: Inleiding, regelgeving, formele
geschilbeslechting, informele geschilbeslechting, juridische beroepen, handhaving, justitie en beleid,
justitie en burger, rechtshulp,…
-> Rechtssociologie lijkt een ‘gewoon’ vak. De onderwerpen zijn (meestal) vertrouwde juridische
onderwerpen maar de methode en perspectief op deze thema’s is anders dan bij de gewone
rechtsvakken.
Basisschema
Rechtssociologie Rechtswetenschap
Methode Empirische methode Doctrinaire methode die meerdere 1.1
methoden omarmt en technieken omvat
Perspectief Extern perspectief Intern perspectief (deelnemer aan de 1.2
(Waar staat de rechtspraktijk)
onderzoeker tov het
recht?)
1.1 Methode
Juridische (doctrinaire) methode (zijn wij de komende 5 jaar in getraind)
- Wij worden getraind in het selecteren van relevante feiten en die onder bepaalde regels
onderbrengen
- Subsumptie: feiten onder regel brengen
Methoden en technieken in de brede zin
- Feiten verzamelen (voor zover juridisch relevant) → (beperkt) empirisch.
- De regel moet worden ‘gevonden’ → heuristiek.
- De regel kan open of vage normen bevatten → interpreteren volgens de juridische technieken.
- De geldigheid van een norm controleren → beoordelen volgens de interne systematiek,
formeel-juridische criteria.
- Meerdere grondrechten zijn van toepassing → afwegen.
- Regelcreatie of bestaande regel kent gebreken → voorschrijven hoe het ‘zou moeten’ (sollen/
ought to be) / verbeteren van de regel (normatief).
Alles binnen de grenzen van de doctrine, met oog op het bewaken van de coherentie van de doctrine.
,Empirische methode
Wetenschappelijke, systematische gegevensverzameling in de praktijk, in het ‘veld’.( bv. juridische
setting) Niet: anekdotische kennis
Onderzoeksstrategie: kwantitatief en kwalitatief onderzoek.
- Kwantitatief
o Identificeren van trends op basis van meetbare variabelen.
o Gebaseerd op cijfers.
o Technieken: surveys, experimenten, …
- Kwalitatief
o Begrijpen van houdingen, ervaringen, interpretaties (van iemand). Normatieve logica
van iemand vatten. Dieper graven, weten wat er achter die cijfers liggen. Of je het daar
mee eens bent is een ander verhaal.
o Gebaseerd op betekenissen en ervaringen.
o Technieken: interviews, focusgroepen, observatie, …
Nieuwsbericht les:
Kwantitatieve benadering: we willen de cijfers bestuderen, wat is de verhouding tussen de online en
de in persoon afhandeling of de tevredenheid? Obv een schaal kunnen we dat te weten komen
Kwalitatieve benadering: mensen interviewen -> Hoe heb je de procedure ervaring? Aangename
ervaring en zo ja, waarom? Zijn er bepaalde zaken die beter konden?
Criteria voor sociaal-wetenschappelijk onderzoek
Kwantitatief onderzoek Kwalitatief onderzoek (mogelijke alternatieve
criteria)
Consistentie Betrouwbaarheid – Afhankelijkheid
repliceerbaarheid
Waarheid Interne validiteit Geloofwaardigheid
Toepasbaarheid Externe validiteit – Overdraagbaarheid
representativiteit
Neutraliteit Objectiviteit van de data Overtuigingskracht
Kwantitatief: Leunt aan bij strategieen in de exacte wetenschappen, kwaliteitscriteria liggen redelijk
vast:
- Betrouwbaarheid: Kom je tot hetzelfde resultaat als je het onderzoek opnieuw zou voeren? Zou
hetzelfde moeten zijn.
- Interne validiteit: de manier dat uw onderzoek is opgezet, de design. Je onderzoeksvraag en
conclusie moeten uit elkaar vloeien. Volgt het één uit het ander?
- Externe validiteit (belangrijk): De representativiteit. Kan ik op basis van de groep die ik heb
bevraagd iets zeggen over de ganse bevolking?
- Objectiviteit van de data: mijn houding ten opzichte van dat thema zou de data niet mogen
beinvloeden.
Kwalitatief: veel discussies over welk criteria te hanteren:
- Afhankelijkheid: is dat logisch opgebouwd dat onderzoek? Zit er een tegenspraak in?
- Geloofwaardigheid: zijn die data wel geloofwaardig?
, - Overdraagbaarheid: vaak moeilijk om kwalitatieve data te gaan overdragen naar een andere
setting want wordt niet van een representatieve sample. Generaliseerbaarheid is niet
noodzakelijk daar. Kunnen we het toepassen op een andere context/setting?
- Overtuigingskracht: de manier dat vragen worden gesteld gaat een impact hebben op het
onderzoek? De persoon die het interview (bv) aflegt heeft impact op de uitslag. Is dit een witte
man van rond de 60jaar of een vrouw van een andere etniciteit? -> zal invloed hebben. Bij
kwalitatief onderzoek is dit geen probleem
➔ Positionaliteit van de onderzoeker
Empirische methode: verzamelen en analyseren van deze data, kijken naar het recht in de
samenleving en niet enkel het recht dat we terugvinden in wetgeving/rechtspraak/rechtsleer, relatie
recht en samenleving
Voorbeeld van doctrinaire methode: genitale verminking/besnijdenis in Senegal
1. Vaststelling van een onderzoeksprobleem
2. Onderzoeksvragen in juridisch ‘doctrinair’ onderzoek:
- “Welke juridische instrumenten zijn relevant?”
- Hoe luidt het recht over genitale verminking/besnijdenis in Senegal?”
3. Zoeken en analyseren van juridische bronnen (Wat hebben juridische auteurs over dit thema te
zeggen. Ik wil weten wat het recht zegt over dit thema)
- Verdragen, constitutioneel recht en wetgeving in Senegal.
- Rechtspraak.
- Rechtsleer (artikels en boeken).
Analyse van juridische bronnen wijst op bestaan van een sterk mensenrechtelijk kader: ‘probleem’
opgelost!
Maar in de rechtssociologie: missen we niet iets in de analyse? Is het niet interessant en
maatschappelijk relevant om te weten hoe fictief die instrumenten zijn? Maakt die regelgeving een
verschil in de praktijk? Wordt dat nageleefd? En hoe komt dat?
- Waarom wel, waarom niet? Falende implementatie/handhaving? Weinig maatschappelijke
steun/naleving?
- Deze vragen kunnen niet worden beantwoord d.m.v. een uitsluitend juridische analyse, een
empirisch onderzoek is nodig.
Voorbeeld van doctrinaire methode: vrijwillige zwangerschapsafbreking in België.
- Zie 3 stappen hierboven
Analyse van juridische bronnen wijst op verschillend juridisch kader: onderzoeks‘probleem’ en
onderzoeksvragen opgelost!
Maar, wat zijn de effecten van de regelgeving?
- Wordt de regelgeving gevolgd? Waarom wel, waarom niet? Weinig maatschappelijke
steun/naleving? Leidt de regelgeving tot drempels bij vrijwillige zwangerschapsafbreking? Zijn
er verschillen in de effecten?
- Deze vragen kunnen niet worden beantwoord d.m.v. een uitsluitend juridische analyse, een
empirisch onderzoek is nodig.
, Doctrinaire trefwoorden, formuleringen en vragen
- De rechtmatigheid van …, de bevoegdheid om …, de strijd van … met …, de aansprakelijkheid
van …, de strafbaarheid van …, de gebondenheid aan …, de rechtsgevolgen van …, de
geldigheid van …., (uitzonderings)gronden, rechten, plichten, ... botsing, afweging, …
- Inhoud van een verdrag, wet, decreet, voorstel, procedure, …
- Inhoud van een vonnis of een arrest.
- Doctrine, rechtssystematiek, dogmatiek.
Law in the books: standaardbenaming om dit te omschrijven. We gaan opzoek naar het recht zoals we
dat in de boeken vinden -> De regelgeving rechtspraak en rechtsleer
Vragen: “Hoe luidt het recht?”, “Wat is het toepasselijke recht?” en “Hoe zou het recht moeten
luiden?”.
Empirische/rechtssociologische trefwoorden, formuleringen en vragen
- De effectiviteit van …, de doelmatigheid van …, de werking van …, de effecten of risico’s van …,
het functioneren van …
- De oorzaken van…, de totstandkoming van…, de invloed van…
- Ervaringen met …, de perceptie van…, de aanvaarding van…, de waardering van…
- Verklaring, gevolgen en oorzaken.
Vaak zal cultuur ook een verklaring zijn van waar recht wordt toegepast of niet
Law in action -> Verschil tussen recht in de boeken en in de praktijk is iets wat we al decenia lang vaststellen
Vragen: “Hoe is het recht ontstaan?” (Welke aspecten in de samenleving hebben ervoor gezorgd dat
het recht er zo uit ziet) en “Hoe werkt het recht?”(Wat doet het recht in de praktijk?).
Rechtssociologen gaan soms voorspellen of regels effectief gaan zijn of moeilijk handhaafbaar gaan
zijn
1.2 Perspectief
Intern perspectief Extern perspectief
Deelnermersperspecteif Toeschouwersperspectief
Rolmodel van de rechter centraal Ook rollen voor wetgever, handhaver en
uitvoerder, onderzoeker
Interne, autonome logica Relatie tot maatschappelijk
Rechtszekerheid en rechtseenheid
Structureel gericht op bewaken en versterken Constructief subversief
van de coherentie van het recht
Rechtswetenschap -> interne perspectief
- Deelnemer aan het recht: advocaat, rechter,..
- Vaak het perspectief van de rechter dat dominant zal zijn
- Hoe moet de rechter beslissen?
- Intern -> logica van het recht
- Belangrijke aspecten: zekerheid en eenheid (geen tegenspraak ) van het recht
- Wanneer komt coherentie onder druk? -> bepaalde uitspraken elkaar tegenspreken of als
bepaalde actor in het recht zijn taak fout, te breed invult (is momenteel de inzet van de