DEEL 1 – Wat is marketingcommunicatie?
Wat is marketing?
Marketing betekent duurzame klantrelaties opbouwen door klanten
meerwaarde te bieden.
In ruil daarvoor krijg je waarde terug (zoals winst, merkloyaliteit, positieve
mond-tot-mondreclame,…).
De marketingmix – De 4 P’s:
Marketing wordt vaak gestructureerd via de 4 P’s:
1. Product: wat bied je aan? → moet inspelen op behoeften en wensen
van de klant.
2. Prijs: wat kost het voor de klant? → weerspiegelt waardeperceptie, niet
enkel kostprijs.
3. Plaats (distributie): hoe maak je het product beschikbaar? → winkels,
online, logistiek.
4. Promotie: hoe communiceer je met de klant? → reclame, PR, social
media, e-mail, events, etc.
Promotie = marketingcommunicatie.
Het doel van marketingcommunicatie is dus de klant informeren,
overtuigen en beïnvloeden via allerlei communicatiekanalen, zowel
online als offline.
DEEL 2 – Het marketingcommunicatieplan
Centrale vraag (rode draad):
Welke stappen moet een ondernemer respecteren om te komen tot
succesvolle communicatie over zijn/haar product?
Het 5-stappenplan:
1. Doelgroep beschrijven
2. Communicatiedoelstellingen bepalen
3. Boodschap formuleren
, 4. Middelen/media/tools kiezen (communicatie-instrumenten)
5. Mediaplanning & evaluatie van resultaten
Doel van het plan:
Je ultieme missie als ondernemer is:
De juiste relatie opbouwen met de juiste klanten
De juiste doelstellingen bepalen
De juiste boodschap verspreiden via de juiste media
Hiermee bouw je aan een consistente, sterke merkcommunicatie.
STAP 1 – De doelgroep
Alles begint met het selecteren en leren kennen van de juiste
doelgroep voor jouw product of dienst.
Onderdelen van deze stap:
1. Marketingdoelgroep vs. communicatiedoelgroep
2. STP-proces
3. Voorbeelden van positionering
4. USP
5. One Word Proposition
6. Voorbeelden van USP
7. Positioneringsframework
8. Positioneringsstatement
9. Ladderingstrategie
10. Herpositionering
11. Positioneringsfouten
1. Marketingdoelgroep vs. Communicatiedoelgroep
Marketingdoelgroep = de kopers van het product (bv. ouders kopen
speelgoed voor kinderen).
, Communicatiedoelgroep = de personen waarop je
communicatie gericht is (bv. kinderen zelf via tv-reclame).
Beide groepen kunnen verschillen, maar zijn allebei cruciaal.
2. STP-proces
STP = Segmentatie – Targeting – Positionering
a) Segmentatie
De markt opdelen in homogene groepen klanten met gelijke
kenmerken, behoeften of gedragingen.
Elke groep reageert op een gelijkaardige manier op marketingstimuli.
Belangrijkste segmentatiecriteria:
1. Geografisch: land, regio, klimaat, stad, buurt, …
2. Demografisch: leeftijd, geslacht, inkomen, opleiding, gezinsgrootte,
levensfase, religie, nationaliteit,…
3. Psychografisch: levensstijl, waarden, persoonlijkheid, sociale klasse,
…
4. Gedragsmatig: productgebruik, merkentrouw, houding tegenover
merk, voordelen die men zoekt,…
Voorbeeld:
Axe segmenteert niet langer enkel mannen, maar lanceert ook een geur
voor vrouwen → nieuw marktsegment.
b) Targeting
= kiezen op welke segmenten je je richt.
Je bepaalt je doelgroep.
Trends tonen dat marketing tegenwoordig draait rond “AAT: All About
Them” → de klant staat volledig centraal (customer-centric).
c) Positionering
= een strategische keuze waarbij je bepaalt hoe je wil dat jouw product in
het hoofd van de consument zit.
Je geeft je merk een unieke, gunstige en onderscheidende positie in de
geest van de consument.
Bekende uitspraken:
, “Positioneren is als daten: je laat het beste van jezelf zien.”
“Producten worden gemaakt in de fabriek, maar merken worden
gecreëerd in het hoofd.” (Jack Trout)
“Positioneren is kiezen, kleur bekennen en trouw blijven aan die keuze.”
Doel: je product laten onderscheiden van de concurrentie in de perceptie
van de klant.
3. Voorbeelden van duidelijke positionering
Volvo: staat voor veiligheid
Uber: staat voor snelheid en gemak
Colruyt: staat voor laagste prijzen
4. USP – Unique Selling Proposition
De USP komt voort uit je positionering.
Het is de duidelijke, concrete reden waarom de klant voor jou moet
kiezen in plaats van voor de concurrent.
Kenmerken:
Kort, krachtig en makkelijk te begrijpen
Je kernbelofte
Richt je op één sterke, onderscheidende kernwaarde
Wie kiest, wordt gekozen: durf focus te leggen
Voorbeelden van mogelijke USP’s:
Goedkoopste aanbieder
Hoogste kwaliteit
Beste service
Meest duurzame optie
Snelste levering
Originele cadeauverpakking
Wat is marketing?
Marketing betekent duurzame klantrelaties opbouwen door klanten
meerwaarde te bieden.
In ruil daarvoor krijg je waarde terug (zoals winst, merkloyaliteit, positieve
mond-tot-mondreclame,…).
De marketingmix – De 4 P’s:
Marketing wordt vaak gestructureerd via de 4 P’s:
1. Product: wat bied je aan? → moet inspelen op behoeften en wensen
van de klant.
2. Prijs: wat kost het voor de klant? → weerspiegelt waardeperceptie, niet
enkel kostprijs.
3. Plaats (distributie): hoe maak je het product beschikbaar? → winkels,
online, logistiek.
4. Promotie: hoe communiceer je met de klant? → reclame, PR, social
media, e-mail, events, etc.
Promotie = marketingcommunicatie.
Het doel van marketingcommunicatie is dus de klant informeren,
overtuigen en beïnvloeden via allerlei communicatiekanalen, zowel
online als offline.
DEEL 2 – Het marketingcommunicatieplan
Centrale vraag (rode draad):
Welke stappen moet een ondernemer respecteren om te komen tot
succesvolle communicatie over zijn/haar product?
Het 5-stappenplan:
1. Doelgroep beschrijven
2. Communicatiedoelstellingen bepalen
3. Boodschap formuleren
, 4. Middelen/media/tools kiezen (communicatie-instrumenten)
5. Mediaplanning & evaluatie van resultaten
Doel van het plan:
Je ultieme missie als ondernemer is:
De juiste relatie opbouwen met de juiste klanten
De juiste doelstellingen bepalen
De juiste boodschap verspreiden via de juiste media
Hiermee bouw je aan een consistente, sterke merkcommunicatie.
STAP 1 – De doelgroep
Alles begint met het selecteren en leren kennen van de juiste
doelgroep voor jouw product of dienst.
Onderdelen van deze stap:
1. Marketingdoelgroep vs. communicatiedoelgroep
2. STP-proces
3. Voorbeelden van positionering
4. USP
5. One Word Proposition
6. Voorbeelden van USP
7. Positioneringsframework
8. Positioneringsstatement
9. Ladderingstrategie
10. Herpositionering
11. Positioneringsfouten
1. Marketingdoelgroep vs. Communicatiedoelgroep
Marketingdoelgroep = de kopers van het product (bv. ouders kopen
speelgoed voor kinderen).
, Communicatiedoelgroep = de personen waarop je
communicatie gericht is (bv. kinderen zelf via tv-reclame).
Beide groepen kunnen verschillen, maar zijn allebei cruciaal.
2. STP-proces
STP = Segmentatie – Targeting – Positionering
a) Segmentatie
De markt opdelen in homogene groepen klanten met gelijke
kenmerken, behoeften of gedragingen.
Elke groep reageert op een gelijkaardige manier op marketingstimuli.
Belangrijkste segmentatiecriteria:
1. Geografisch: land, regio, klimaat, stad, buurt, …
2. Demografisch: leeftijd, geslacht, inkomen, opleiding, gezinsgrootte,
levensfase, religie, nationaliteit,…
3. Psychografisch: levensstijl, waarden, persoonlijkheid, sociale klasse,
…
4. Gedragsmatig: productgebruik, merkentrouw, houding tegenover
merk, voordelen die men zoekt,…
Voorbeeld:
Axe segmenteert niet langer enkel mannen, maar lanceert ook een geur
voor vrouwen → nieuw marktsegment.
b) Targeting
= kiezen op welke segmenten je je richt.
Je bepaalt je doelgroep.
Trends tonen dat marketing tegenwoordig draait rond “AAT: All About
Them” → de klant staat volledig centraal (customer-centric).
c) Positionering
= een strategische keuze waarbij je bepaalt hoe je wil dat jouw product in
het hoofd van de consument zit.
Je geeft je merk een unieke, gunstige en onderscheidende positie in de
geest van de consument.
Bekende uitspraken:
, “Positioneren is als daten: je laat het beste van jezelf zien.”
“Producten worden gemaakt in de fabriek, maar merken worden
gecreëerd in het hoofd.” (Jack Trout)
“Positioneren is kiezen, kleur bekennen en trouw blijven aan die keuze.”
Doel: je product laten onderscheiden van de concurrentie in de perceptie
van de klant.
3. Voorbeelden van duidelijke positionering
Volvo: staat voor veiligheid
Uber: staat voor snelheid en gemak
Colruyt: staat voor laagste prijzen
4. USP – Unique Selling Proposition
De USP komt voort uit je positionering.
Het is de duidelijke, concrete reden waarom de klant voor jou moet
kiezen in plaats van voor de concurrent.
Kenmerken:
Kort, krachtig en makkelijk te begrijpen
Je kernbelofte
Richt je op één sterke, onderscheidende kernwaarde
Wie kiest, wordt gekozen: durf focus te leggen
Voorbeelden van mogelijke USP’s:
Goedkoopste aanbieder
Hoogste kwaliteit
Beste service
Meest duurzame optie
Snelste levering
Originele cadeauverpakking