100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Volledige samenvatting strafrecht prof. Rozie

Beoordeling
-
Verkocht
2
Pagina's
67
Geüpload op
17-12-2025
Geschreven in
2025/2026

Volledige samenvatting gebaseerd op de cursus, aangevuld met extra's uit de hoorcolleges van professor Rozie. Alle belangrijke artikelen zijn duidelijk aangeduid en het bevat handige voorbeelden.












Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
17 december 2025
Bestand laatst geupdate op
20 december 2025
Aantal pagina's
67
Geschreven in
2025/2026
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Hoofdstuk 1. De strafwet
1. Het legaliteitsbeginsel
1. Wettelijke bepalingen
Historiek:

- Beccaria heeft boek geschreven als reactie tegen willekeur en wreedheid in strafrecht & wilde heldere
wetgeving met noodzakelijke bestraffing en geen doodstraf meer <-> maar toch is er nog repressie
- Von Feuerbach = echte geestelijke vader van legaliteitsprincipe – hij benadrukte belang van wettelijke
misdrijfomschrijvingen en straffen als psychologische dwang op dader



Legaliteitsbeginsel = beschermd door Gw. en verschillende bepalingen in internationale verdragen: art. 12, lid 2 & art.
14 Gw., art. 7 EVRM, art. 15 IVBPR, art. 49, §1 & 2 Handvest Grondrechten EU

= ook terug te vinden in art. 1 Sw. – derde lid herneemt Nurembergclausule (gaat terug tot na WOII, bestond nog geen
wettelijke verankering voor bep. misdrijven, dan heeft men Nurembergclausule ingevoerd) die gewoonterechtelijke karakter
van bepaalde strafbaarstellingen bevestigt
Beroep doen op gewoonterechtelijke origine van bepaalde strafbaarstellingen naar Belgisch recht = niet nodig door
ratificatie door België van Statuut van Internationaal Strafhof en incorporatie van deze internationaalrechtelijke
misdrijven in nationale recht (art. 82 Sw.)

Maar bij uitoefening van extraterritoriale rechtsmacht kan dit wel essentieel zijn wanneer men het legaliteitsbeginsel &
vereiste van dubbele incriminatie wil respecteren m.b.t. misdrijven die niet werden opgenomen in wettelijke bepaling in
land waar misdrijf werd gepleegd



2. De draagwijdte van het beginsel
A. De vormelijke vereiste van een wet

Legaliteitsbeginsel impliceert dat enkel wet van bep. gedraging misdrijf kan maken & straf kan bepalen die hieraan
gekoppeld kan worden – in principe = strafrecht dus geschreven recht
Gemeenschappen & gewesten kunnen ook voorzien in straffen & strafbaarstellingen dus dienen ook decreten &
ordonnanties onder actieradius begrepen te worden – art. 11 Bijzondere Wet 1980: ook decreten & ordonnanties voor
bijzondere inbreuken van automatische toepassing kunnen van Boek 1 Sw. afwijken voor misdrijven die binnen grenzen
van bevoegdheden van gemeenschappen & gewesten vallen

Art. 14 Gw. geen straf kan worden ingevoerd dan “krachtens een wet” - houdt in dat uitvoerende macht
reglementaire bevoegdheid heeft om in misdrijven te voorzien
Ook gemeenten & provincies kunnen overtreding van hun reglementen sanctioneren met strafrechtelijke straffen -
gemeenten: deze straffen mogen politiestraffen niet te boven gaan - provincies: maxima = afwijkend bepaald op ten
hoogste 8 dagen gevangenis & 200 EUR geldboete – MAAR strafrechtelijke bevoegdheid van gemeenten & provincies
lijkt inhoudsloos te worden

Gemeenten hebben alternatief om niet-naleving reglementen & verordeningen af te dwingen via ruime bevoegdheden
die ze hebben gekregen om bestuurlijke sancties te bepalen – deze materie wordt geregeld in GAS-wet – categorieën
van GAS-sancties = limitatief: gemeenten kunnen geen andere vormen van GAS-sancties opleggen – wordt opgelegd
door bestuurlijke ambtenaar, kan boete aanvechten voor politierechtbank




1

, Burgemeester kan politieverordeningen maken – die vervallen wanneer zij niet door raad in eerstvolgende vergadering
worden bekrachtigd (art. 134, §1 Nieuwe Gemeentewet) – burgemeester treedt dan op i.p.v. gemeenteraad & mag geen
strengere straffen bepalen dan politiestraffen + art. 187 Wet 15 mei 2007 betreffende civiele veiligheid

Provinciegouverneurs kunnen wettelijke grondslag opleveren voor misdrijven – art. 1 wet 6 maart 1818: overtreding
tegen besluiten m.b.t. openbare rust, veiligheid & gezondheid wordt bestraft met straf van niveau 1



B. Inhoudelijke vereisten aan de wet – het lex certa-beginsel

Legaliteitsbeginsel in strafzaken (art. 12, lid 2 en art. 14 Gw.) vereist duidelijke en precieze omschrijving van
constitutieve en verzwarende bestanddelen van misdrijf en van bestraffing – hangt samen met adagium: ieder wordt
geacht wet te kennen

= lex certa-beginsel – ingevuld door zowel EHRM, GwH als HvC

Rechter mag geen andere gedragingen bestraffen dan als misdrijf omschreven door wet & mag geen andere straf
opleggen dan voorzien door wet



Extra: interpretatie van de strafwet

Art. 4 Sw.

Je moet niet interpreteren

- wanneer wetgever dit al voor jou heeft gedaan door authentieke interpretatie te geven aan wetten– heeft te
maken met conceptuele autonomie van strafrecht: mag eigen strafrechtelijke kader bepalen
- als tekst duidelijk is en geen strijdige aanwijzingen in wet zijn – dan moet rechter zich richten op gewone
betekenis van begrippen



moet soms wel interpreteren:

- moet verplicht overgaan tot strikte interpretatie bij onduidelijkheid
- verbod van analoge interpretatie in nadeel van beklaagde
- wel toegelaten: toegelaten evolutieve interpretatie = theorie want in praktijk is het moeilijk om dit te
beoordelen
o feiten die de wetgever volstrekt onmogelijk kon voorzien ten tijde van afkondiging
o wil van de wetgever om dat soort feiten tot misdrijf te maken is zeker
o feiten kunnen onder de wettelijke omschrijving van het misdrijf vallen
- art. 633 Sw.: strafrechter is verplicht recht te spreken
- In geval van twijfel moet men ten goede komen van beklaagde



Toegelaten analogische interpretatie ten voordele van beklaagde

 Bv. door rechtspraak gecreëerde rechtvaardigingsgronden, schuldontheffingsgronden, gronden van niet-
toerekeningsvatbaarheid, verschoningsgronden, strafrechtelijke immuniteiten

 Voorwaarde: alleen als geest van de wet niet kan worden doorgrond, moet uitleggen in de voor de beklaagde
meest gunstige zin

 ≠ toegelaten evolutieve (of extensieve) interpretatie – in praktijk is dit onderscheid moeilijk te achterhalen



2

,Interpretatietools:

- rechter zal geest van wetgever moeten doorgronden, de zgn. ratio legis – dit kan adhv. parlementaire
werkzaamheden – is in praktijk niet eenvoudig
- mag doctrinale interpretatie hanteren: wat zegt de doctrine
- jurisprudentiële interpretatie: wat zeggen andere rechtbanken



2. De toepassing van de strafwet in de tijd
Art. 2 Sw. Bevestigt principe van niet-retroactiviteit van strafwet onder voorbehoud retroactieve toepassing van
mildere strafwetten

Art. 7 EVRM bekrachtigt principe van niet-retroactiviteit van strengere strafwetten in gelijkaardige bewoordingen

In principe treedt elke wet in werking 10e dag na publicatie maar wet kan andere datum bepalen

Strafwet heeft bindende kracht zolang niet opgeheven – dat kan impliciet/expliciet door nieuwe strafbepalingen – bij
onverenigbaarheid of verdwijnen van omstandigheden ter rechtvaardiging van totstandkoming strafwet



1. Het principe van de niet-retroactiviteit van de strafwet
Strafwet kan in principe enkel betrekking hebben op gedragingen & situaties die zich nog moeten voordoen en niet
op verleden – dit is vereist voor rechtszekerheid voortvloeiend uit legaliteitsbeginsel
Legaliteitsbeginsel in strafzaken, zoals voortvloeit uit art. 7.1 EVRM, art. 15.1 BUPO & art. 12, lid 2 & art. 14 Gw. verbiedt
retroactieve toepassing van wet in nadeel van beklaagde maar beklaagde kan niet onderworpen zijn aan strengere
strafwet dan die hij kende op moment van plegen van misdrijf

Principe van niet-terugwerkende kracht van strafwet heeft algemene draagwijdte & geldt dus ook t.a.v. bijkomende
straffen: rechter kan geen bijkomende straf opleggen die bij wet niet was bepaald voor misdrijven werden gepleegd

HvC: interpretatieve wet = wel retroactief van toepassing op gedragingen gesteld voorafgaand aan zijn
inwerkingtreding
Interpretatieve wet = wet die over punt waar rechtsregel onzeker/betwist is, oplossing geeft die door rechtspraak had
kunnen worden aangenomen

Art. 7.1 EVRM & art. 15.1 BUPO & art. 2 Sw. : indien wetgever misdrijfomschrijving heeft gewijzigd na plegen van
misdrijf, kan rechter beklaagde in beginsel enkel schuldig verklaren indien hij vaststelt dat dit misdrijf strafbaar is
zowel onder oude als onder nieuwe wet



2. De uitzondering: de retroactieve toepassing van de mildere strafwetten (lex mitior)
Wanneer nieuwe strafwet gunstiger is voor beklaagde dan oude = nieuwe strafwet van toepassing op alle gevallen
waarover nog geen definitieve rechterlijke uitspraak – wanneer rechterlijke uitspraak definitief of kracht van
gewijsde: geen beroep meer mogelijk op principe van terugwerkende kracht

Wanneer nieuwe wet strenger voor bepaalde aspecten maar in andere opzichten milder: combinatie

Beginsel van retroactieve werking van mildere strafwet = van toepassing op alles wat situatie van
beklaagde/beschuldigde gunstiger maakt

= taak van rechter onder controle van HvC om te bepalen welk regime meest gunstig is


3

, Om zwaarte van straffen te vergelijken moet eerst gekeken worden naar toepasselijk maxima, indien gelijk moeten
respectieve minima worden bekeken

Hoe moet men mildste straf bepalen?

HvC: baseert zich op relatieve zwaarte van hoofdgevangenisstraffen om te bepalen welk van beide wettelijke stelsels
meest gunstig is voor beklaagde

<-> GwH beoordeelt situatie meer in concreto & gebruikt daarbij techniek van ‘panacheren’: elke straf afzonderlijk (straf
per straf) ) beoordelen

HvC: regels omtrent werking in tijd van strafwet hebben enkel betrekking op straffen in strikte zin en niet op
beveiligingsmaatregelen m.b.t. bescherming van algemeen belang, geldt ook niet voor bestuurlijke sancties

Geldt ook niet voor wetten betreffende bevoegdheid en rechtspleging

Uitleveringsverdragen kunnen toegepast worden op feiten gepleegd voor afsluiten van verdrag

In aantal uitzonderingsgevallen wordt in Belgische rechtsorde ook afbreuk gedaan aan principe van terugwerkende
kracht van mildere strafwet, onder meer:

 Gelegenheidsstrafwetten: wetten van tijdelijke & occasionele aard uitgevaardigd n.a.v. bijzondere
omstandigheden of wegens toestanden van voorbijgaande aard in algemeen belang of ter handhaving van
OO
 Tijdelijke wetten: gelegenheidswetten waarin geldingsduur uitdrukkelijk is opgenomen
 Uitvoeringsreglementering: soms formuleert wet enkel algemeen kader van bestraffing en wordt verdere
uitwerking aan Koning overgelaten: uitvoeringsreglementen

Maar: EHRM 10 juli 2025; België gearresteerd: “De retroactieve toepassing van mildere strafwetten geldt ook voor
wijzigingen aan een uitvoeringsbesluit wanneer dit besluit van belang is om het bestaan van het misdrijf en de
strafrechtelijke verantwoordelijkheid van de beklaagden te beoordelen. De schuldigverklaring aan feiten die niet meer
strafbaar waren op het moment van de veroordeling schendt art. 7 EVRM.”



Er moeten 3 hypotheses worden onderscheiden bij overgangsreglementering:

 Feiten vanaf 8 april 2026
 Feiten gepleegd en berecht voor 8 april 2026
 Feiten gepleegd voor en berecht vanaf 8 april 2026

Gemakkelijkste situatie voor rechtspractici:

 feiten gepleegd vanaf 8 april 2026 omdat nieuwe regeling dan volledig van toepassing is
 andere situatie: feiten gepleegd voor en berecht vanaf 8 april 2026 maar HvJ 1 augustus 2025: zelfs wanneer
nieuwe wet tot stand komt na uitspraak waartegen cassatieberoep is ingesteld, moet rekening gehouden
worden met lex mitior – HvC aanvaardt dit niet

Feiten gepleegd voor en berecht vanaf 8 april 2026 – val je terug op art. 2 nieuw Sw.: verbod op retroactieve werking,
retroactieve werking lex mitior



3. De toepassing van de strafwet in de ruimte
België: strafprocedure kan enkel plaatsvinden voor nationaal rechtscollege – toepassing Belgische strafwet in ruimte
volgt zelfde regels als diegene die territoriale bevoegdheid van Belgische rechter bepalen

Art. 3 nieuw Sw. omschrijft toepassingsgebied van strafrecht in ruimte, bevestigt territoriaal karakter in strafrecht en
bepaalt extraterritoriale bevoegdheid van Belgische rechter
4
€8,89
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
laurahay

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
laurahay Universiteit Antwerpen
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
4
Lid sinds
6 maanden
Aantal volgers
0
Documenten
6
Laatst verkocht
3 dagen geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via Bancontact, iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo eenvoudig kan het zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen