READER EN ZELFSTUDIE
PSYCHODIAGNOSTIEK
HISTORISCHE ONTWIKKELING VAN TESTEN (ZELFSTUDIE THEMA 1)
TESTONTWIKKELING: 3 BEPALENDE GEBEURTENISSEN
1) Verschijnen van Binet-Simon test in 1905
2) Eerste Wereldoorlog in 1914
3) Tweede Wereldoorlog in 1940
6 GROTE PERIODES
Periode 0 Vroege voorlopers Voor 1700
Periode 1 Aanloop naar… 18de eeuw – 1905
Periode 2 1ste ontwikkelingen 1905-1914 (Binet)
Periode 3 Stroomversnelling 1914-1940 (WO I)
Periode 4 Consolidatie 1940-1965 (WO II)
Periode 5 Recente geschiedenis 1965-2000
PERIODE 4: CONSOLIDATIE
= testen voor tweede wereldoorlog
Oorlogstrauma’s onderscheiden en behandelen
Theorieën rond testen in bloei
Nieuwe versies van bestaande testen
Handboeken waarin men reflecteerde over testen
o Vb. Psychological testing
PERIODE 0: VROEGE VOORLOPERS (VOOR 1700)
CHINESE OUDHEID: SELECTIESYSTEEM
Tot 20ste eeuw
Voor kandidaat-ambtenaren die voor Chinese keizer wilde gaan werken
o Selecteren van personeel obv ruwe meting (nog geen test)
o Verschillende uiteenlopende proeven, zo goed mogelijk presteren
o Selecties qua prestaties in verschillende domeinen
High stakes selectie: personen die het haalden kregen veel privileges
OUDE GRIEKEN
Hoe psychologische kenmerken afleiden?
o Typologie van lichaamsvochten van Hippocrates
o 4 belangrijke vochten te weinig / te veel aanwezig en bepaalt
persoonlijkheid
, o Vb. te veel zwarte gal -> melancholisch / te veel gele gal -> extravert, kort
lontje
Aristoteles
o De ziel en het lichaam sympathiseren (in verband staan) met elkaar
o Vb. dik en kort haar -> man met sterke constitutie, leugenachtig en trots,
onnozel, …
MIDDELEEUWEN EN NIEUWERE TIJD
Giambattista della Porta (16de en 17de eeuw) zoölogische methode
o Gebaseerd op dierfysiognomie oude Grieken
o Vb. als mensen lijken op roofvogel, in persoonlijkheid kenmerken van
roofvogel
NIEUWERE TIJD
Johann Kaspar Lavater (18de en 19de eeuw)
o Fysiognomiek
o Fysio = fysieke kenmerken
o Gnomie = afleiden uit
Franz Joseph Gall (1800)
o Frenologie = bepaalde eigenschappen die meer aanwezig zijn, voel je
door bult in schedel
o Inspiratie voor later breinonderzoek
Lombroso (18de en 20ste eeuw)
o Criminele fysiognomie
o Schedel en vorm van gelaat zegt iets over persoonlijkheid, maar ook over
aanleiding tot criminaliteit
o “zo zien criminelen eruit” (dia 19)
CONCLUSIE: VROEGE VOORLOPERS
Dergelijke theorieën werden vanaf het begin van de 20ste eeuw minder populair, onder
meer door ontstaan van de psychologische test
Toch tot in recente tijden uitlopers van theorieën over verband tussen lichamelijke
kenmerken en psychologische eigenschappen vb. Ernst Jratschmer met
lichaamstypologie / Chiromantie (handlijnkunde)
Later nog Huter (19de en 20ste eeuw)
o Ook uitloper van ideeën
o Psychofysiognomie gebaseerd op kiembladentheorie
o Als embryo kiembladen, hoe ze zich ontwikkelen zal je persoonlijkheid
bepalen
PERIODE 1: AANLOOP (18 D E EEUW – 1905)
STIMULANSEN UIT PSYCHIATRIE
, Philippe Pinel
o 1794: “Krankzinnigen zijn niet misdadig maar ziek”
o Ontstaan van interesse voor geestelijke abnormaliteit en zwakzinnigheid
o Ontstaan vroege beginselen psychopathologie
Esquirol
o 1838: onderscheid tussen zwakzinnigheid (lage intelligentie) en
krankzinnigheid
Séguin
o Student van Esquirol
o Training van zwakzinnige kinderen
o Focus op motorische en sensorische functies
o Performantietest: séguin form board (dia 26)
Charcot
o Grondlegger van neurologie
o Leidde een van belangrijkste centra voor psychiatrie en neurologie in
Europa: Hôpital la Salpétrière in Parijs
Kraepelin
o 1885: poging tot diagnose van krankzinnigheid (versus zwakzinnigheid)
Ebbinghaus
o 1897: probeerde psychische vermoeidheid te meten -> om cognitieve
vaardigheden in kaart te brengen
o Een van de eerste om geheugen op meer wetenschappelijke manier te
onderzoeken
STIMULANSEN VANUIT GENETICA
Francis Galton
o Verschillende testen afnemen om intelligentie te meten
o Antropometrisch labo
o Vooral lichamelijke eigenschappen
o Testjes waren nog niet psychologisch van aard
Vooral sensorisch, motorisch gericht
Maar wel onderzoek individuele verschillen gestart
STIMULANSEN VANUIT EXPERIMENTELE PSYCHOLOGIE
Wilhelm Wundt
o 1879: eerste psychologische labo in Leipzig
o Start experimenteel onderzoek op grote schaal
James Cattell
o Ontwikkelde reeks mentale testen
Was eerste die het woord ‘test’ gebruikte om psychologische
eigenschappen te meten
Is nog niet zo psychologisch, vooral sensorisch / motorisch
o Inspiratie Wundt en Galton
o Sterkte handgreep, druk voor pijn, snelheid bewegingen, … -> vooral
sensorische / fysiologische focus
o Interesse verschillen tussen mensen
o Verschillen tussen proefpersonen eerder storend
, o Terwijl het draait rond individuele verschillen
o Cattell draaide dit om
OVERGANG NAAR PERIODE 2
Vanaf 20ste eeuw begon men te experimenteren met het gebruik van tests buiten labo,
want methoden uit experimentele labo’s hebben ook beperkingen
Ook gebruiken in onderwijs, personeel, psychiatrie
Nieuwe testvormen nodig vb. intelligentietests, psychotechnische proeven,
persoonlijkheidsvragenlijsten, projectietesten, …
o In volgend deel de evolutie per testvorm besproken
INTELLIGENTIETESTEN
PERIODE 2
AANLOOP NAAR PERIODE 2
Bakermat van eerste intelligentietesten = het onderwijs
o Behoefte aan beter opgeleid personeel
o Meer doorstroming van lager naar vervolgonderwijs
o Behoefte aan instrumenten om geestelijke capaciteiten te meten
Alfred Binet: la psychologie individuelle
o Start intelligentietesten zoals we ze nu kennen
o Kritiek op mentale testen, dus criteria voor tests oplijsten
Belang cognitieve vaardigheden en hogere orde functies
Test mag niet te lang duren
Test voldoende gevarieerd
EERSTE INTELLIGENTIETEST = BINET-SIMON (1905)
Opdracht Frans ministerie van onderwijs -> opdracht onderscheid zwakbegaafde
en ‘luie’ kids
Opgaven dagelijks leven / relevant
Strandaardisatie adhv steekproef -> toetsing empirie
o Principe van leeftijdsdifferentiatie = basis voor huidige
intelligentiequotiënt
o Op bepaalde leeftijd moet je bepaalde vaardigheden beschikken
Nog geen objectieve scoring, maar wel vernieuwde benadering
o Accent op complexe mentale processen
o Toetsing aan empirie (steekproef)
o Totaalscore als maat van intelligentie (“algemene intelligentie”)
Dia 7: 30 items -> gerangschikt van makkelijk naar moeilijk (variatie in
moeilijkheid)
BINET-SIMON IN 1908
In 1908 andere versie Binet-Simon test
o Gedeeltelijk andere items
PSYCHODIAGNOSTIEK
HISTORISCHE ONTWIKKELING VAN TESTEN (ZELFSTUDIE THEMA 1)
TESTONTWIKKELING: 3 BEPALENDE GEBEURTENISSEN
1) Verschijnen van Binet-Simon test in 1905
2) Eerste Wereldoorlog in 1914
3) Tweede Wereldoorlog in 1940
6 GROTE PERIODES
Periode 0 Vroege voorlopers Voor 1700
Periode 1 Aanloop naar… 18de eeuw – 1905
Periode 2 1ste ontwikkelingen 1905-1914 (Binet)
Periode 3 Stroomversnelling 1914-1940 (WO I)
Periode 4 Consolidatie 1940-1965 (WO II)
Periode 5 Recente geschiedenis 1965-2000
PERIODE 4: CONSOLIDATIE
= testen voor tweede wereldoorlog
Oorlogstrauma’s onderscheiden en behandelen
Theorieën rond testen in bloei
Nieuwe versies van bestaande testen
Handboeken waarin men reflecteerde over testen
o Vb. Psychological testing
PERIODE 0: VROEGE VOORLOPERS (VOOR 1700)
CHINESE OUDHEID: SELECTIESYSTEEM
Tot 20ste eeuw
Voor kandidaat-ambtenaren die voor Chinese keizer wilde gaan werken
o Selecteren van personeel obv ruwe meting (nog geen test)
o Verschillende uiteenlopende proeven, zo goed mogelijk presteren
o Selecties qua prestaties in verschillende domeinen
High stakes selectie: personen die het haalden kregen veel privileges
OUDE GRIEKEN
Hoe psychologische kenmerken afleiden?
o Typologie van lichaamsvochten van Hippocrates
o 4 belangrijke vochten te weinig / te veel aanwezig en bepaalt
persoonlijkheid
, o Vb. te veel zwarte gal -> melancholisch / te veel gele gal -> extravert, kort
lontje
Aristoteles
o De ziel en het lichaam sympathiseren (in verband staan) met elkaar
o Vb. dik en kort haar -> man met sterke constitutie, leugenachtig en trots,
onnozel, …
MIDDELEEUWEN EN NIEUWERE TIJD
Giambattista della Porta (16de en 17de eeuw) zoölogische methode
o Gebaseerd op dierfysiognomie oude Grieken
o Vb. als mensen lijken op roofvogel, in persoonlijkheid kenmerken van
roofvogel
NIEUWERE TIJD
Johann Kaspar Lavater (18de en 19de eeuw)
o Fysiognomiek
o Fysio = fysieke kenmerken
o Gnomie = afleiden uit
Franz Joseph Gall (1800)
o Frenologie = bepaalde eigenschappen die meer aanwezig zijn, voel je
door bult in schedel
o Inspiratie voor later breinonderzoek
Lombroso (18de en 20ste eeuw)
o Criminele fysiognomie
o Schedel en vorm van gelaat zegt iets over persoonlijkheid, maar ook over
aanleiding tot criminaliteit
o “zo zien criminelen eruit” (dia 19)
CONCLUSIE: VROEGE VOORLOPERS
Dergelijke theorieën werden vanaf het begin van de 20ste eeuw minder populair, onder
meer door ontstaan van de psychologische test
Toch tot in recente tijden uitlopers van theorieën over verband tussen lichamelijke
kenmerken en psychologische eigenschappen vb. Ernst Jratschmer met
lichaamstypologie / Chiromantie (handlijnkunde)
Later nog Huter (19de en 20ste eeuw)
o Ook uitloper van ideeën
o Psychofysiognomie gebaseerd op kiembladentheorie
o Als embryo kiembladen, hoe ze zich ontwikkelen zal je persoonlijkheid
bepalen
PERIODE 1: AANLOOP (18 D E EEUW – 1905)
STIMULANSEN UIT PSYCHIATRIE
, Philippe Pinel
o 1794: “Krankzinnigen zijn niet misdadig maar ziek”
o Ontstaan van interesse voor geestelijke abnormaliteit en zwakzinnigheid
o Ontstaan vroege beginselen psychopathologie
Esquirol
o 1838: onderscheid tussen zwakzinnigheid (lage intelligentie) en
krankzinnigheid
Séguin
o Student van Esquirol
o Training van zwakzinnige kinderen
o Focus op motorische en sensorische functies
o Performantietest: séguin form board (dia 26)
Charcot
o Grondlegger van neurologie
o Leidde een van belangrijkste centra voor psychiatrie en neurologie in
Europa: Hôpital la Salpétrière in Parijs
Kraepelin
o 1885: poging tot diagnose van krankzinnigheid (versus zwakzinnigheid)
Ebbinghaus
o 1897: probeerde psychische vermoeidheid te meten -> om cognitieve
vaardigheden in kaart te brengen
o Een van de eerste om geheugen op meer wetenschappelijke manier te
onderzoeken
STIMULANSEN VANUIT GENETICA
Francis Galton
o Verschillende testen afnemen om intelligentie te meten
o Antropometrisch labo
o Vooral lichamelijke eigenschappen
o Testjes waren nog niet psychologisch van aard
Vooral sensorisch, motorisch gericht
Maar wel onderzoek individuele verschillen gestart
STIMULANSEN VANUIT EXPERIMENTELE PSYCHOLOGIE
Wilhelm Wundt
o 1879: eerste psychologische labo in Leipzig
o Start experimenteel onderzoek op grote schaal
James Cattell
o Ontwikkelde reeks mentale testen
Was eerste die het woord ‘test’ gebruikte om psychologische
eigenschappen te meten
Is nog niet zo psychologisch, vooral sensorisch / motorisch
o Inspiratie Wundt en Galton
o Sterkte handgreep, druk voor pijn, snelheid bewegingen, … -> vooral
sensorische / fysiologische focus
o Interesse verschillen tussen mensen
o Verschillen tussen proefpersonen eerder storend
, o Terwijl het draait rond individuele verschillen
o Cattell draaide dit om
OVERGANG NAAR PERIODE 2
Vanaf 20ste eeuw begon men te experimenteren met het gebruik van tests buiten labo,
want methoden uit experimentele labo’s hebben ook beperkingen
Ook gebruiken in onderwijs, personeel, psychiatrie
Nieuwe testvormen nodig vb. intelligentietests, psychotechnische proeven,
persoonlijkheidsvragenlijsten, projectietesten, …
o In volgend deel de evolutie per testvorm besproken
INTELLIGENTIETESTEN
PERIODE 2
AANLOOP NAAR PERIODE 2
Bakermat van eerste intelligentietesten = het onderwijs
o Behoefte aan beter opgeleid personeel
o Meer doorstroming van lager naar vervolgonderwijs
o Behoefte aan instrumenten om geestelijke capaciteiten te meten
Alfred Binet: la psychologie individuelle
o Start intelligentietesten zoals we ze nu kennen
o Kritiek op mentale testen, dus criteria voor tests oplijsten
Belang cognitieve vaardigheden en hogere orde functies
Test mag niet te lang duren
Test voldoende gevarieerd
EERSTE INTELLIGENTIETEST = BINET-SIMON (1905)
Opdracht Frans ministerie van onderwijs -> opdracht onderscheid zwakbegaafde
en ‘luie’ kids
Opgaven dagelijks leven / relevant
Strandaardisatie adhv steekproef -> toetsing empirie
o Principe van leeftijdsdifferentiatie = basis voor huidige
intelligentiequotiënt
o Op bepaalde leeftijd moet je bepaalde vaardigheden beschikken
Nog geen objectieve scoring, maar wel vernieuwde benadering
o Accent op complexe mentale processen
o Toetsing aan empirie (steekproef)
o Totaalscore als maat van intelligentie (“algemene intelligentie”)
Dia 7: 30 items -> gerangschikt van makkelijk naar moeilijk (variatie in
moeilijkheid)
BINET-SIMON IN 1908
In 1908 andere versie Binet-Simon test
o Gedeeltelijk andere items