100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Hoofdstuk 9 Denken – Complete Samenvatting (Problemen oplossen, Redeneren, Beslissingen, Taal & Denken)

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
42
Geüpload op
11-12-2025
Geschreven in
2025/2026

Dit document bevat een volledige, nauwkeurige en examenproof samenvatting van Hoofdstuk 9: Denken uit het vak Algemene Psychologie (UGent, 1ste bachelor). Het hoofdstuk is volledig uitgewerkt op basis van het handboek, de slides en de lesinhoud, zodat je zeker niets mist. Je vindt hierin: Problemen oplossen (heuristieken, algoritmen, mental set, functionele gefixeerdheid, inzicht) Redeneren (deductie, inductie, syllogismen, mentale modellen, confirmation bias, 2-systemen-theorie) Beslissingen nemen (Prospect Theory, heuristieken, biases, risico & emoties) Taal en denken (afasie, linguïstische relativiteit, kleur/ruimte onderzoek, metaforen) De samenvatting is duidelijk opgebouwd, rijk aan voorbeelden, en ideaal om efficiënt te studeren richting het examen. Perfect voor wie een volledig overzicht én een diep begrip van Hoofdstuk 9 wil zonder zelf alles opnieuw te moeten samenvatten.

Meer zien Lees minder











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
11 december 2025
Aantal pagina's
42
Geschreven in
2025/2026
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Hoofdstuk 9: Denken
9.1. Problemen oplossen
1. Wat is denken
Denken = een cognitief proces, gericht op het begrijpen van iets en het
oplossen van problemen.
Het is een onmisbaar ingrediënt van veel wat we zeggen + doen.
Betrokken bij  Problemen oplossen + redeneren + beslissingen nemen
Welke processen en systemen gebruiken we bij denken?
 Aandacht + geheugen + taal (heel belangrijk) + informatieverwerking,
verbeelding, symbolen
Wat doen we precies in ons hoofd?
 Denken = manipulatie van cognitieve representaties (kennis, beelden,
taal), gefilterd door bestaande kennis.
 Je hoort iemand zeggen: “De trein vertrekt om 9u.” → je gebruikt
taal, geheugen en aandacht om je vertrek te plannen.


DOEL  de wereld begrijpen + flexibiliteit: ons gedrag aanpassen aan de situatie
 Je komt aan het perron en ziet dat de trein afgeschaft is. → je
begrijpt de situatie en past flexibel je gedrag aan (bus nemen,
taxi, bellen).
Waarom is denken belangrijk voor psychologen?
 Mensen maken bij denken veel fouten / vertekeningen (biases).
 We zijn vaak “predictably irrational”  gedragseconomie toont dit met
voorbeelden zoals:
 Keuzes tussen duur vs goedkoop (bv. fles wijn vs auto)
 Keuzes tussen hotels na het toevoegen/weghalen van een optie

 Psychologen bestuderen  Hoe we problemen oplossen, redeneren en
beslissen + welke denkfouten (biases) we daarbij systematisch maken.
Bias = vertekening  een systematische denkfout die ervoor zorgt dat
mensen op voorspelbare wijze irrationeel redeneren en beslissen.
 mensen maken geen willekeurige fouten, maar dezelfde fouten op
systematische manieren.

2. Wat is een probleem?
2.1 Definitie
Een probleem = een situatie waarin je hindernissen moet overwinnen om een
vraag te beantwoorden of een doel te bereiken.

,  Als je het antwoord al weet of het doel al bereikt is  is er geen
probleem meer.
 Denken speelt hier altijd een rol: je moet zoeken welke stappen je moet
nemen om van vertrekpunt  eindpunt te raken.
Probleemruimte = alle mogelijke toestanden van begin tot oplossing
Zoekproces = het kiezen van een pad binnen deze ruimte
Operaties =acties die toestanden veranderen



2.2 Expert vs leek
(Belangrijk verschil voor probleemoplossing)
Experten:
 Zijn meer vertrouwd met bepaalde probleemtypes.
 Ze hebben veel oplossingen in hun geheugen  kunnen ze snel
oproepen.
 Herkennen sneller welk soort probleem het is.
 Maken sneller de juiste keuze in de probleemruimte.


Leken (novicen):
 Hebben die ervaring niet.
 Moeten bewust zoeken door de probleemruimte.
 Vinden minder snel het juiste pad  meer trial-and-error.
Dit verklaart waarom experten sneller + preciezer problemen oplossen dan
beginners.



2.3 Probleemruimte (“problem space”)
(Newell & Simon, 1972)
Probleem oplossen = zoeken in een probleemruimte, zoals in een doolhof.
Een probleem heeft altijd 3 kernonderdelen:
1. Begintoestand = waar je vertrekt (probleemstelling)  vb: “Ik heb 8
bollen, eentje is zwaarder, en ik moet weten welke.”

2. Paden / mogelijkheden = alle acties, stappen of keuzes die je kan
nemen  sommige zijn goed paden, andere slechte paden:
 Ze brengen je dichter bij de oplossing
 Ze lopen dood
 Of brengen je terug naar het begin (zoals in een cirkelpad)

3. Doeltoestand = de gewenste oplossing  vb: “Vinden welke bol zwaarder
is.”

,Metafoor: doolhof
 Beginpunt = probleem
 Verschillende gangen = mogelijke paden
 Uitgang = oplossing
Het probleem oplossen = zoeken naar het juiste pad door de probleemruimte.

2.4 Hoe ga je door de probleemruimte?
STRATEGIE 1: Algoritmen
Een algoritme = een stap-voor-stap procedure die 100% garantie geeft op
de juiste oplossing als je hem correct uitvoert.
Wanneer gebruik je algoritmen?  Bij gestructureerde problemen (duidelijke
regels, duidelijke oplossing).
WAAROM zijn algoritmen nuttig?  Ze garanderen een oplossing + ze
vermijden denkfouten, als ze passen bij het probleem.
Voorbeelden:
 Vogel in kruiswoordraadsel  _o_ _ _o_ _ _j_
 Strategieën:
o Alle mogelijke lettercombinaties genereren
o Of lijst van vogelnamen afgaan

Beide zijn algoritmen  leiden altijd tot oplossing.
 Toren van Hanoi
 Regels:
o Verplaats schijven van grote naar kleine staven
o Nooit grotere op kleinere
o Slechts 1 schijf tegelijk

→ Algoritme bepaalt precies minimaal aantal zetten.
→ Volledig gestructureerd probleem.
 Pen–brief probleem
 Pen + brief = €1,10  Pen kost €1 meer dan brief
o Veel mensen antwoorden fout omdat ze een verkeerd
algoritme toepassen
 Juiste aanpak:
o Brief = x pen = x + 1 x + (x + 1) = 1,10 → x =
€0,05
Dit toont aan:
 Verkeerde algoritmen = verkeerde oplossing
 Correcte algoritmen = juiste oplossing
 Personen die juiste algoritme gebruiken  minder impulsieve denkers
en minder vatbaar voor fake news


Beperkingen van algoritmen:

, 1. Werken enkel bij gestructureerde problemen
2. Kunnen verkeerd gekozen worden → verkeerde oplossing
3. Kunnen heel omslachtig zijn (veel stappen)


STRATEGIE 2: heuristieken
Een heuristiek = een intuïtieve, snelle vuistregel die vaak werkt, maar geen
garantie geeft op een oplossing.
Waarom gebruiken we ze?
 Ze zijn sneller dan algoritmen.
 Ze helpen bij ondergestructureerde problemen.
 Mensen hebben een natuurlijke voorkeur voor heuristieken omdat ze
minder inspanning vragen.
Voorbeelden:
1. IT’er bij computerdefect  Checkt eerst meest waarschijnlijke oorzaken
(stroom, kabels, software  heuristiek
2. Arts / garagist  herkent patronen → stelt snelle hypotheses  heuristiek
3. Portemonnee kwijt
 Eerst heuristiek  zoeken op “typische plaatsen” (zak, tas, bureau)
 Als dat niet werkt → overschakelen naar algoritme  systematisch
elke plek afgaan waar je geweest bent.


Algemeen toepasbare heuristieken:
1. Subdoelanalyse  breek een groot probleem op in kleinere, haalbare
deelproblemen.
 Probleem: “Ik moet verhuizen naar Gent.”
Subdoelen: kot zoeken → contract tekenen → dozen packen →
verhuiswagen regelen → verhuizen.

2. Middel–doelanalyse  kies telkens een stap die de afstand tot het
einddoel kleiner maakt.
 Verschil met subdoelanalyse:
 Subdoelen = opdelen
 Middel–doelanalyse = stap kiezen die je dichter bij de oplossing
brengt
 Einddoel = pasta eten. Middelen → elk middel brengt je dichter bij
doel:
water koken → pasta toevoegen → saus maken → mengen.

3. Werken van eind- naar begintoestand  begin bij de oplossing en
redeneer terug naar wat ervoor nodig is.
 Verjaardagsfeestje plannen: Einddoel: feestje op 15 juli. Wat
moet ervoor gebeuren? locatie → uitnodigingen → eten/drinken →
muziek → versiering.
Je bouwt het plan achteruit op.
€16,46
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
axelleanslot

Ook beschikbaar in voordeelbundel

Thumbnail
Voordeelbundel
Algemene Psychologie H1, H4, H5,H6,H7, H9 en H11 – UGent Samenvattingen
-
7 2025
€ 114,52 Meer info

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
axelleanslot Universiteit Gent
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
Nieuw op Stuvia
Lid sinds
3 dagen
Aantal volgers
1
Documenten
10
Laatst verkocht
-

Mijn samenvattingen zijn uitgebreider dan standaard notities: ze bevatten volledige theorie, slides, extra uitleg, verduidelijkende voorbeelden en structuur die veel tijd bespaart tijdens het studeren. Door de hoeveelheid werk en zorg die erin zit, ligt de prijs iets hoger.

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via Bancontact, iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo eenvoudig kan het zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen