Instrumenteren en assisteren
1. Orthopedie
• Oorsprong woord = recht laten groeien van kinderen
• Heden = medisch specialisme dat zich bezighoudt met de behandeling van afwijkingen
en ziekten van het steun- en bewegingsapparaat, waaronder ook kinderen.
1.1. Terrein orthopedisch chirurg
Behandeling van:
• Aangeboren afwijkingen van het steun- en bewegingsapparaat (bv. Heupdysplasie,
scoliose, …)
• Fracturen van gewrichten en botten
• Standsafwijkingen van gewrichten en botten
• Gewrichtsziekten (bv. Jicht, RA) en slijtage (artrose)
1.2. Behandelwijzen
Conservatief Operatief
• Advies geven • Prothesechirurgie
• Brace aanleggen • Arthroscopie
• Medicatie of fysiotherapie • Osteosynthesen
voorschrijven • Osteotomieën
• …
• Gesloten chirurgie = kijkoperatie =
arthroscopie, zowel weke delen als
bot behandelen
• Open chirurgie = behandelen van
zowel weke delen als bot
1.3. Disciplines
• Handchirurgie
• Schouderchirurgie
• VOETCHIRURGIE
• Heupchirurgie
• Kniechirurgie
• Rug chirurgie
• Pediatrische chirurgie
• Tumorchirurgie
• Traumachirurgie
Samenvatting instrumenteren en assisteren 1
, 2. Medisch instrumentarium
2.1. Instrumentarium
= een werktuig dat als hulpmiddel dienst kan doen om handelingen en metingen te verrichten.
• Pijlers van instrumentenleer:
o Kennis van de onderdelen
o Kennis van de indeling
o Kennis van de namen van de individuele instrumenten en hun toepassing
• Doelgroep/ wie?
o Chirurg
o Instrumenterend verpleegkundigen
o CSA (=centrale sterilisatieafdeling) medewerkers
o Paramedici: podologen, kinesitherapeuten, …
• Instrumentarium – steriel verpakt:
o Afzonderlijk:
▪ 1 of meerdere basisinstrumenten per soort → elk instrument afzonderlijk
verpakken en zo in de autoclaaf
▪ Dubbel verpakt in laminaat
o Sets:
▪ Verschillende soorten basisinstrumenten aanwezig in een metalen net
▪ Set verpakt in one-step
Samenvatting instrumenteren en assisteren 2
, • Inventarislijst:
o Aanwezig in elke set instrumenten → controleren (= hoeveel zijn er aanwezig en
hoeveel moet ik er hebben in deze set?)
o Ter controle van de volledigheid
o Beschadigingen/ nodige herstellingen te kunnen melden of aanvragen
Wat vind je terug op de inventarislijst? (Doel):
• Referentienummer van het instrument
• Hoeveel instrumenten effectief/ zouden aanwezig moeten zijn in de set
• Officiële naam instrument
• Foto instrument
• Ruimte voor opmerkingen
• Aanduiden of de set al gecontroleerd is op volledigheid
2.2. Indeling naar functie
• Snijdende en dissectie instrumenten
• Grijpende en hemostatische instrumenten
• Wondhaken en wondspreiders
• Hechtingsinstrumenten
• Dilatatie- en peilinstrumenten
• Aspiratieslangen
• Pincetten
Samenvatting instrumenteren en assisteren 3
, 2.3. Indeling volgens groep
= overlap met functie (zie hierboven)
• Klemmen
• Scharen
• Pincetten
• Ecarteurs of wondspreiders
• Naaldvoerders
• Raspatoria
• Tangen
• Opvangrecipiënten
2.4. Snijdende en dissectie-instrumenten
• Messen en heften (diversen)
• Scharen
2.4.1.1. Mes/ heft
(MESSEN) HEFT
DOEL:
• Insnijding/ incisie huid
o Insnijding van de huid bij start
operatie)
• Soms ook voor dissectie (bv. een
scheur in de binnenste laag van de
slagader)
• Afhankelijk van grootte mes → mesjes
worden hierop gemonteerd
• Korte en lange heften
• Aanzetstuk kan verschillend formaat
hebben volgens maat van mesjes (bv.
Heft nummer 3 => mesjes 11/15)
BISTOURI/ MES
DOEL:
• Scalpel/ bistouri of mes
• Botbistouri
• Amputatie mes
• Micro-bistouri (bv. Beavermes)
• Dermatoommes
• Elektrisch mes
Samenvatting instrumenteren en assisteren 4
1. Orthopedie
• Oorsprong woord = recht laten groeien van kinderen
• Heden = medisch specialisme dat zich bezighoudt met de behandeling van afwijkingen
en ziekten van het steun- en bewegingsapparaat, waaronder ook kinderen.
1.1. Terrein orthopedisch chirurg
Behandeling van:
• Aangeboren afwijkingen van het steun- en bewegingsapparaat (bv. Heupdysplasie,
scoliose, …)
• Fracturen van gewrichten en botten
• Standsafwijkingen van gewrichten en botten
• Gewrichtsziekten (bv. Jicht, RA) en slijtage (artrose)
1.2. Behandelwijzen
Conservatief Operatief
• Advies geven • Prothesechirurgie
• Brace aanleggen • Arthroscopie
• Medicatie of fysiotherapie • Osteosynthesen
voorschrijven • Osteotomieën
• …
• Gesloten chirurgie = kijkoperatie =
arthroscopie, zowel weke delen als
bot behandelen
• Open chirurgie = behandelen van
zowel weke delen als bot
1.3. Disciplines
• Handchirurgie
• Schouderchirurgie
• VOETCHIRURGIE
• Heupchirurgie
• Kniechirurgie
• Rug chirurgie
• Pediatrische chirurgie
• Tumorchirurgie
• Traumachirurgie
Samenvatting instrumenteren en assisteren 1
, 2. Medisch instrumentarium
2.1. Instrumentarium
= een werktuig dat als hulpmiddel dienst kan doen om handelingen en metingen te verrichten.
• Pijlers van instrumentenleer:
o Kennis van de onderdelen
o Kennis van de indeling
o Kennis van de namen van de individuele instrumenten en hun toepassing
• Doelgroep/ wie?
o Chirurg
o Instrumenterend verpleegkundigen
o CSA (=centrale sterilisatieafdeling) medewerkers
o Paramedici: podologen, kinesitherapeuten, …
• Instrumentarium – steriel verpakt:
o Afzonderlijk:
▪ 1 of meerdere basisinstrumenten per soort → elk instrument afzonderlijk
verpakken en zo in de autoclaaf
▪ Dubbel verpakt in laminaat
o Sets:
▪ Verschillende soorten basisinstrumenten aanwezig in een metalen net
▪ Set verpakt in one-step
Samenvatting instrumenteren en assisteren 2
, • Inventarislijst:
o Aanwezig in elke set instrumenten → controleren (= hoeveel zijn er aanwezig en
hoeveel moet ik er hebben in deze set?)
o Ter controle van de volledigheid
o Beschadigingen/ nodige herstellingen te kunnen melden of aanvragen
Wat vind je terug op de inventarislijst? (Doel):
• Referentienummer van het instrument
• Hoeveel instrumenten effectief/ zouden aanwezig moeten zijn in de set
• Officiële naam instrument
• Foto instrument
• Ruimte voor opmerkingen
• Aanduiden of de set al gecontroleerd is op volledigheid
2.2. Indeling naar functie
• Snijdende en dissectie instrumenten
• Grijpende en hemostatische instrumenten
• Wondhaken en wondspreiders
• Hechtingsinstrumenten
• Dilatatie- en peilinstrumenten
• Aspiratieslangen
• Pincetten
Samenvatting instrumenteren en assisteren 3
, 2.3. Indeling volgens groep
= overlap met functie (zie hierboven)
• Klemmen
• Scharen
• Pincetten
• Ecarteurs of wondspreiders
• Naaldvoerders
• Raspatoria
• Tangen
• Opvangrecipiënten
2.4. Snijdende en dissectie-instrumenten
• Messen en heften (diversen)
• Scharen
2.4.1.1. Mes/ heft
(MESSEN) HEFT
DOEL:
• Insnijding/ incisie huid
o Insnijding van de huid bij start
operatie)
• Soms ook voor dissectie (bv. een
scheur in de binnenste laag van de
slagader)
• Afhankelijk van grootte mes → mesjes
worden hierop gemonteerd
• Korte en lange heften
• Aanzetstuk kan verschillend formaat
hebben volgens maat van mesjes (bv.
Heft nummer 3 => mesjes 11/15)
BISTOURI/ MES
DOEL:
• Scalpel/ bistouri of mes
• Botbistouri
• Amputatie mes
• Micro-bistouri (bv. Beavermes)
• Dermatoommes
• Elektrisch mes
Samenvatting instrumenteren en assisteren 4