Filosofie
Inhoud
1. Immanuel Kant...................................................................................................................................1
2. Ibn Roesjd...........................................................................................................................................5
3. Aristoteles...........................................................................................................................................9
4. Plato.................................................................................................................................................11
5. Friedrich Nietsche.............................................................................................................................13
6. Michel Foucault................................................................................................................................16
7. Sigmund Freud..................................................................................................................................18
8. Hannah Arendt.................................................................................................................................20
9. Karl Marx..........................................................................................................................................23
..............................................................................................................................................................23
10. Martha Nussbaum..........................................................................................................................27
11. Ethiek in de bres. Vrijheidspraktijk voor beginners........................................................................29
1.Immanuel Kant
1
,(Assertiviteit, onmondigheid, verlichting, vrijheid)
Verlichting:
Kant:
Verlichting de bevrijding van de mens uit de onmondigheid die hij aan
zichzelf te verwijten heeft, je mag denken wat je wil, maar je moet je wel
gehoorzamen
Motto van de verlichting heb de moed je eigen verstand te gebruiken!
Een cultuur die zich laat leiden door de wetenschappelijkheid,
redelijkheid en het idee dat natuur en maatschappij maakbaar zijn
Gebruik zelf je verstand en denk na over wat je waarneemt of hoort
van anderen
We kunnen ook ons verstand gebruiken, kijken wat redelijk is en er
samen proberen uit te komen
Mensen kunnen maar langzaam tot verlichting komen
Voor de verlichting hebben we alleen maar vrijheid nodig, de vrijheid
om in het openbaar ten volle gebruik te maken van zijn verstand
Mondigheid:
Mensen worden mondiger of kunnen mondiger worden als ze dat zelf
willen!
Vandaag de dag kan dat wel eens te veel aanwezig zijn bij iemand
en kunnen gevoelens gezien worden als een obstakel
In sommige situatie zijn de verhoudingen zeer duidelijk, waarbij de
ene persoon het gezag van de andere gewoon accepteert
Kant wou dat mensen meer mondig werden
Mondigheid kan levens kosten
Bekomen door assertiviteitstrainingen of mondigheidstrainingen
eventueel
Onmondigheid:
= het onvermogen om je verstand te gebruiken zonder je door een ander
te laten leiden onmondigheid hebben we aan onszelf te danken (een
gebrek aan moed)
Het is voor een individueel mens zeer moeilijk om zich te bevrijden
van de onmondigheid
Als we mensen meer vrijheid geven dan kan de onmondigheid niet
uit blijven
Onmondig zijn door dat je geen autoriteit hebt
Oorzaken onmondigheid:
Luiheid en lafheid, het is makkelijk om onmondig te zijn, hoe minder
moeite we zelf moeten doen hoe beter
Bv: dokter schrijft voor mij een dieet voor, dan moet ik zelf al niet op dieet
gaan.
Sapere aude durf te weten, onmondigheid heb je aan jezelf te wijten, de
oorzaak ervan is niet gelegen in een verstandelijke beperking, maar in
2
,besluiteloosheid en een gebrek aan moed zonder andermans leiding zijn
verstand te gebruiken.
Vrijheid:
Wat het volk niet voor zichzelf mag beslissen mag een monarch nog
veel minder voor het volk beslissen want zijn beslissing is gebaseerd
op de gezamenlijke wil van het volk.
Vrijheid is het belangrijkste element dat er mee voor zorgt dat
mensen mondig worden
Zorgt ook voor vrijheid in handelen
De mens is nu meer dan een machine omdat ze hun verstand
kunnen gebruiken
Geleerde hebben de volle vrijheid
Zelfinbreng je mag denken, zeggen en doen wat je zelf wilt. Ook andere
mensen mogen doen, denken en zeggen wat zij willen. Verstand in het
openbaar moet altijd vrij zijn. Verstand in privégebruik moet in kader van
burgerlijke betrekking of functie zijn toevertrouwt. Vrijheid is vandaag de
dag verantwoordelijkheid
Beperkingen van vrijheid:
Meningsuiting (haatspraak)
Godsdienst (kleding, opvoeding van kinderen, etc.)
Omgang met eigen lichaam (medicijngebruik, drugs, tatoeage,
verminking, etc.)
Expressie (kunst op openbare plaatsen.)
Rede:
Verschil tussen verstand en rede:
1. Verstand verzamelt kennis dmv waarneming
Oorzaak en gevolg
Eenheid en veelheid
2. Ding an sich onbekende
3. Rede denkt en oordeelt
4. Ethiek vertrekt van formeel principe
Plichtmatig handelen:
Plichtmatig handelen betekent dat iemand een taak of handeling
uitvoert omdat het moet of verwacht wordt, zonder daar echt betrokken
bij te zijn of er enige passie, enthousiasme of persoonlijke motivatie voor
te voelen.
Wat is het nut?
Heeft onze hulp wel resultaat?
Medelijden?
3
, Graag gezien willen worden?
Handelen uit plicht:
Handelen uit plicht betekent dat iemand iets doet omdat het als een
morele of ethische verplichting wordt beschouwd, ongeacht persoonlijke
gevoelens, voorkeuren, of mogelijke consequenties. Het gaat om het
volgen van een innerlijk gevoel van verantwoordelijkheid of het naleven
van een norm die men belangrijk vindt, ook als dat niet makkelijk of
prettig is.
Handelen uit autonomie (zelfverplichting + wet)
Autonomie = vrijheid
Handelen uit respect voor de wet / de rede
Leven wij nu in een verlichte tijd?
= nee, maar wel in een tijd van verlichting
Tegenwoordig zijn er al wel minder hindernissen die we over moeten
om mondigheid te bekomen
Maar we kunnen nog altijd niet doen wat we willen, we hebben nog
niet die optimale vrijheid (als we die hebben leven we in een
verlichte tijd)
REDENEER ZOVEEL JE WILT EN WAAROVER JE WILT, ALS JE MAAR
GEHOORZAAMT!
Begrippen:
Paradoxaal schijnbaar, tegenstrijdig
Privégebruik een aangestelde leraar die je bijles komt geven
A priori kennis analytisch oordeel = zegt iets wezenlijks. Vb. cirkel is
rond
A posteriori kennis synthetisch oordeel = empirische kennis gebaseerd
op ervaring. Vb. cirkel is rond
Despotisme regeringsvorm waarbij één of een kleine groep personen de
macht heeft.
Tolerantie verdraagzaamheid tegenover andersdenkenden. Het is niet
het juiste antwoord op religieus fundamentalisme ( = strenge interpretatie
van godsdienst )
4
Inhoud
1. Immanuel Kant...................................................................................................................................1
2. Ibn Roesjd...........................................................................................................................................5
3. Aristoteles...........................................................................................................................................9
4. Plato.................................................................................................................................................11
5. Friedrich Nietsche.............................................................................................................................13
6. Michel Foucault................................................................................................................................16
7. Sigmund Freud..................................................................................................................................18
8. Hannah Arendt.................................................................................................................................20
9. Karl Marx..........................................................................................................................................23
..............................................................................................................................................................23
10. Martha Nussbaum..........................................................................................................................27
11. Ethiek in de bres. Vrijheidspraktijk voor beginners........................................................................29
1.Immanuel Kant
1
,(Assertiviteit, onmondigheid, verlichting, vrijheid)
Verlichting:
Kant:
Verlichting de bevrijding van de mens uit de onmondigheid die hij aan
zichzelf te verwijten heeft, je mag denken wat je wil, maar je moet je wel
gehoorzamen
Motto van de verlichting heb de moed je eigen verstand te gebruiken!
Een cultuur die zich laat leiden door de wetenschappelijkheid,
redelijkheid en het idee dat natuur en maatschappij maakbaar zijn
Gebruik zelf je verstand en denk na over wat je waarneemt of hoort
van anderen
We kunnen ook ons verstand gebruiken, kijken wat redelijk is en er
samen proberen uit te komen
Mensen kunnen maar langzaam tot verlichting komen
Voor de verlichting hebben we alleen maar vrijheid nodig, de vrijheid
om in het openbaar ten volle gebruik te maken van zijn verstand
Mondigheid:
Mensen worden mondiger of kunnen mondiger worden als ze dat zelf
willen!
Vandaag de dag kan dat wel eens te veel aanwezig zijn bij iemand
en kunnen gevoelens gezien worden als een obstakel
In sommige situatie zijn de verhoudingen zeer duidelijk, waarbij de
ene persoon het gezag van de andere gewoon accepteert
Kant wou dat mensen meer mondig werden
Mondigheid kan levens kosten
Bekomen door assertiviteitstrainingen of mondigheidstrainingen
eventueel
Onmondigheid:
= het onvermogen om je verstand te gebruiken zonder je door een ander
te laten leiden onmondigheid hebben we aan onszelf te danken (een
gebrek aan moed)
Het is voor een individueel mens zeer moeilijk om zich te bevrijden
van de onmondigheid
Als we mensen meer vrijheid geven dan kan de onmondigheid niet
uit blijven
Onmondig zijn door dat je geen autoriteit hebt
Oorzaken onmondigheid:
Luiheid en lafheid, het is makkelijk om onmondig te zijn, hoe minder
moeite we zelf moeten doen hoe beter
Bv: dokter schrijft voor mij een dieet voor, dan moet ik zelf al niet op dieet
gaan.
Sapere aude durf te weten, onmondigheid heb je aan jezelf te wijten, de
oorzaak ervan is niet gelegen in een verstandelijke beperking, maar in
2
,besluiteloosheid en een gebrek aan moed zonder andermans leiding zijn
verstand te gebruiken.
Vrijheid:
Wat het volk niet voor zichzelf mag beslissen mag een monarch nog
veel minder voor het volk beslissen want zijn beslissing is gebaseerd
op de gezamenlijke wil van het volk.
Vrijheid is het belangrijkste element dat er mee voor zorgt dat
mensen mondig worden
Zorgt ook voor vrijheid in handelen
De mens is nu meer dan een machine omdat ze hun verstand
kunnen gebruiken
Geleerde hebben de volle vrijheid
Zelfinbreng je mag denken, zeggen en doen wat je zelf wilt. Ook andere
mensen mogen doen, denken en zeggen wat zij willen. Verstand in het
openbaar moet altijd vrij zijn. Verstand in privégebruik moet in kader van
burgerlijke betrekking of functie zijn toevertrouwt. Vrijheid is vandaag de
dag verantwoordelijkheid
Beperkingen van vrijheid:
Meningsuiting (haatspraak)
Godsdienst (kleding, opvoeding van kinderen, etc.)
Omgang met eigen lichaam (medicijngebruik, drugs, tatoeage,
verminking, etc.)
Expressie (kunst op openbare plaatsen.)
Rede:
Verschil tussen verstand en rede:
1. Verstand verzamelt kennis dmv waarneming
Oorzaak en gevolg
Eenheid en veelheid
2. Ding an sich onbekende
3. Rede denkt en oordeelt
4. Ethiek vertrekt van formeel principe
Plichtmatig handelen:
Plichtmatig handelen betekent dat iemand een taak of handeling
uitvoert omdat het moet of verwacht wordt, zonder daar echt betrokken
bij te zijn of er enige passie, enthousiasme of persoonlijke motivatie voor
te voelen.
Wat is het nut?
Heeft onze hulp wel resultaat?
Medelijden?
3
, Graag gezien willen worden?
Handelen uit plicht:
Handelen uit plicht betekent dat iemand iets doet omdat het als een
morele of ethische verplichting wordt beschouwd, ongeacht persoonlijke
gevoelens, voorkeuren, of mogelijke consequenties. Het gaat om het
volgen van een innerlijk gevoel van verantwoordelijkheid of het naleven
van een norm die men belangrijk vindt, ook als dat niet makkelijk of
prettig is.
Handelen uit autonomie (zelfverplichting + wet)
Autonomie = vrijheid
Handelen uit respect voor de wet / de rede
Leven wij nu in een verlichte tijd?
= nee, maar wel in een tijd van verlichting
Tegenwoordig zijn er al wel minder hindernissen die we over moeten
om mondigheid te bekomen
Maar we kunnen nog altijd niet doen wat we willen, we hebben nog
niet die optimale vrijheid (als we die hebben leven we in een
verlichte tijd)
REDENEER ZOVEEL JE WILT EN WAAROVER JE WILT, ALS JE MAAR
GEHOORZAAMT!
Begrippen:
Paradoxaal schijnbaar, tegenstrijdig
Privégebruik een aangestelde leraar die je bijles komt geven
A priori kennis analytisch oordeel = zegt iets wezenlijks. Vb. cirkel is
rond
A posteriori kennis synthetisch oordeel = empirische kennis gebaseerd
op ervaring. Vb. cirkel is rond
Despotisme regeringsvorm waarbij één of een kleine groep personen de
macht heeft.
Tolerantie verdraagzaamheid tegenover andersdenkenden. Het is niet
het juiste antwoord op religieus fundamentalisme ( = strenge interpretatie
van godsdienst )
4