SOCIALE PSYCHOLOGIE
HOOFDSTUK 8 – INTERPERSOONLIJKE RELATIES
Het belang van interpersoonlijke relaties
De behoefte aan affiliatie
Baumeister & Leary (1995): need to belong
Fundamenteel menselijke behoefte
Individuele verschillen (Leary 2005)
Maslow (1943)
Harlow (’50-’60)
Wanneer mensen niet aan hun affliatiebehoefte kunnen voldoen,
dan voelen ze eenzaamheid
1
, De ‘sociostaat’
Soort sociale thermostaat die relaties en sociaal contact regelt
Homeostase principe (nastreven van een optimale hoeveelheid
sociaal contact)
O’connor en Rosenblood (1996)
- 66 studenten
- Bieper geeft +- om het uur signaal
- Ben je alleen of in gezelschap?
- Wil je liefst alleen of in gezelschap zijn?
Huidige staat en gewenste staat komen overeen in meeste gevallen
Gewenste staat goede predictor voor eigenlijke staat op volgend
meetmoment
Eenzaamheid
= weinig sociaal contact?
= minder sociaal contact dan men zou willen?
Vooral bij overgangsperioden (Bv sterven of scheiden partner:
meer eenzaamheid dan wanneer nooit gehuwd; Peplau & Perlman,
1982)
Algemeen (bv.Meest eenzame periode is vaak adolescentie en
jonge volwassenheid; Rubenstein & Shaver, 1982; Parlee, 1979)
2
HOOFDSTUK 8 – INTERPERSOONLIJKE RELATIES
Het belang van interpersoonlijke relaties
De behoefte aan affiliatie
Baumeister & Leary (1995): need to belong
Fundamenteel menselijke behoefte
Individuele verschillen (Leary 2005)
Maslow (1943)
Harlow (’50-’60)
Wanneer mensen niet aan hun affliatiebehoefte kunnen voldoen,
dan voelen ze eenzaamheid
1
, De ‘sociostaat’
Soort sociale thermostaat die relaties en sociaal contact regelt
Homeostase principe (nastreven van een optimale hoeveelheid
sociaal contact)
O’connor en Rosenblood (1996)
- 66 studenten
- Bieper geeft +- om het uur signaal
- Ben je alleen of in gezelschap?
- Wil je liefst alleen of in gezelschap zijn?
Huidige staat en gewenste staat komen overeen in meeste gevallen
Gewenste staat goede predictor voor eigenlijke staat op volgend
meetmoment
Eenzaamheid
= weinig sociaal contact?
= minder sociaal contact dan men zou willen?
Vooral bij overgangsperioden (Bv sterven of scheiden partner:
meer eenzaamheid dan wanneer nooit gehuwd; Peplau & Perlman,
1982)
Algemeen (bv.Meest eenzame periode is vaak adolescentie en
jonge volwassenheid; Rubenstein & Shaver, 1982; Parlee, 1979)
2