,Strategie en planning (A) (HC1)
Dimensies van strategie:
- Organisational purpose: waarom -> waarom bedrijf opgericht, wat wil je bereiken
- Strategy process: hoe -> hoe gaat strategie tot stand komen
- Strategy content: wat -> waar ge je je op focussen, wie zijn je concurrenten
- Strategy context: waar -> in welke omgeving functioneert het bedrijf en door wat beïnvloed
Strategy process (hoe) (deliberate vs emergant strategy
formation)
( opzettelijk vs opkomend)
Paradox: 2 dingen die op eerste zocht tegenstrijdig zijn maar toch samen voorkomen
Deliberateness: eerst denken, dan doen
- De kwaliteit van iets opzettelijk doen
- Men denkt na voor men iets doet
- Men maakt een plan en voert het uit
Voordelen deliberateness:
- Direction: oi heeft een plan nodig, anders stuurloos
- Commitment: plannen zorgen dat oi kan mobiliseren, capaciteit opbouwen, …
- Coordination: een strategie voor de ganse oi zorgt dat meningsverschillen worden gladgestreken
- Optimization: goede plannen zorgen voor optimale prestaties
- Programming: goede plannen zorgen ervoor dat oi kan werken als computer -> precies, betrouwbaar,
efficiënt en zonder fouten
Emergence: op voorhand weinig nadenken, go with the flow
- Emergence is het proces van zichtbaar worden. De strategie ontwikkeld zich gaande weg
- Afwijken van je plannen kan ook emergence zijn als je gedrag nog steeds strategisch is
- De strategie wordt geleidelijk gevormd tijdens een proces van denken en doen
- Try before you commit
- Doelen zelden aangekondigd of vastgelegd in planningsdocument. Als ze er zijn blijven ze breed en
algemeen
- Middelen ontwikkelen of evolueren wanneer de oi leert van zijn omgeving en interacties
Voordelen emergence:
- Opportunism: oi moet open geest behouden om onvoorspelbare kansen te grijpen
- Flexibility: oi moet opties open houden door zich niet te vroeg vast te leggen op acties en
investeringen
- Learning: beste manier om te leren = proberen adhv experimenten, proefprojecten, …
- Entrepreneurship: door te proberen creëer je ondernemerschap
- Support: strategische veranderingen zorgen voor moeilijkheden. De strategie moet worden gevormd
naargelang wat haalbaar is, niet wat ideaal is
,Intended strategy: wat je origineel van plan was
Unrealised strategy: deel van strategie die je niet hebt kunnen waarmaken
Deliberate strategy proces: eerst denken dan doen
Emergent strategy process: dingen die achteraf bijkomen
Realized strategy: je uiteindelijke strategie door combinatie van deliberate en emergent strategy
Bv. Examenplanning die je moet aanpassen door onverwachte plannen
Strategy content (wat)
Strategy content: hoe ziet een goede strategie er uit
5 belangrijke vragen:
What is your winning aspiration: waarom bestaan wij, wat betekent winnen voor ons
Kenmerken:
- Specifiek
- Ambitieus
- Focust vooral op mensen en niet op cijfers / geld
- Heeft een competitieve dimensie
Goed vb. To deliver the highest employee and customer satisfaction, and to be the highest-profit airline in
Slecht vb. We’ll sell 25% more than we did last year
Conclusie: Je doet mee om te winnen, niet enkel om deel te nemen
, Where will you play: wtp = where to play
Kenmerken:
- Klantensegment
- Distributiekanaal
- Product of service
- Geografische regio
- Fase in productieproces
4 wtp keuzes:
- Own: alles doen om dit segment te claimen
- Compete: je gaat meedoen in deze groep maar het is niet je grootste focus
- Opportinistic: je werkt enkel in dit segment als er zich een interessante kans voordoet, hier ligt geen
focus
- Walk-away: in dit segment zal je nooit meedoen
How will you win:
Kenmerken:
- Waarom moet een klant voor jou kiezen?
- Sustainable competitive advantage
- Value proposition
2 soorten:
- Cost leader: laagst prijs aangeboden, klanten weten dat ze geen super kwaliteit of service moeten
verwachten
Bv. Zeeman
- Differentiator: beste kwaliteit maar dit is duidelijk te zien aan de prijs
Bv. Apple
Average competitor: zit tussenin
Probleem: is moeilijk want je probeert de beste kwaliteit aan te bieden tegen de laagste prijs
Dimensies van strategie:
- Organisational purpose: waarom -> waarom bedrijf opgericht, wat wil je bereiken
- Strategy process: hoe -> hoe gaat strategie tot stand komen
- Strategy content: wat -> waar ge je je op focussen, wie zijn je concurrenten
- Strategy context: waar -> in welke omgeving functioneert het bedrijf en door wat beïnvloed
Strategy process (hoe) (deliberate vs emergant strategy
formation)
( opzettelijk vs opkomend)
Paradox: 2 dingen die op eerste zocht tegenstrijdig zijn maar toch samen voorkomen
Deliberateness: eerst denken, dan doen
- De kwaliteit van iets opzettelijk doen
- Men denkt na voor men iets doet
- Men maakt een plan en voert het uit
Voordelen deliberateness:
- Direction: oi heeft een plan nodig, anders stuurloos
- Commitment: plannen zorgen dat oi kan mobiliseren, capaciteit opbouwen, …
- Coordination: een strategie voor de ganse oi zorgt dat meningsverschillen worden gladgestreken
- Optimization: goede plannen zorgen voor optimale prestaties
- Programming: goede plannen zorgen ervoor dat oi kan werken als computer -> precies, betrouwbaar,
efficiënt en zonder fouten
Emergence: op voorhand weinig nadenken, go with the flow
- Emergence is het proces van zichtbaar worden. De strategie ontwikkeld zich gaande weg
- Afwijken van je plannen kan ook emergence zijn als je gedrag nog steeds strategisch is
- De strategie wordt geleidelijk gevormd tijdens een proces van denken en doen
- Try before you commit
- Doelen zelden aangekondigd of vastgelegd in planningsdocument. Als ze er zijn blijven ze breed en
algemeen
- Middelen ontwikkelen of evolueren wanneer de oi leert van zijn omgeving en interacties
Voordelen emergence:
- Opportunism: oi moet open geest behouden om onvoorspelbare kansen te grijpen
- Flexibility: oi moet opties open houden door zich niet te vroeg vast te leggen op acties en
investeringen
- Learning: beste manier om te leren = proberen adhv experimenten, proefprojecten, …
- Entrepreneurship: door te proberen creëer je ondernemerschap
- Support: strategische veranderingen zorgen voor moeilijkheden. De strategie moet worden gevormd
naargelang wat haalbaar is, niet wat ideaal is
,Intended strategy: wat je origineel van plan was
Unrealised strategy: deel van strategie die je niet hebt kunnen waarmaken
Deliberate strategy proces: eerst denken dan doen
Emergent strategy process: dingen die achteraf bijkomen
Realized strategy: je uiteindelijke strategie door combinatie van deliberate en emergent strategy
Bv. Examenplanning die je moet aanpassen door onverwachte plannen
Strategy content (wat)
Strategy content: hoe ziet een goede strategie er uit
5 belangrijke vragen:
What is your winning aspiration: waarom bestaan wij, wat betekent winnen voor ons
Kenmerken:
- Specifiek
- Ambitieus
- Focust vooral op mensen en niet op cijfers / geld
- Heeft een competitieve dimensie
Goed vb. To deliver the highest employee and customer satisfaction, and to be the highest-profit airline in
Slecht vb. We’ll sell 25% more than we did last year
Conclusie: Je doet mee om te winnen, niet enkel om deel te nemen
, Where will you play: wtp = where to play
Kenmerken:
- Klantensegment
- Distributiekanaal
- Product of service
- Geografische regio
- Fase in productieproces
4 wtp keuzes:
- Own: alles doen om dit segment te claimen
- Compete: je gaat meedoen in deze groep maar het is niet je grootste focus
- Opportinistic: je werkt enkel in dit segment als er zich een interessante kans voordoet, hier ligt geen
focus
- Walk-away: in dit segment zal je nooit meedoen
How will you win:
Kenmerken:
- Waarom moet een klant voor jou kiezen?
- Sustainable competitive advantage
- Value proposition
2 soorten:
- Cost leader: laagst prijs aangeboden, klanten weten dat ze geen super kwaliteit of service moeten
verwachten
Bv. Zeeman
- Differentiator: beste kwaliteit maar dit is duidelijk te zien aan de prijs
Bv. Apple
Average competitor: zit tussenin
Probleem: is moeilijk want je probeert de beste kwaliteit aan te bieden tegen de laagste prijs