Bouwkunde II
Docent: Yves Willems
⚠️ Examen: Meerkeuzevragen (zonder giscorrectie) + open vragen
Begrippen en foto’s analyseren
Les 1 - Bodemkunde en fundering
Datum 23/09/2025
Bodem = het vaste gedeelte van de atmosfeer
Typen bodemsoorten;
zand = grofste korrels (boven de 63 micrometer)
grote draagkracht
leem
klei = kleinste korrel (onder de 2 micrometer)
draagkracht hangt af van de hoeveelheid water
(veen = 30-50cm organisch materiaal zoals heide dat tijdens de ijstijd
bedekt geweest is door een laag aarde)→ Slecht om op te bouwen, heel
samendrukbaar!
Bouwkunde II 1
, informatief!
Hoe weten we welke ondergrond er is?
→ Databank Ondergrond Vlaanderen (www.dov.vlaanderen.be)
→ Grondboring
→ Bodemsondering a.d.h.v. een hydraulische pin die de conusweerstand zal
meten
(vanaf +- peil 2 kan er een fundering op gemaakt worden)
⚠️ Het is belangrijk om te weten welke bodem je hebt, om de soort
hoofdfundering te bepalen;
1. Fundering op staal
Strookfundering (onder de muren)
Bouwkunde II 2
, Sokkelfundering (onder de zuilen/poeren van de muur)
—> Kan beide in beton of (vroeger) gemetst zijn
—> Wordt toegepast op draagkrachtige gronden, waarbij zettingen
beperkt zijn
2. Fundering op palen
schroefpalen (=grondverdringend)
schroefpalen met een holle as (=grondverwijderend) die we bij het
verwijderen gaan vullen met beton
heipalen (wordt niet meer gebruikt wegens teveel trillingen)
Bouwkunde II 3