Economie - Samenvatting vd powerpoints
Les 2: De Marktkrachten van Vraag en Aanbod
• Wat is vraag en aanbod?
Þ Vraag en aanbod zijn de twee meest gebruikte woorden onder economen.
Þ Vraag en aanbod zijn de krachten die een markteconomieën laten werken
Þ Moderne micro-economie bestudeert vraag, aanbod en marktevenwicht.
Þ Een markt is een groep kopers en verkopers van een bepaald goed of
dienst.
Þ De termen vraag en aanbod verwijzen naar het gedrag van mensen … bij
hun interactie op markten.
Þ Kopers bepalen de vraag, Verkopers bepalen het aanbod
• Markten en concurrentie
Þ Competitieve markten
• Een competitieve markt is een markt met vele kopers en verkopers
zodat elke individuele partij een verwaarloosbare invloed heeft op de
marktprijs.
Þ Competitie: perfecte en minder perfecte competitie
• Perfecte Concurrentie
Þ Producten zijn homogeen of identiek
Þ Talrijke kopers en verkopers zodat niemand invloed kan
uitoefenen op de prijs
Þ Kopers en verkopers zijn prijsnemers
• Monopolie
Þ Een verkoper die de prijs controleert (prijszetter)
• Oligopolie
Þ Weinig verkopers
Þ Niet altijd agressieve concurrentie
• Monopolistische Concurrentie
Þ Veel verkopers
Þ Heterogene (gedifferentieerde) producten
Þ Elke verkoper kan de prijs voor zijn eigen product zelf zetten
• Vraag
Þ De gevraagde hoeveelheid : de hoeveelheid van een goed die kopers
willen en kunnen kopen.
Þ De Wet van de Vraag: De wet van de vaag bepaalt dat, ceteris paribus, de
gevraagde hoeveelheid van een goed daalt indien de prijs van dit goed
stijgt.
Þ Vraagcurve: de relatie tussen prijs en hoeveelheid
1
, • Vraagschema: Het vraagschema is een tabel die de
relatie tussen de prijs van een goed en de gevraagde
hoeveelheid aangeeft.
Þ Marktvraag versus individuele vraag
• De marktvraag verwijst naar de som van alle
individuele vragen naar een bepaald goed of
bepaalde dienst.
• Grafisch, kunnen we individuele vraagcurves
horizontaal sommeren om de marktvraag te
bekomen
Þ Beweging langs de vraagcurve
• Een verandering in de gevraagde hoeveelheid
Þ Kan gebeuren via een beweging langs de
vraagcurve.
Þ Veroorzaakt door een verandering in de prijs van
het product.
• Verschuiving van de vraagcurve
Þ Consumenteninkomen
• Wanneer het inkomen toeneemt stijgt de
vraag naar normale goederen.
• Wanneer het inkomen toeneemt daalt de vraag
naar inferieure goederen.
Þ Prijzen van verwante goederen
• Wanneer de prijsdaling in het ene goed leidt
tot een daling van de vraag naar een ander
goed, dan noemen we deze goederen
substitutiegoederen.
• Wanneer de prijsdaling in het ene goed leidt
tot een stijging van de vraag naar een ander
goed, dan noemen we deze goederen
complementaire goederen
Þ Smaken en voorkeuren
Þ Verwachtingen
Þ Aantal kopers
Þ Een verandering in de gevraagde hoeveelheid
• Veroorzaakt door een verschuiving van de
vraagcurve, naar links of naar rechts.
• Veroorzaakt door een verandering die bij
gelijk welke prijs de gevraagde hoeveelheid
wijzigt.
2
,• Aanbod
Þ De aangeboden hoeveelheid is de hoeveelheid van een
goed die de verkopers willen en kunnen verkopen.
Þ De Wet van het Aanbod: De wet van het aanbod
bepaalt dat, ceteris paribus, de aangeboden
hoeveelheid van een goed stijgt wanneer de prijs van
dat goed stijgt.
Þ Aanbodcurve: De aanbodcurve is de grafiek van de
relatie tussen de prijs van een goed en de aangeboden
hoeveelheid
Þ Aanbodschema: Het aanbodschema is een tabel die de
relatie tussen de prijs van een goed en de aangeboden
hoeveelheid aangeeft.
Þ Marktaanbod versus individueel aanbod
• Het marktaanbod verwijst naar de som van alle individuele
aanbiedingen van een bepaald goed of bepaalde dienst.
• Grafisch, kunnen we individuele aanbodcurves
horizontaal sommeren om het marktaanbod te
bekomen.
Þ Verschuivingen van de aanbodcurve
• Inputprijzen
• Technologie
• Verwachtingen
• Aantal verkopers
• Een verandering in de aangeboden hoeveelheid
Þ Veroorzaakt door een verandering in de prijs van
het product.
Þ Veroorzaakt door een verschuiving van de aanbod,
naar links of naar rechts.
Þ Veroorzaakt door een verandering die bij gelijk
welke prijs de aangeboden hoeveelheid wijzigt
• Vraag en aanbod samen
Þ Evenwicht verwijst naar een situatie waar de prijs aan zodanig niveau
bereikt dat de aangeboden hoeveelheid gelijk is aan de gevraagde
hoeveelheid
Þ Evenwichtsprijs:
• De prijs die de aangeboden en gevraagde
hoeveelheid in evenwicht brengt.
• Grafisch is dit de prijs waarbij de vraagcurve en de
aanbodcurve elkaar snijden.
Þ Evenwichtshoeveelheid:
• De gevraagde en aangeboden hoeveelheid bij de evenwichtsprijs.
3
, • Grafisch is dit de hoeveelheid waarbij de
vraagcurve en de aanbodcurve elkaar snijden
Þ Van onevenwicht naar evenwicht
• Surplus
Þ Indien de prijs > evenwichtsprijs, dan is de
aangeboden hoeveelheid > gevraagde
hoeveelheid
• Er is een excessief of overtollig aanbod, of
een surplus
• Aanbieders zullen hun prijs verlagen om hun
verkopen te verhogen, en bewegen op die
manier opnieuw naar het evenwicht.
• Tekort
Þ Indien de prijs < evenwichtsprijs, dan is de
aangeboden hoeveelheid < gevraagde
hoeveelheid.
• Er is een excessieve of overtollige vraag, of
een tekort
• Aanbieders zullen hun prijs verhogen omdat
er te veel kopers op zoek zijn naar te weinig
goederen, en bewegen op die manier
opnieuw naar het evenwicht
Þ Evenwicht
• Wet van vraag en aanbod: De stelling dat de prijs
van eender welk goed zich aanpast tot de
aangeboden hoeveelheid en gevraagde hoeveelheid
in evenwicht zijn.
• 3 stappen om evenwichtsveranderingen te
analyseren:
1. Bepaal eerst of de gebeurtenis leidt tot een
verschuiving van het aanbod of de vraag (of
beide).
2. Bepaal dan of de betreffende curve(s) naar links
of naar rechts verschuiven.
3. Gebruik de vraag-en-aanbod grafiek om er achter
te komen hoe de verschuiving de evenwichtsprijs
en hoeveelheid verandert.
4
Les 2: De Marktkrachten van Vraag en Aanbod
• Wat is vraag en aanbod?
Þ Vraag en aanbod zijn de twee meest gebruikte woorden onder economen.
Þ Vraag en aanbod zijn de krachten die een markteconomieën laten werken
Þ Moderne micro-economie bestudeert vraag, aanbod en marktevenwicht.
Þ Een markt is een groep kopers en verkopers van een bepaald goed of
dienst.
Þ De termen vraag en aanbod verwijzen naar het gedrag van mensen … bij
hun interactie op markten.
Þ Kopers bepalen de vraag, Verkopers bepalen het aanbod
• Markten en concurrentie
Þ Competitieve markten
• Een competitieve markt is een markt met vele kopers en verkopers
zodat elke individuele partij een verwaarloosbare invloed heeft op de
marktprijs.
Þ Competitie: perfecte en minder perfecte competitie
• Perfecte Concurrentie
Þ Producten zijn homogeen of identiek
Þ Talrijke kopers en verkopers zodat niemand invloed kan
uitoefenen op de prijs
Þ Kopers en verkopers zijn prijsnemers
• Monopolie
Þ Een verkoper die de prijs controleert (prijszetter)
• Oligopolie
Þ Weinig verkopers
Þ Niet altijd agressieve concurrentie
• Monopolistische Concurrentie
Þ Veel verkopers
Þ Heterogene (gedifferentieerde) producten
Þ Elke verkoper kan de prijs voor zijn eigen product zelf zetten
• Vraag
Þ De gevraagde hoeveelheid : de hoeveelheid van een goed die kopers
willen en kunnen kopen.
Þ De Wet van de Vraag: De wet van de vaag bepaalt dat, ceteris paribus, de
gevraagde hoeveelheid van een goed daalt indien de prijs van dit goed
stijgt.
Þ Vraagcurve: de relatie tussen prijs en hoeveelheid
1
, • Vraagschema: Het vraagschema is een tabel die de
relatie tussen de prijs van een goed en de gevraagde
hoeveelheid aangeeft.
Þ Marktvraag versus individuele vraag
• De marktvraag verwijst naar de som van alle
individuele vragen naar een bepaald goed of
bepaalde dienst.
• Grafisch, kunnen we individuele vraagcurves
horizontaal sommeren om de marktvraag te
bekomen
Þ Beweging langs de vraagcurve
• Een verandering in de gevraagde hoeveelheid
Þ Kan gebeuren via een beweging langs de
vraagcurve.
Þ Veroorzaakt door een verandering in de prijs van
het product.
• Verschuiving van de vraagcurve
Þ Consumenteninkomen
• Wanneer het inkomen toeneemt stijgt de
vraag naar normale goederen.
• Wanneer het inkomen toeneemt daalt de vraag
naar inferieure goederen.
Þ Prijzen van verwante goederen
• Wanneer de prijsdaling in het ene goed leidt
tot een daling van de vraag naar een ander
goed, dan noemen we deze goederen
substitutiegoederen.
• Wanneer de prijsdaling in het ene goed leidt
tot een stijging van de vraag naar een ander
goed, dan noemen we deze goederen
complementaire goederen
Þ Smaken en voorkeuren
Þ Verwachtingen
Þ Aantal kopers
Þ Een verandering in de gevraagde hoeveelheid
• Veroorzaakt door een verschuiving van de
vraagcurve, naar links of naar rechts.
• Veroorzaakt door een verandering die bij
gelijk welke prijs de gevraagde hoeveelheid
wijzigt.
2
,• Aanbod
Þ De aangeboden hoeveelheid is de hoeveelheid van een
goed die de verkopers willen en kunnen verkopen.
Þ De Wet van het Aanbod: De wet van het aanbod
bepaalt dat, ceteris paribus, de aangeboden
hoeveelheid van een goed stijgt wanneer de prijs van
dat goed stijgt.
Þ Aanbodcurve: De aanbodcurve is de grafiek van de
relatie tussen de prijs van een goed en de aangeboden
hoeveelheid
Þ Aanbodschema: Het aanbodschema is een tabel die de
relatie tussen de prijs van een goed en de aangeboden
hoeveelheid aangeeft.
Þ Marktaanbod versus individueel aanbod
• Het marktaanbod verwijst naar de som van alle individuele
aanbiedingen van een bepaald goed of bepaalde dienst.
• Grafisch, kunnen we individuele aanbodcurves
horizontaal sommeren om het marktaanbod te
bekomen.
Þ Verschuivingen van de aanbodcurve
• Inputprijzen
• Technologie
• Verwachtingen
• Aantal verkopers
• Een verandering in de aangeboden hoeveelheid
Þ Veroorzaakt door een verandering in de prijs van
het product.
Þ Veroorzaakt door een verschuiving van de aanbod,
naar links of naar rechts.
Þ Veroorzaakt door een verandering die bij gelijk
welke prijs de aangeboden hoeveelheid wijzigt
• Vraag en aanbod samen
Þ Evenwicht verwijst naar een situatie waar de prijs aan zodanig niveau
bereikt dat de aangeboden hoeveelheid gelijk is aan de gevraagde
hoeveelheid
Þ Evenwichtsprijs:
• De prijs die de aangeboden en gevraagde
hoeveelheid in evenwicht brengt.
• Grafisch is dit de prijs waarbij de vraagcurve en de
aanbodcurve elkaar snijden.
Þ Evenwichtshoeveelheid:
• De gevraagde en aangeboden hoeveelheid bij de evenwichtsprijs.
3
, • Grafisch is dit de hoeveelheid waarbij de
vraagcurve en de aanbodcurve elkaar snijden
Þ Van onevenwicht naar evenwicht
• Surplus
Þ Indien de prijs > evenwichtsprijs, dan is de
aangeboden hoeveelheid > gevraagde
hoeveelheid
• Er is een excessief of overtollig aanbod, of
een surplus
• Aanbieders zullen hun prijs verlagen om hun
verkopen te verhogen, en bewegen op die
manier opnieuw naar het evenwicht.
• Tekort
Þ Indien de prijs < evenwichtsprijs, dan is de
aangeboden hoeveelheid < gevraagde
hoeveelheid.
• Er is een excessieve of overtollige vraag, of
een tekort
• Aanbieders zullen hun prijs verhogen omdat
er te veel kopers op zoek zijn naar te weinig
goederen, en bewegen op die manier
opnieuw naar het evenwicht
Þ Evenwicht
• Wet van vraag en aanbod: De stelling dat de prijs
van eender welk goed zich aanpast tot de
aangeboden hoeveelheid en gevraagde hoeveelheid
in evenwicht zijn.
• 3 stappen om evenwichtsveranderingen te
analyseren:
1. Bepaal eerst of de gebeurtenis leidt tot een
verschuiving van het aanbod of de vraag (of
beide).
2. Bepaal dan of de betreffende curve(s) naar links
of naar rechts verschuiven.
3. Gebruik de vraag-en-aanbod grafiek om er achter
te komen hoe de verschuiving de evenwichtsprijs
en hoeveelheid verandert.
4