Samenvatting Functioneren bij neurologische aandoeningen

MODULE 2.4 – DEGENERATIEVE AANDOENINGEN VAN HET CZS

ZSO: ZIEKTE VAN PARKINSON


Deze opdracht bestaat uit het beantwoorden van richtvragen aan de hand van verplichte literatuur.

Deze leerstof is te kennen en maakt deel uit van het examen.

TE LEZEN:

- O’Sullivan, S.B., Schmitz, T.J., & Fulk, G.D. (2019). Physical Rehabilitation. (7th edition). Philadelphia:
F.A. Davis Company.
o Chapter 18: Parkinson’s Disease
 Introduction (p760-761)
 Etiology (p761-762)
(Box 18.1 p761: Secondary Parkinsonism en Parkinson plus syndromes: geen leerstof)
 Pathophysiology and stages of brain pathology (p762-764)
 Clinical presentation and medical diagnosis (p764-771)
 Clinical course (p771)
 Physical therapy examination and evaluation (p778-788)




RICHTVRAGEN


Via onderstaande vragen ga je stap voor stap doorheen de aangegeven literatuur.

Lees eerst de delen ‘Introduction’ tot en met ‘Pathophysiology and stages of brain pathology’ (p760-p764) en
bekijk ook volgend filmpje ter verduidelijking van de pathofysiologie van de zieke van Parkinson:
https://www.khanacademy.org/science/health-and-medicine/nervous-system-diseases/parkinsons-disease/v/
putting-it-all-together-pathophysiology-of-parkinsons-disease

Vraag 1: Welke structuren herken je op de onderstaande figuur? Vul de lege boxen aan.




1
Q5 Functioneren bij neurologische aandoeningen

, striatum




Vraag 2: Wat verandert er in de directe en indirecte banen door de basale ganglia?




Vraag 3: Wat wordt er weergegeven in de onderstaande afbeelding? Leg uit.




Uitleg:




Vraag 4: Welke klinische subgroepen zijn er bij de ziekte van Parkinson?




2
Q5 Functioneren bij neurologische aandoeningen