Inleiding: het Nikki-principe Eind jaren ’90: opkomst Positieve psychologie
o Psychotherapeuten richten aandacht steeds vaker op krachten ipv. klachten
Voorloper: William Grant study (1937) o Ontwikkelen van krachten staat centraal, niet het bestrijden van psychische
Martin Seligman = grondlegger positieve psychologie klachten
o 1997: verhaal 5-jarige dochter Nikki (p11) o Doelen op positieve, functionele en gezondheidsbevorderende factoren
Focus op sterke kanten ipv. op zwakke kanten o Focus: wat gaat er goed?
Psychologie: evenveel aandacht voor wat mensen gelukkig maakt, als voor wat mensen o Aandacht verplaatsen naar wat wel goed gaat + welke factoren de draagkracht
ongelukkig maakt v.d. cliënt kunnen bevorderen
o Psychotherapeuten: aandacht op momenten waar het beter gaat & hoe de
Deel 1 – Theorie en onderzoek cliënt dat voor elkaar krijgt
Hoofdstuk 1 – Wat is Positieve psychologie? Constructen die centraal staan in PP: betrokkenheid, coping (manier waarop mensen met
situaties omgaan), tevredenheid, zelfvertrouwen, persoonlijke ontwikkeling & motivatie
Positieve psychologie = de stroming die uitgaat van de sterke kanten van de mens en de
veronderstelling dat geluk niet het gevolg is van alleen de juiste genen, maar te vinden is
door het identificeren en gebruik maken van de sterke kanten die iemand al bezit. Uitgangspunten sterkekantenbenadering
PP heeft niet de bedoeling om alles wat er al bekend is over menselijk lijden & ziekten te Mogelijkheden voor individuele en professionele ontwikkeling
vervangen => focus op successen, persoonlijke kwaliteiten en sterke kanten van mensen om
MAAR aanvullen en betere balans in aandacht voor pieken en dalen v.h. menselijk verandering mogelijk te maken.
bestaan & alles daar tussenin Iedereen heeft sterke kanten
Gezondheid ≠ afwezigheid van ziekte (lichamelijk of geestelijk) Start vanuit goede eigenschappen
Gezondheid is meer dan dat o Motivatie stijgt
Gezondheid = de aanwezigheid van welbevinden o Groei wordt bevorderd
Klachtgericht of krachtgericht? Classificatie
Voor PP: weinig aandacht voor sterke kanten & hulpbronnen van cliënten
Geen algemeen geaccepteerd classificatiesysteem
o Voornamelijk bezig met verminderen van klachten en symptomen (angst &
Wel methoden om sterke kanten te identificeren:
depressie)
o Weerspiegeling tijdsgeest: richten op problemen en beperkingen
VIA Signature Strengths Test
StrengthsFinder
R2 Strengths Profiler
Talentenwijzer
1
, Positieve psychologie
VIA Signature Strengths Test (Values in Action)
Seligman
24 sterke kanten, ingedeeld in 5 deugden (of ‘karakterkrachten’)
Doel: universeel classificatiesysteem van deugden en sterke kanten
Resultaat: 5 sterke kanten gerangschikt van meest naar minst op jou van toepassing
• Niet- gerealiseerde sterke punten - de dingen die iemand energie geeft en goed kan,
maar niet zo vaak gebruikt.
Maximaliseer deze voor ontwikkeling, loopbaanontwikkeling en om doelen te
bereiken.
• Zwakke punten - de dingen die het individu moeilijk vindt om goed te doen en
uitputtend vindt.
Deze moeten zo weinig mogelijk voorkomen
• Gerealiseerde sterke punten - de dingen die het individu energie geeft, goed kan en
vaak gebruikt.
StrengthsFinder Deze moeten veel voorkomen in het takenpakket
Doel: ontdekken wat je talenten zijn en hoe je deze bewuster kan gebruiken in je werk. • Aangeleerd gedrag – de dingen die iemand goed heeft geleerd te doen, maar waar
Iedereen heeft een unieke combinatie van 34 talenten. je geen energie van krijgt.
Resultaat: jouw 5 meest ontwikkelbare talenten Matig deze om burn-out te voorkomen door ze minder te gebruiken en meer
vanuit sterke punten te werken.
R2 Strengths Profiler
Talentenwijzer
60 sterke kanten of ‘persoonlijkheidskrachten’ in 3 dimensies: competentie, energie en
het gebruik. Ontwikkeld voor hoger onderwijs
Onderscheid in ‘potentiële (unrealised)’ en ‘manifeste (realised)’ sterke kanten Zo kan een stimulerend leerklimaat gecreëerd worden waarin studenten het beste uit
zichzelf kunnen halen.
2
, Positieve psychologie
o Behoefte aan competentie
o Behoefte aan autonomie
Onderzoek o Behoefte aan verbondenheid en acceptatie
Linley, Nilsen, Gillet en Biswas-Diener (2010) Hoofdstuk 2 – Optimisme
Mensen die meer gebruik maken van hun sterke kanten
o Meer zelfvertrouwen en welbevinden Optimisme is te leren
o Hogere ervaren competentie
Seligman: onderzoek naar depressie (’70)
o Meer realisatie van doelen
o Aangeleerde hulpeloosheid / learned helplessness
Seligman en Csikszentmihalyi (2000) o Experiment met honden:
Sterke kanten fungeren als buffer tegen psychische stoornissen Blootgesteld aan oncontroleerbare schokken
Honden werden passief en ontwikkelde symptomen die leken op
Sheldon, Jose, Kashdan en Jarden (2015)
depressie & lichamelijke aandoeningen
10 belangrijkste sterke kanten bij bereiken van doelen en welbevinden:
Deze passiviteit bleef bestaan, ook nadat de schokken later wel
1. Nieuwsgierigheid
controleerbaar werden
2. Idee van controle over goede en slechte gebeurtenissen
Vooral focus op honden die passief en depressief werden
3. Aanwezigheid van zingeving
o Verklaring:
4. Volharding
Mensen ontwikkelen verwachtingen over het optreden van tegenslag. Deze
5. Dankbaarheid
verwachtingen zijn goede voorspellers van gedrag. Wat we verwachten bepaalt
6. Gebruik van sterke kanten
voor een deel wat er met ons gebeurt.
7. Neiging tot plezier maken
- Verwachting van tegenslag: leidt tot passiviteit, vermijding, angst,…
8. Neiging tot betrokkenheid
- Verwachting van controle: leidt tot volhouden en veerkracht
9. Neiging tot zingeving
o Aangeleerd optimisme / learned optimism (1990): zoeken naar een uitweg en
10. Genieten van het moment
niet depressief blijven
→ Nieuwsgierigheid en volharding zijn de belangrijkste: zij bufferen het hardst tegen
depressie – ondanks omstandigheden toch verder gaan
Attributiestijlen
Samenhang: Attrubitiestijlen = factoren waaraan mensen goede en slechte gebeurtenissen toeschrijven
en welke verklaringen ze ervoor geven
Combinatie van twee sterke kanten verkleint risico op suïcide
(Kleiman, Adams, Kashdan en Riskind, 2013): Naar 1 gebeurtenis kan je op 2 manieren kijken:
Volwassenen: volharding en dankbaarheid Tijdelijk, specifiek en extern
Zelfdeterminatietheorie (Ryan & Deci, 2001) Stabiel, globaal en intern
3
, Positieve psychologie
Wat is bepalend voor het ontwikkelen van optimistische attributiestijl?
Misbruik en conflict pessimistische attributiestijl
Hoe verklaren ouders gebeurtenissen?
Negatieve gebeurtenissen
De rol van verwachtingen
Pessimistisch
• Stabiel: ... zullen lang doorwerken Fitzsimons: onderzoek naar verwachtingen (2007)
• Globaal: ... zullen doorwerken in veel gebieden van hun leven o Als je iets verwacht is de kans groter dat het gaat gebeuren
• Intern: ... vooral aan hen zelf te wijten Churchill: ‘De pessimist ziet de moeilijkheid in elke mogelijkheid. De optimist ziet de
Optimistisch mogelijkheid in elke moeilijkheid.’
• Tijdelijk: ... zijn tijdelijk van aard Optimisme is aan te leren
• Specifiek: ... zullen niet in alle domeinen van hun leven doorwerken o 2 manieren:
• Extern: ... meer te wijten aan de situatie of anderen dan henzelf Aanleren van optimistsiche attributiestijl
‘Best-mogelijke-zelf-interventie’
Mensen met pessimistsiche denkstijl groter risico voor depressie
Positieve gebeurtenissen:
o MAAR soms is pessimisme positief: dwingt ons de confrontatie met de
Pessimistisch werkelijkheid aan te gaan
• Tijdelijk: het gaat slechts om tijdelijk succes Advocaten hebben door pessimisme grotere kans op ontwikkelen van depressie
• Specifiek: ze zullen er weinig aan hebben in andere situaties
• Extern: ... zijn meer te danken aan de situatie dan aan henzelf
Optimistisch Optimisme en geluk
• Stabiel: ... zullen lang doorwerken
Duidelijk verband tss optimisme en geluk
• Globaal: ... zullen ook doorwerken in andere situaties
Optimisme & pessimisme: relatief stabiele persoonlijkheidskenmerken
• Intern: ... zijn vooral aan henzelf te danken
o MAAR kunnen worden beïnvloed door:
Manier waarop iemandzich gedraagt
Wat bepaalt of iemand een optimistische of pessimistische instelling heeft? Waar iemand zijn aandacht op richt
Onderzoek Seligman:
25% genetische aanleg o Verband bestaat in 2 richtingen
Succes- en faalervaringen + reacties van ouders + leeftijdsgenoten hierop o Gelukkige mensen zijn optimistischer over hun toekomst
Hechting o Optimistische mensen hebben betere gezondheid
Duurzame, affectieve relaties hoger optimisme Opdracht onderzoek Seligman
Traumatische ervaringen lager optimisme
4