24/09 INLEIDEND COLLEGE
Verstek veroordeeld = persoon die zijn eigen proces niet heeft bijgewoond
Burgerlijke partij = vertegenwoordigd zijn/haar persoonlijke belang
Bv. Ann haar man, Jos, wordt vermoord. Naast dat de dader een straf krijgt zegt Ann dat ze
ook schaden heeft geleden, bv. Minder inkomsten,...
Recht bevat takken en niveaus ->
Takken;
Strafrecht
Grondwettelijk recht
Niveaus:
Nationaal
Internationaal
Doelen recht:
1. Geschillen vermijden; door regels in te voeren
2. Geschillen beslechten; straf wordt erger bij oplopende oorzaken bv. Te veel alcohol
bij aanrijding
3. Symbool; doodgeboren kinderen zijn nooit een rechts subject geweest
25/09 WAT IS RECHT?
OBJECTIEF VS. SUBJECTIEF RECHT
A. Objectief recht (Pagina 18-23):
het recht; geheel van algemene gedragsregels dat wordt opgelegd door een bevoegde
overheid -> naleving is afdwingbaar
-> Jij vs. De overheid
B. Subjectief recht (Pagina 23-24)
mijn recht; de rechten die ik uit de regels kan gaan afleiden (de aanspraak die een persoon
ten aanzien van een andere personen aan het objectief recht ontleent)
1
,-> Jij vs. Andere burgers
-> Jij vs. Overheid (voorbeeld vb. van het pensioen hier beneden)
WAT IS HET VERSCHIL?
Vb. Je dak van je kot is stuk:
Je vraagt je af wat is mijn recht nu?
Jouw recht wordt afgeleid uit het recht -> het recht zegt dat grote schaden moet
hersteld worden door de kotbaas, kleine problemen door de inwoner zelf
Kotbaas zal dit dus moeten financieren
Subjectief recht; gewone hoven en rechtbanken ->
“subjectief contentieux” = bv. Vrederechter,...
Voorbeelden;
1. wanneer je loon niet wordt uitbetaald aan het einde van de maand
-> uw recht is geschonden
2. je hebt gewerkt tot pensioensleeftijd, je hebt dus pensioenrechten opgebouwd
-> uw recht wordt dus geschonden
3. je wordt mishandeld en wilt een schaden vergoeding
-> je gaat naar de rechtbank om uw recht af te dwingen
Objectief recht; administratieve rechtscollege ->
“objectief contentieux” = raad van staten,...
Voorbeelden;
1. Leuven creëert een eigen verkeersreglement
-> jij gaat naar de rechtbank want het komt niet overeen met de algemene regels
-> jij moet niet noodzakelijk zelf een boete hebben gekregen, maar je gaat het recht gewoon
aanvechten
2
, 2. Gemeente levert u geen bouwvergunning af
-> u dient een aanvraag in, en uw aanvraag wordt geweigerd met de simpele zin “uw
aanvraag wordt geweigerd”
-> het recht is hier geschonden want, de overheid heeft geen motivatie gegeven hoe het
komt dat uw aanvraag werd afgekeurd.
BEVOEGDHEDEN
1. Gebonden bevoegdheid
Overheid moet naleven wat het recht zegt wanneer alle voorwaarden vervuld zijn
-> subjectief recht
Bv. Als iemand aan alle voorwaarden voldoet om een speciale parkeerkaart te krijgen is dat
zijn subjectief recht en dan heeft de overheid de gebonden bevoegdheid dat recht toe te
kennen.
Wanneer de overheid dit toch niet wilt geven -> subjectief recht geschonden
Bv. Als een persoon zijn/haar hele leven heeft gewerkt heeft de overheid de gebonden
bevoegdheid dit pensioen toe te kennen uitkeren aan deze persoon.
2. Discretionaire bevoegdheid
Overheid heeft beleidsvrijheid zelfs wanneer aan alle voorwaarden voldaan wordt.
Bv. Bij het aanvragen van een bouwvergunning heeft de overheid de vrijheid zelf te bepalen
of het al dan niet een goed idee is om op die plek een huis te plaatsen.
-> bij discretionaire bevoegdheid geen subjectief recht, de overheid krijgt beleidsmarge om
zelf beslissingen te nemen.
Bij een rechtszaak -> rechter gaat na of de overheid deze beslissing redelijk genomen en
ordentelijk gemotiveerd heeft
-> rechter heeft een marginale bevoegdheid =
Heeft de overheid redelijk
3
, Heeft de overheid zorgvuldig gehandeld
Ligt de beslissing in de lijn met de principes
Zie oefeningen op Toledo
HET RECHT (OBJECTIEF RECHT)
KENMERKEN
1. Algemeen
Algemeen en onpersoonlijk
-> logisch, want anders zou recht willekeurig zijn.
(Bv. Als ik een wet zou schrijven die alleen van toepassing is op mezelf, dan
schrijf ik geen recht, dan schrijf ik een individuele beslissing.)
-> recht geldt voor een algemene groep van personen/dingen
Voorbeelden; de wet is wel algemeen, maar is geschreven omdat bv. de minister een
concreet dossier in zin achterhoofd heeft.
Misdrijven verjaren = na een te lange tijd kan je niet meer veroordeeld worden voor de
feiten die je gepleegd hebt
-> nieuwe wet; de misdrijven zoals ‘de bende van Nijvel’ kunnen niet verjaren
Conclusie: de wet is wel algemeen, maar soms zitten daar individuele
drijfveren achter
Rechtsregel: geldt voor een groep van personen (kan klein of groot zijn afgebakend)
Individueel besluit: heeft een gevolg voor één of meerdere personen
2. Gedrag
Oordeelt volgens (uitwendig) gedrag van rechtssubjecten*
-> je mag denken wat je wilt, het wordt pas een probleem wanneer je het op een foute
manier uit.
4