1 WAT IS SOCIALE
PSYCHOLOGIE?
STUDIEOBJECT EN DEFINITIE VAN DE SOCIALE PSYCHOLOGIE
Het materiële object
Hoe wordt gedrag van mensen beïnvloed door het gedrag van anderen?
Beïnvloeding gebeurt:
o Bewust of onbewust
o Expliciet of impliciet
Gedrag
Het formele object
Wat zijn de wetmatigheden hierin?
o Wetmatigheden zijn NOOIT 100% juist, er zijn altijd uitzonderingen
Sociale psychologie
= de studie die tracht te begrijpen, verklaren en voorspellen hoe de gedachten,
gevoelens en gedragingen van individuen beïnvloed worden door de
waargenomen, ingebeelde of impliciete gedachten, gevoelens en gedragingen
van anderen.
= gedrag dat je niet of anders zou stellen indien er geen of minder invloed van
anderen was geweest
= sociaal gedrag
= studiedomein binnen de psychologie dat een antwoord wil bieden op de vraag
hoe individuen reageren in sociale situaties. Welke invloed heeft de aanwezigheid
van anderen op het gedrag van een individu?
Je kan niet niet communiceren & je kan niet niet beïnvloed worden door anderen,
of we nu willen of niet
We zijn kuddedieren en hebben anderen nodig (sociale dieren)
HET BELANG VAN ONS SOCIALE LEVEN
De mens is een kuddedier: de mens heeft anderen nodig om te overleven, om
zich veilig te voelen, om taken te verdelen, om ideeën uit te wisselen, om bij te
1
,leren en zichzelf te ontplooien, om zijn hart bij uit de storten of bij uit te huilen,
om aan soortbehoud te doen, om te zorgen en verzorgd te worden …
SOCIALE BEHOEFTEN EN HUIDHONGER
Tijdens coronacrisis werd de behoefte aan sociaal contact duidelijk
Eenzaamheid was een erg belangrijke klacht
Meer relationele problemen
Mishandeling binnen gezinnen steeg enorm
Online alternatieven leidden tot zoom-fatigue: mentale uitputting die optreedt
bij het veelvuldig luisteren en converseren in videoconferenties via platforms
zoals Teams.
Veel mentale inspanning (non-verbale reacties van anderen maar deels
zien)
Fysieke grens geschonden (gezichten erg nabij)
Jezelf uren aan een stuk zien is vervelend
Specifieke behoefte die duidelijk werd is het lichamelijk contact
Beperkt aantal mensen van nabij benaderen
1 knuffelcontact
Huidhonger: te lang zonder knuffel, streling of zoen van een geliefde = stevig
gemis aan die prikkels bij velen.
Insula: linkt tast en aanrakingen aan emotionele beleving en koppelt een
aangenaam of onaangenaam gevoel
Aanrakingen hebben een invloed op aanmaak van oxytocine: hormoon dat
belangrijke rol speelt in sociale contacten en vreugdegevoelens +
verminderde kans op depressie en versterking immuunsysteem & hechting
moeder- en kind en vriendschapsrelaties
Lichamelijk contact = helend effect bij chronische pijn, depressie of andere
fysiek of geestelijk lijden
Grotsyndroom: niet iedereen kan na een lange periode van beperkingen die
opgelegd werden terug vlot de deur uitgaa
Gewoontedieren
Angst op besmetting
2
, Jong en oud
SOCIALE VERBONDENHEID IN MOTIVATIETHEORIEËN
Deze theorieën gaan ervan uit dat de belangrijkste drijfveren in ons handelen of
welbevinden te maken hebben met onze band met anderen.
Bekendste theorie: behoeftenhiërarchie van Maslow
Behoefte die onderaan niet vervuld geraakt, zal alle bovenliggende
behoeften onderdrukken
Onderaan: fysiologische behoeften (nood aan voedsel, water, slaap en
seks)
Behoefte aan veiligheid (zekerheid, stabiliteit, bescherming …)
Behoefte aan liefde en samenhorigheid
Behoefte aan achting: streven naar respect en waardering, zelfrespect en
zelfvertrouwen
Zelfactualisering: behoefte om je talenten te ontwikkelen en te groeien
waar je goed in bent
Recentere motivatietheorie: zelf-determinantietheorie van Deci en Ryan
Er zijn drie belangrijke voorwaarden om intrinsiek gemotiveerd te zijn in
wat we doen en om een gevoel van voldoening te ervaren in het leven,
werk, relatie, school …
Indien voorwaarden vervuld = psychologische ontplooiing
Deze drie basisbehoeften zijn de noodzakelijke voorwaarde voor een
gezonde ontwikkeling van kinderen
Geen hiërarchie aanwezig
Behoefte aan autonomie: enkel voldoening vinden indien je het gevoel hebt
voldoende autonoom te kunnen functioneren (werkgever die niet continu op je
vingers staat te kijken)
Competent voelen: enkel welbevinden ervaren indien je het gevoel hebt dat je
goed bent in wat je doet en dat je je taken beheerst (studies volhouden indien je
ervaart dat je de les begrijpt en kan slagen)
3
, Behoefte aan relationele verbondenheid: nood om verbinding te hebben met
collega’s of medestudenten. Indien we ons uitgesloten of verstoten voelen, zal dit
zorgen voor een onvervulde behoefte aan verbondenheid
INTROVERSIE, VERLEGENHEID EN SCHAAMTE
In de persoonlijkheidspsychologie wordt introversie als een van de vijf
belangrijke persoonlijkheidskenmerken beschouwd die ons maken tot wie we zijn.
- De ene is introvert (behoefte aan alleen zijn en privacy)
- De ander is extravert (veel sociale contacten, uitbundigheid in groep)
Verlegenheid = persoon kiest er niet voor en ervaart dit eerder als een last
Gevoelens van stress, onzekerheid en angst in bepaalde sociale situaties
Gepieker over gevoelens, wat anderen denken en of ze wel goed
overkomen
Verhindert mogelijkheden: kleiner sociaal netwerk
Mensen die erg verlegen zijn, zullen ook eerder introvert zijn
Vaak buiten comfortzone
Schaamte = geen persoonlijkheidskenmerk maar een tijdelijke emotie die
verbonden is aan een gedrag of kenmerk dat vaak samenhangt met gevoelens
van schuld of met angst om geëvalueerd te worden
Grens met verlegenheid is dun: iemand die weinig verlegenheid kent, zal
ook niet zo snel beschaamd zijn
Hangt vaak samen met schuldgevoel
4
PSYCHOLOGIE?
STUDIEOBJECT EN DEFINITIE VAN DE SOCIALE PSYCHOLOGIE
Het materiële object
Hoe wordt gedrag van mensen beïnvloed door het gedrag van anderen?
Beïnvloeding gebeurt:
o Bewust of onbewust
o Expliciet of impliciet
Gedrag
Het formele object
Wat zijn de wetmatigheden hierin?
o Wetmatigheden zijn NOOIT 100% juist, er zijn altijd uitzonderingen
Sociale psychologie
= de studie die tracht te begrijpen, verklaren en voorspellen hoe de gedachten,
gevoelens en gedragingen van individuen beïnvloed worden door de
waargenomen, ingebeelde of impliciete gedachten, gevoelens en gedragingen
van anderen.
= gedrag dat je niet of anders zou stellen indien er geen of minder invloed van
anderen was geweest
= sociaal gedrag
= studiedomein binnen de psychologie dat een antwoord wil bieden op de vraag
hoe individuen reageren in sociale situaties. Welke invloed heeft de aanwezigheid
van anderen op het gedrag van een individu?
Je kan niet niet communiceren & je kan niet niet beïnvloed worden door anderen,
of we nu willen of niet
We zijn kuddedieren en hebben anderen nodig (sociale dieren)
HET BELANG VAN ONS SOCIALE LEVEN
De mens is een kuddedier: de mens heeft anderen nodig om te overleven, om
zich veilig te voelen, om taken te verdelen, om ideeën uit te wisselen, om bij te
1
,leren en zichzelf te ontplooien, om zijn hart bij uit de storten of bij uit te huilen,
om aan soortbehoud te doen, om te zorgen en verzorgd te worden …
SOCIALE BEHOEFTEN EN HUIDHONGER
Tijdens coronacrisis werd de behoefte aan sociaal contact duidelijk
Eenzaamheid was een erg belangrijke klacht
Meer relationele problemen
Mishandeling binnen gezinnen steeg enorm
Online alternatieven leidden tot zoom-fatigue: mentale uitputting die optreedt
bij het veelvuldig luisteren en converseren in videoconferenties via platforms
zoals Teams.
Veel mentale inspanning (non-verbale reacties van anderen maar deels
zien)
Fysieke grens geschonden (gezichten erg nabij)
Jezelf uren aan een stuk zien is vervelend
Specifieke behoefte die duidelijk werd is het lichamelijk contact
Beperkt aantal mensen van nabij benaderen
1 knuffelcontact
Huidhonger: te lang zonder knuffel, streling of zoen van een geliefde = stevig
gemis aan die prikkels bij velen.
Insula: linkt tast en aanrakingen aan emotionele beleving en koppelt een
aangenaam of onaangenaam gevoel
Aanrakingen hebben een invloed op aanmaak van oxytocine: hormoon dat
belangrijke rol speelt in sociale contacten en vreugdegevoelens +
verminderde kans op depressie en versterking immuunsysteem & hechting
moeder- en kind en vriendschapsrelaties
Lichamelijk contact = helend effect bij chronische pijn, depressie of andere
fysiek of geestelijk lijden
Grotsyndroom: niet iedereen kan na een lange periode van beperkingen die
opgelegd werden terug vlot de deur uitgaa
Gewoontedieren
Angst op besmetting
2
, Jong en oud
SOCIALE VERBONDENHEID IN MOTIVATIETHEORIEËN
Deze theorieën gaan ervan uit dat de belangrijkste drijfveren in ons handelen of
welbevinden te maken hebben met onze band met anderen.
Bekendste theorie: behoeftenhiërarchie van Maslow
Behoefte die onderaan niet vervuld geraakt, zal alle bovenliggende
behoeften onderdrukken
Onderaan: fysiologische behoeften (nood aan voedsel, water, slaap en
seks)
Behoefte aan veiligheid (zekerheid, stabiliteit, bescherming …)
Behoefte aan liefde en samenhorigheid
Behoefte aan achting: streven naar respect en waardering, zelfrespect en
zelfvertrouwen
Zelfactualisering: behoefte om je talenten te ontwikkelen en te groeien
waar je goed in bent
Recentere motivatietheorie: zelf-determinantietheorie van Deci en Ryan
Er zijn drie belangrijke voorwaarden om intrinsiek gemotiveerd te zijn in
wat we doen en om een gevoel van voldoening te ervaren in het leven,
werk, relatie, school …
Indien voorwaarden vervuld = psychologische ontplooiing
Deze drie basisbehoeften zijn de noodzakelijke voorwaarde voor een
gezonde ontwikkeling van kinderen
Geen hiërarchie aanwezig
Behoefte aan autonomie: enkel voldoening vinden indien je het gevoel hebt
voldoende autonoom te kunnen functioneren (werkgever die niet continu op je
vingers staat te kijken)
Competent voelen: enkel welbevinden ervaren indien je het gevoel hebt dat je
goed bent in wat je doet en dat je je taken beheerst (studies volhouden indien je
ervaart dat je de les begrijpt en kan slagen)
3
, Behoefte aan relationele verbondenheid: nood om verbinding te hebben met
collega’s of medestudenten. Indien we ons uitgesloten of verstoten voelen, zal dit
zorgen voor een onvervulde behoefte aan verbondenheid
INTROVERSIE, VERLEGENHEID EN SCHAAMTE
In de persoonlijkheidspsychologie wordt introversie als een van de vijf
belangrijke persoonlijkheidskenmerken beschouwd die ons maken tot wie we zijn.
- De ene is introvert (behoefte aan alleen zijn en privacy)
- De ander is extravert (veel sociale contacten, uitbundigheid in groep)
Verlegenheid = persoon kiest er niet voor en ervaart dit eerder als een last
Gevoelens van stress, onzekerheid en angst in bepaalde sociale situaties
Gepieker over gevoelens, wat anderen denken en of ze wel goed
overkomen
Verhindert mogelijkheden: kleiner sociaal netwerk
Mensen die erg verlegen zijn, zullen ook eerder introvert zijn
Vaak buiten comfortzone
Schaamte = geen persoonlijkheidskenmerk maar een tijdelijke emotie die
verbonden is aan een gedrag of kenmerk dat vaak samenhangt met gevoelens
van schuld of met angst om geëvalueerd te worden
Grens met verlegenheid is dun: iemand die weinig verlegenheid kent, zal
ook niet zo snel beschaamd zijn
Hangt vaak samen met schuldgevoel
4