Samenvatting toegepaste dierkunde + determinatie insecten
Rijk eencelligen (Protozoa & Chromista)
STAM VOORBEELDDIER
Trilhaardiertjes Pantoffeldiertje
Amoeben (wortelpotigen) Amoebe
Zweephaardieren Trypanosoma spp.
Metamonada Gardia duodenalis
Trichomonas gallinae
Sporediertje Eimeria spp.
Toxoplasma gondii
Plasmodium spp.
Stam: trilhaardiertjes (Ciliophora)
Algemeen
- Trilhaartjes
- Zoet en zout
- Parasieten
Pantoffeldiertje (Paramecium spp.)
Bouw & voortbeweging
- Vooreind afgerond (voortbeweging)
- Achtereind puntig
- Buikzijde: waar mondgroef naar mond leidt
- Pellicula: bevat plasmamembraan (buitenste)
- Trilharen: rijen schuin tov lengte-as
- Beweging: draaiend rond zijn as
- Celmond
- Twee kernen: macrokern (niervormig + stofwisseling) en microkern (bolvormig +
geslachtelijke voortplanting)
Voeding & vertering
- Mondgroef: trilharen leiden voedsel naar de celmond
- Bac, wieren, gistcel, afvaldeeltjes van rottende planten/dieren
- Voedselverwerking: via celslokdarm in blaasje richting voedselvacuole
- Circulatie in cytoplasma: voedselvacuole met enzymen
- Celaars: vacuole komt hier terecht, verwijderen onverteerbare resten
Uitscheiding
- Plasmamembraan: waterdoorlaatbaar
, - Hogere osm druk, minder water in de cel
- 2 kloppende vacuolen: om beurten actief water uit de cel pompen, voorkomen
barsten
• Systole: Vacuole is gecontracteerd, water uitgestoten
• Diastole: Vacuole is uitgezet, water opgenomen
- Waterkanaaltjes: rond vacuole, opname van teveel water via centrale porie
- Waterhuishouding: Kloppende vacuolen regelen de waterbalans, voorkomen
overmatige wateropname in zoetwateromgevingen
- Afvalstoffen: N-houdende stoffen (ureum en ammoniumzouten) naar buiten
Voortplanting
Ongeslachtelijk: splitsing
- Kern in twee → celinsnoering → deling cytoplasma
- Micronucleus: mitotische = kopie en deling
- Macronucleus: amitotisch = splitsing in 2
Geslachtelijk: conjugatie
- Uitwisseling kernmateriaal via mondgroeven
- Scheiding & deling
Inkapseling/encystering
Bij ongewenste levensomstandigheden ( = encystering)
- Trilharen worden afgeworpen
- Vorming harde, ronde schaal rond cel
- Leidt een vertraagd leven in kapsel
- Verspreiding via wind, poten van dieren
Bij gunstige omstandigheden
- openbarsten kapsel
- vrij organisme
- vorming nieuwe trilharen
Stam: Amoëben (Amoebozoa) (wortelpotigen)
Algemeen
- Vormveranderlijkheid
- Uitstulpingen: voortbeweging/voedselopname
Bouw & voortbeweging
- Pseudopodiën (schijnvoetjes): ‘amoeboïde’
voortbeweging
, - In vijvers, plassen, beekjes, mos, bodem
Voeding & vertering
- Bacteriën, kiezelwieren, groenwieren
- fagocytose (celvraat): voedsel omsloten door pseudopodiën (vorming
voedselvacuole)
- Onverteerde resten uitgescheiden via celaars
Uitscheiding & voortplanting (zie trilhaardiertje)
- ongeslachtelijke voortplanting: splitsing
Andere
- Entamoeba histolytica: Parasitaire aandoening dikke darm = amoebendysenterie
(buikloop)
- wortelpotigen die een schaal bezitten: zandhuisje (Difflugia elegans)
Stam: zweephaardieren (Euglenozoa)
Algemeen
- zweephaar of flagel (voortbeweging)
Trypanosoma spp.
- Afrikaans slaapziekte
- Oorzaak: T. brucei gambiense en T. brucei rhodesiense
- Overdracht stekende insecten: tseetseevlieg (Glossina spp.)
- Fase 1: infectieverschijnselen
• koorts, zwelling lymfknopen, …
- Fase 2: aantasting ZWS
• 4 jaar na infectie → dood
- In de tropen
- Bestrijding = bestrijding vector
- Wilde dieren reservoir (runderen)
Stam: Metamonada
Algemeen
- Geen mitochondriën
- Primitieve eencelligen? Verloren mitochondriën
• Bewijs: mitochondriale gerelateerde celorganellen (hydrogenosomen en
mitosomen) + genetische restanten
- Gegroepeerde flagellen (meestal per vier)
, Gardia duodenalis
- Synoniem: G. intestinalis en G. lamblia
- de darm van de mens (ontwikkelingslanden)
- Infectie: opname resistente cysten via feces in omgeving → wkn/mnd infectieus
- Symptomen: zeer uiteenlopend
• acute of chronische diarree, misselijkheid, veel gasvorming, buikkrampen,
vettige ontlasting
- Zoonose: ziekte overgedragen van dier op mens
Opbouw G. trofozoeit & G. cyste
Cyclus Gardia
1. Trofozoiet vastgehecht aan darmepitheel
2. Start encystering: Aanmaak celwand, inductie door galzouten
3. Uitscheiding cyste met feaces in omgeving
4. Vroege excystering (opening)→ flagella zichtbaar
5. Late excystering → Gardia verlaat cyste
6. Cytokinese: vorming 2 trofozoieten
Trichomonas gallinae
- aandoening bij vogels: het geel
→ gele kaasachtige substantie in keel
- Binaire deling
- Overdracht direct contact (speeksel, voorplantingsorganen of faeces)
- GEEN cyste = overleeft NIET in de omgeving!
Rijk eencelligen (Protozoa & Chromista)
STAM VOORBEELDDIER
Trilhaardiertjes Pantoffeldiertje
Amoeben (wortelpotigen) Amoebe
Zweephaardieren Trypanosoma spp.
Metamonada Gardia duodenalis
Trichomonas gallinae
Sporediertje Eimeria spp.
Toxoplasma gondii
Plasmodium spp.
Stam: trilhaardiertjes (Ciliophora)
Algemeen
- Trilhaartjes
- Zoet en zout
- Parasieten
Pantoffeldiertje (Paramecium spp.)
Bouw & voortbeweging
- Vooreind afgerond (voortbeweging)
- Achtereind puntig
- Buikzijde: waar mondgroef naar mond leidt
- Pellicula: bevat plasmamembraan (buitenste)
- Trilharen: rijen schuin tov lengte-as
- Beweging: draaiend rond zijn as
- Celmond
- Twee kernen: macrokern (niervormig + stofwisseling) en microkern (bolvormig +
geslachtelijke voortplanting)
Voeding & vertering
- Mondgroef: trilharen leiden voedsel naar de celmond
- Bac, wieren, gistcel, afvaldeeltjes van rottende planten/dieren
- Voedselverwerking: via celslokdarm in blaasje richting voedselvacuole
- Circulatie in cytoplasma: voedselvacuole met enzymen
- Celaars: vacuole komt hier terecht, verwijderen onverteerbare resten
Uitscheiding
- Plasmamembraan: waterdoorlaatbaar
, - Hogere osm druk, minder water in de cel
- 2 kloppende vacuolen: om beurten actief water uit de cel pompen, voorkomen
barsten
• Systole: Vacuole is gecontracteerd, water uitgestoten
• Diastole: Vacuole is uitgezet, water opgenomen
- Waterkanaaltjes: rond vacuole, opname van teveel water via centrale porie
- Waterhuishouding: Kloppende vacuolen regelen de waterbalans, voorkomen
overmatige wateropname in zoetwateromgevingen
- Afvalstoffen: N-houdende stoffen (ureum en ammoniumzouten) naar buiten
Voortplanting
Ongeslachtelijk: splitsing
- Kern in twee → celinsnoering → deling cytoplasma
- Micronucleus: mitotische = kopie en deling
- Macronucleus: amitotisch = splitsing in 2
Geslachtelijk: conjugatie
- Uitwisseling kernmateriaal via mondgroeven
- Scheiding & deling
Inkapseling/encystering
Bij ongewenste levensomstandigheden ( = encystering)
- Trilharen worden afgeworpen
- Vorming harde, ronde schaal rond cel
- Leidt een vertraagd leven in kapsel
- Verspreiding via wind, poten van dieren
Bij gunstige omstandigheden
- openbarsten kapsel
- vrij organisme
- vorming nieuwe trilharen
Stam: Amoëben (Amoebozoa) (wortelpotigen)
Algemeen
- Vormveranderlijkheid
- Uitstulpingen: voortbeweging/voedselopname
Bouw & voortbeweging
- Pseudopodiën (schijnvoetjes): ‘amoeboïde’
voortbeweging
, - In vijvers, plassen, beekjes, mos, bodem
Voeding & vertering
- Bacteriën, kiezelwieren, groenwieren
- fagocytose (celvraat): voedsel omsloten door pseudopodiën (vorming
voedselvacuole)
- Onverteerde resten uitgescheiden via celaars
Uitscheiding & voortplanting (zie trilhaardiertje)
- ongeslachtelijke voortplanting: splitsing
Andere
- Entamoeba histolytica: Parasitaire aandoening dikke darm = amoebendysenterie
(buikloop)
- wortelpotigen die een schaal bezitten: zandhuisje (Difflugia elegans)
Stam: zweephaardieren (Euglenozoa)
Algemeen
- zweephaar of flagel (voortbeweging)
Trypanosoma spp.
- Afrikaans slaapziekte
- Oorzaak: T. brucei gambiense en T. brucei rhodesiense
- Overdracht stekende insecten: tseetseevlieg (Glossina spp.)
- Fase 1: infectieverschijnselen
• koorts, zwelling lymfknopen, …
- Fase 2: aantasting ZWS
• 4 jaar na infectie → dood
- In de tropen
- Bestrijding = bestrijding vector
- Wilde dieren reservoir (runderen)
Stam: Metamonada
Algemeen
- Geen mitochondriën
- Primitieve eencelligen? Verloren mitochondriën
• Bewijs: mitochondriale gerelateerde celorganellen (hydrogenosomen en
mitosomen) + genetische restanten
- Gegroepeerde flagellen (meestal per vier)
, Gardia duodenalis
- Synoniem: G. intestinalis en G. lamblia
- de darm van de mens (ontwikkelingslanden)
- Infectie: opname resistente cysten via feces in omgeving → wkn/mnd infectieus
- Symptomen: zeer uiteenlopend
• acute of chronische diarree, misselijkheid, veel gasvorming, buikkrampen,
vettige ontlasting
- Zoonose: ziekte overgedragen van dier op mens
Opbouw G. trofozoeit & G. cyste
Cyclus Gardia
1. Trofozoiet vastgehecht aan darmepitheel
2. Start encystering: Aanmaak celwand, inductie door galzouten
3. Uitscheiding cyste met feaces in omgeving
4. Vroege excystering (opening)→ flagella zichtbaar
5. Late excystering → Gardia verlaat cyste
6. Cytokinese: vorming 2 trofozoieten
Trichomonas gallinae
- aandoening bij vogels: het geel
→ gele kaasachtige substantie in keel
- Binaire deling
- Overdracht direct contact (speeksel, voorplantingsorganen of faeces)
- GEEN cyste = overleeft NIET in de omgeving!