Inleiding tot het recht – samenvatting
POWERPOINT 1 :
1. Kenmerken en definitie van het recht (op examen kunnen situeren waar-> dit
onderdeel bv -> staat op 5 punten!)
1.1 Kenmerken van het recht: 3 kenmerken
- Samenleving ordenen
- Samenleving bepaalt regels
- Naleving regels kan worden afgedwongen
1.2 Definitie:
Recht = geheel van afdwingbare regels, afgesproken door een samenleving, teneinde
het menselijk handelen in die samenleving te ordenen.
De 3 elementen aanhalen in u definitie: AFDWINGBARE REGELS, AFGESPROKEN
DOOR EEN SAMENLEVING EN DOEL IS SAMENLEVING ORDENEN.
2. Soorten regels
- Gedragsregels -> subjectieve rechten
De regels over hoe je u moet gedragen zodat een samenleving vlot verloopt en
zodat er geen chaos is maar wel orde is.
Voorbeeld: je mag niet door het rood rijden. -> subjectieve rechten
- Toepassingsregels en -structuren (rechtsbescherming!) -> afdwinging
Bijvoorbeeld de bevoegdheid over de rechtbanken, regels rond de politie.
Voorbeeld wat mag de politie en wat mag die niet, het zijn dus regels over de
afdwingbaarheid.
1
, - Regels voor het maken en wijzigen van het recht -> wijzigingsregels
Wie maakt het recht en wie is er bevoegd om het recht te wijzigen. Regels over
het wijzigen van het recht. -> wijzigingsregels.
Dit is minder relevant op examen, je moet het weten en kunnen uitleggen met
voorbeelden.
3. Objectief recht vs subjectieve rechten
3.1 objectief recht vs subjectieve rechten
OBJECTIEF RECHT
(“t h e l a w ” – abstract & algemeen)
Verleent
SUBJECTIEVE RECHTEN
(“r i g h t s ” – concreet& toegepast)
2
,Objectief recht:
Definitie: het geheel van gedragsregels of normen die algemeen verbindend zijn.
Zijn abstract en algemeen
Het objectief recht zijn de regels die je terugvindt in de codex.
Voorbeeld: je moet stoppen bij het rood licht.
Subjectief recht:
Definitie: de aanspraken die individuen kunnen maken op bepaalde gedragingen van andere
of bepaalde middelen.
Zijn concreet en toegepast
Subjectieve rechten vloeien uit objectieve rechten.
Voorbeeld: iedereen moet stoppen bij het rood licht maar mijn subjectief recht dat hieruit
vloeit is dat ik het recht heb om door te rijden met groen licht, voorrang heb bij groen licht.
Dit is dus -> objectief recht: stoppen met rood licht en suvjectief recht: voorrang bij groen
licht.
Voorbeeld: Artikel 1382BW is objectief, recht op schadevergoeding of het zorgvuldig
handelen van iemand anders is subjectief, = aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad
= aquiliaanse aansprakelijkheid (AS) = buitencontractuele AS = burgerlijke aansprakelijkheid
AS -> synoniemen
-> 3 voorwaarden (fout (specifieke rechtsregel overtreden), schade, oorzakelijk verband)
bonus pater familias , normaal vooruitzend persoon
(handboek pag 304)
3
, 4. rechtssubject vs rechtsobject
rechtssubject:
- definitie: drager van rechten en plichten
- titularis van subjectieve rechten
- natuurlijke personen (mensen van vlees en bloed) / rechtspersonen (fictie van het
recht, met eigen rechten en plichten. )
- Voorbeeld een zaak, bank, school
rechtsobject:
- datgene waarover subjectieve rechten gelden
- zaken/ rechten
- voorbeeld: een laptop, hier heb je eigendomsrecht en gebruiksrecht op
5. rechtsfeit en rechtshandeling (handboek pag 186)
5.1 rechtsfeit
- definitie : feit waaraan het objectief recht (codex) rechtsgevolgen verbindt
- rechtsgevolgen kunnen zijn: doen onstaan, wijzigen(bv bij 18 jaar worden, dan
wordt je rechtsbekwaam), doen verdwijnen (bv overlijden)
- voorbeeld: 18 jaar worden is een rechtsfeit waaraan het objectieve recht
rechtsgevolgen verbindt zoals stemrecht, alcohol drinken (doen onstaan van),
vanaf 18 jaar wijzigen u rechten, je wordt handelsbekwaam (wijzigen).
- Andere voorbeelden: een verkeersongeval, een geboorte( onstaan van
rechten zoals recht op een naam, erfrecht, ..), de dood (bij dood vallen de
meeste rechten weg bv uw eigendomsrecht verdwijnt)
Op examen voorbeeden kennen, van elk een voorbeeld kunnen geven.
Moord is geen rechtsfeit en geen rechtshandeling, want er was geen wil om in de
gevangenis te belanden.
4
POWERPOINT 1 :
1. Kenmerken en definitie van het recht (op examen kunnen situeren waar-> dit
onderdeel bv -> staat op 5 punten!)
1.1 Kenmerken van het recht: 3 kenmerken
- Samenleving ordenen
- Samenleving bepaalt regels
- Naleving regels kan worden afgedwongen
1.2 Definitie:
Recht = geheel van afdwingbare regels, afgesproken door een samenleving, teneinde
het menselijk handelen in die samenleving te ordenen.
De 3 elementen aanhalen in u definitie: AFDWINGBARE REGELS, AFGESPROKEN
DOOR EEN SAMENLEVING EN DOEL IS SAMENLEVING ORDENEN.
2. Soorten regels
- Gedragsregels -> subjectieve rechten
De regels over hoe je u moet gedragen zodat een samenleving vlot verloopt en
zodat er geen chaos is maar wel orde is.
Voorbeeld: je mag niet door het rood rijden. -> subjectieve rechten
- Toepassingsregels en -structuren (rechtsbescherming!) -> afdwinging
Bijvoorbeeld de bevoegdheid over de rechtbanken, regels rond de politie.
Voorbeeld wat mag de politie en wat mag die niet, het zijn dus regels over de
afdwingbaarheid.
1
, - Regels voor het maken en wijzigen van het recht -> wijzigingsregels
Wie maakt het recht en wie is er bevoegd om het recht te wijzigen. Regels over
het wijzigen van het recht. -> wijzigingsregels.
Dit is minder relevant op examen, je moet het weten en kunnen uitleggen met
voorbeelden.
3. Objectief recht vs subjectieve rechten
3.1 objectief recht vs subjectieve rechten
OBJECTIEF RECHT
(“t h e l a w ” – abstract & algemeen)
Verleent
SUBJECTIEVE RECHTEN
(“r i g h t s ” – concreet& toegepast)
2
,Objectief recht:
Definitie: het geheel van gedragsregels of normen die algemeen verbindend zijn.
Zijn abstract en algemeen
Het objectief recht zijn de regels die je terugvindt in de codex.
Voorbeeld: je moet stoppen bij het rood licht.
Subjectief recht:
Definitie: de aanspraken die individuen kunnen maken op bepaalde gedragingen van andere
of bepaalde middelen.
Zijn concreet en toegepast
Subjectieve rechten vloeien uit objectieve rechten.
Voorbeeld: iedereen moet stoppen bij het rood licht maar mijn subjectief recht dat hieruit
vloeit is dat ik het recht heb om door te rijden met groen licht, voorrang heb bij groen licht.
Dit is dus -> objectief recht: stoppen met rood licht en suvjectief recht: voorrang bij groen
licht.
Voorbeeld: Artikel 1382BW is objectief, recht op schadevergoeding of het zorgvuldig
handelen van iemand anders is subjectief, = aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad
= aquiliaanse aansprakelijkheid (AS) = buitencontractuele AS = burgerlijke aansprakelijkheid
AS -> synoniemen
-> 3 voorwaarden (fout (specifieke rechtsregel overtreden), schade, oorzakelijk verband)
bonus pater familias , normaal vooruitzend persoon
(handboek pag 304)
3
, 4. rechtssubject vs rechtsobject
rechtssubject:
- definitie: drager van rechten en plichten
- titularis van subjectieve rechten
- natuurlijke personen (mensen van vlees en bloed) / rechtspersonen (fictie van het
recht, met eigen rechten en plichten. )
- Voorbeeld een zaak, bank, school
rechtsobject:
- datgene waarover subjectieve rechten gelden
- zaken/ rechten
- voorbeeld: een laptop, hier heb je eigendomsrecht en gebruiksrecht op
5. rechtsfeit en rechtshandeling (handboek pag 186)
5.1 rechtsfeit
- definitie : feit waaraan het objectief recht (codex) rechtsgevolgen verbindt
- rechtsgevolgen kunnen zijn: doen onstaan, wijzigen(bv bij 18 jaar worden, dan
wordt je rechtsbekwaam), doen verdwijnen (bv overlijden)
- voorbeeld: 18 jaar worden is een rechtsfeit waaraan het objectieve recht
rechtsgevolgen verbindt zoals stemrecht, alcohol drinken (doen onstaan van),
vanaf 18 jaar wijzigen u rechten, je wordt handelsbekwaam (wijzigen).
- Andere voorbeelden: een verkeersongeval, een geboorte( onstaan van
rechten zoals recht op een naam, erfrecht, ..), de dood (bij dood vallen de
meeste rechten weg bv uw eigendomsrecht verdwijnt)
Op examen voorbeeden kennen, van elk een voorbeeld kunnen geven.
Moord is geen rechtsfeit en geen rechtshandeling, want er was geen wil om in de
gevangenis te belanden.
4