Toets 6: Endocrienstelsel en
lymfevatenstelsel
1. De volwassen milt…
1.1. bevat de grootste hoeveelheid lymfeweefsel in het lichaam
2. De bijnieren liggen
2.1. extraperitioneaal superieur t.o.v. de nieren
3. De glandula tyroïdea
3.1. ligt anterieur van de trachea
4. De thymus bevindt zich
4.1. achter het sternum
5. Het grootste aantal lymfeknopen vinden we in de regio…
5.1. axillaris
6. Lymfe keert terug in de veneuze circulatie via de ...
6.1. v. subclavia
7. Lymfevaten die de lymfeknoop verlaten en de lymfe naar het veneuze systeem vervoeren, noemen
we…
7.1. efferente lymfevaten
8. De hypofyse ligt
8.1. in de sella turcica van het os sphenoidale
9. De bloed- en de lymfevaten van de milt staan met de milt in verbinding bij…
9.1. de hilus
10. De hypothalamus vormt de verbinding met de hypofyse, welke is correct?
10.1. Lobus anterior via een capillaire plexus
11. De volgende organen zijn lymfoïde organgen:
11.1. lymfeknopen, thymus, milt
12. Benoem de structuren
A: Hypothalamus
B: Hypofyse
C: Schildklier
D: Bijnieren
E: Pancreas
F: Epifyse
G: Bijschildklier
H: Hart
I: Thymus
J: Vetweefsel
K: Tractus Digestivus
L: Nieren
M: Gonaden
lymfevatenstelsel
1. De volwassen milt…
1.1. bevat de grootste hoeveelheid lymfeweefsel in het lichaam
2. De bijnieren liggen
2.1. extraperitioneaal superieur t.o.v. de nieren
3. De glandula tyroïdea
3.1. ligt anterieur van de trachea
4. De thymus bevindt zich
4.1. achter het sternum
5. Het grootste aantal lymfeknopen vinden we in de regio…
5.1. axillaris
6. Lymfe keert terug in de veneuze circulatie via de ...
6.1. v. subclavia
7. Lymfevaten die de lymfeknoop verlaten en de lymfe naar het veneuze systeem vervoeren, noemen
we…
7.1. efferente lymfevaten
8. De hypofyse ligt
8.1. in de sella turcica van het os sphenoidale
9. De bloed- en de lymfevaten van de milt staan met de milt in verbinding bij…
9.1. de hilus
10. De hypothalamus vormt de verbinding met de hypofyse, welke is correct?
10.1. Lobus anterior via een capillaire plexus
11. De volgende organen zijn lymfoïde organgen:
11.1. lymfeknopen, thymus, milt
12. Benoem de structuren
A: Hypothalamus
B: Hypofyse
C: Schildklier
D: Bijnieren
E: Pancreas
F: Epifyse
G: Bijschildklier
H: Hart
I: Thymus
J: Vetweefsel
K: Tractus Digestivus
L: Nieren
M: Gonaden