Management informatiesystemen
HC1: basisoverzicht
Een onderneming is een economische eenheid die op doelgerichte wijze
goederen levert om aan de behoeften van externe partijen te voldoen. De
productie en het gebruik van g&d vinden planmatige plaats door interactie van
de productiefactoren.
Ondernemingen die winst nastreven = bedrijven
Ander doel = organisaties zonder winstoogmerk
Doordat onderneming steeds meer specialiseren en subfuncties uitbesteden aan
derden, neemt ook de behoeften aan informatietechnologie toe.
Computergebaseerde bedrijfsinformatiesystemen zijn een faciliterende
technologie die het mogelijk maakt bedrijfstransacties efficiënt en begrijpelijk te
verwerken. Doordat alles in een bedrijf voortdurend verandert zijn deze systemen
nooit helemaal af (dit is een verschil met softwaresystemen). Ondanks dit
systeem worden nog veel
informatieverwerkingstaken door mensen verricht
Beleidsinformatica wordt vaak beschouwd als een
vorm van bedrijfskunde in de sociale en de
economische wetenschappen. Het doel ervan is de
operationele prestaties te verbeteren vanuit het
oogpunt van informatiestromen en
informatieverwerking (computergebaseerde
bedrijfsinformatiesystemen).
Beleidsinformatica: De wetenschap die zich bezighoudt met het ontwerpen van
op computerondersteunde informatiesystemen in het bedrijfsleven. een
beleidsinformaticus = persoon met zowel bedrijfskundige als technologische
kennis die nadenkt over de inzet van informatiesystemen om
bedrijfsdoelstellingen te realiseren en een brugfunctie vervult bij de
communicatie tussen business en IT tijdens de realisatie van de nieuwe
informatiesystemen.
Een computers is een functionele eenheid voor de verwerking van gegevens,
namelijk voor het uitvoeren van rekenkundige bewerkingen en transformaties, en
het overbrengen en opslaan van data. Computers zijn belangrijk voor bedrijven
omdat zij informatie over zakelijke aangelegenheden en processen
kosteneffectief en met hoge snelheid kunnen verwerken.
Bij beleidsinformatica is het centrale object van een informatiesysteem de
informatie die in een bedrijf of organisatie nodig is voor de deelnemers om
transacties te kunnen afhandelen.
Informatiesysteem: Een systeem bestaande uit mensen en machines die
informatie genereren en/of gebruiken en met elkaar verbonden zijn door
communicatiekanalen. Bij een bedrijfsinformatiesysteem dient het systeem ter
ondersteuning voor bedrijfsprocessen, de relaties binnen het bedrijf en relaties
tussen het bedrijf en zijn omgeving.
,Een operationeel informatiesysteem ondersteunt de dagelijkse werking van de
onderneming met behulp van operationele toepassingsprogramma’s. Die
ondersteunen zowel de taken in operationele functionele gebieden (aankoop,
productie, verkoop, financiën, personeelszaken, …) als bedrijfsprocessen die deze
functionele gebieden overstijgen.
Types bedrijfsinformatiesystemen:
Transactiesystemen: interne werking van het bedrijf ondersteunen (een
transactie = een gebeurtenis of handeling die een verandering (in de data)
teweegbrengt bv. voorraadwijziging)
Planningssystemen: het management van een bedrijf in de planningstaken
ondersteunen
ERP-systeem (enterprise resource planning): een geïntegreerd
toepassingsprogrammasysteem dat uit verschillende componenten bestaat en
dat alle essentiële operationele functionele gebieden ondersteunt. => doel: het
gebruik van middelen in een bedrijf (kapitaal, arbeid, apparatuur, materialen) te
controleren en te verwerken (= ondersteunen interne werking bedrijf). Hier zijn
de actualiteit,
gedetailleerdheid en de
nauwkeurigheid van groot
belang. Vb. Mircosoft
Dynamics 365, AFAS
software, …
Kantoorinformatiesystemen:
- Individuele ondersteuning: tekstverwerkers, spreadsheets, tijdsregistratie,
agenda, … bv. word, excel, powerpoint
- Groepswerking: gedeelde documenten communicatietools,
collaboratieplatformen, planningtools, … bv. mail, whatsapp, teams, …
- Transactieverwerking (case/process management): taakbeheer, workflow
engines, klachtenbeheer bv. Trello (zie pp)
,Controlesystemen: dient om toezicht te houden op de naleving van de plannen
d.m.v. een vergelijking van realisaties met vooropgestelde doelen en suggesties
voor noodzakelijke corrigerende maatregelen.
Management informatiesystemen: dienen om beslissingen te sturen (gebruikt
door managers), rapportering (inzichten krijgen over hoe je organisatie werkt),
controle en strategische planning
Horizontale vs. verticale integratie:
Horizontaal: verbindt subsystemen van verschillende functionele gebieden
op 1 niveau
Dit systeem verbindt de afdelingen verkoop, productie en logistiek op
hetzelfde niveau, zodat ze real-time informatie kunnen delen. Bijvoorbeeld,
zodra de verkoopafdeling een order invoert, ziet de logistieke afdeling
direct dat er een levering nodig is.
Verticaal: verbindt subsystemen van hetzelfde functionele gebied op
verschillende niveaus
Hier wordt binnen één functioneel gebied, zoals productie, informatie
doorgegeven van het operationele niveau (machines en sensoren) naar het
strategische niveau (managementbeslissingen). Bijvoorbeeld, een
productiesysteem dat gegevens van machines verzamelt en deze
doorstuurt naar het management, zodat zij kunnen beslissen over
onderhoud en efficiëntieverbeteringen.
Grenzen van informatiesystemen en subsystemen:
Een systeem bestaat uit een aantal elementen die onderling verbonden zijn en
op elkaar inwerken. De relaties tussen de elementen als
geheel vormen de structuur van het systeem en bepalen het
gedrag van het systeem.
Om de complexiteit te verminderen, worden complexe
systemen onderverdeeld in subsystemen, die met elkaar
interageren via welomschreven interfaces.
De subsystemen worden beschouwd als elementen op
hogere abstractieniveaus.
In uw systeem heb je een aantal subsystemen en die
subsystemen wisselen informatie uit met andere subsystemen. Die subsystemen
kun je weer verder opdelen.
Een modulair systeem is een systeem waarvan de subsystemen worden
gevormd vanuit het perspectief van controle van de functionaliteit, de
uitwisselbaarheid van gegevens en de werkorganisatie. (een module =
groepering van functionaliteiten => je kan een module veranderen zonder de
rest van het systeem te moeten aanpassen)
Als je 1 van de blauwe
subsystemen zou
aanpassen dan
veranderen de rode
eronder ook mee.
, Men mag niet vergeten dat een bedrijfsinformatiesysteem ten dienste staat van
de mensen die hun werk in een bedrijf verrichten. Dat betekent dat de mensen,
hun werkprestaties en -opvatting een belangrijke rol spelen bij de uitvoering van
een bedrijfsproces. De kennis van de werknemers zal nooit vervangen kunnen
worden door computersystemen. => verdeling tussen handmatige en
geautomatiseerde subsystemen. Als er nieuwe kennis over operationele
processen beschikbaar is moeten werknemers dit ingegeven in de
computersystemen. Anderzijds moeten werknemers geïnformeerd worden over
nieuwe wijzigingen in de computer.
Informatiesystemen als socio-technische systemen:
Een socio-technisch systeem is een systeem waarin een technische en een
sociale component onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Terwijl het gedrag
van de technische componenten van een
informatiesysteem wordt vastgelegd door
programmacode, is het gedetailleerde
gedrag van de sociale subcomponenten
veel minder strikt vast te stellen.
Kenmerken socio-technisch systeem:
Onverwacht gedrag: Het systeem werkt als een geheel en krijgt soms
nieuwe eigenschappen die je niet kunt voorspellen door alleen naar losse
onderdelen te kijken. Bijvoorbeeld, in een bedrijf kan een nieuwe
samenwerking tussen afdelingen plots leiden tot veel efficiënter werken,
terwijl dat vooraf niet duidelijk was.
Onvoorspelbaar gedrag: Het systeem reageert niet altijd hetzelfde op
dezelfde situatie. Dit komt vooral doordat mensen betrokken zijn, en hun
gedrag kan veranderen door bijvoorbeeld stress, motivatie of externe
omstandigheden. Een klantenserviceafdeling kan op de ene dag sneller en
vriendelijker reageren dan op een andere dag, afhankelijk van de
werksfeer.
Complexe structuur: Er zijn veel verschillende onderdelen met soms
tegenstrijdige doelen. Bijvoorbeeld, de kwaliteitsafdeling wil de beste
producten leveren, terwijl de financiële afdeling kosten wil besparen. Dit
kan botsingen veroorzaken en het lastig maken om een perfecte balans te
vinden.
Het gehele operationele systeem kan dus nooit volledig worden
geautomatiseerd en het gedrag van het systeem moet voortdurend
worden aangepast.
Relaties tussen informatiesystemen:
Informatiesystemen in bedrijven:
Om bedrijfsinformatiesystemen te begrijpen is het
belangrijk om het algemene systeem van bedrijfsprestaties
te beschouwen. Een informatie systeem dient ter
HC1: basisoverzicht
Een onderneming is een economische eenheid die op doelgerichte wijze
goederen levert om aan de behoeften van externe partijen te voldoen. De
productie en het gebruik van g&d vinden planmatige plaats door interactie van
de productiefactoren.
Ondernemingen die winst nastreven = bedrijven
Ander doel = organisaties zonder winstoogmerk
Doordat onderneming steeds meer specialiseren en subfuncties uitbesteden aan
derden, neemt ook de behoeften aan informatietechnologie toe.
Computergebaseerde bedrijfsinformatiesystemen zijn een faciliterende
technologie die het mogelijk maakt bedrijfstransacties efficiënt en begrijpelijk te
verwerken. Doordat alles in een bedrijf voortdurend verandert zijn deze systemen
nooit helemaal af (dit is een verschil met softwaresystemen). Ondanks dit
systeem worden nog veel
informatieverwerkingstaken door mensen verricht
Beleidsinformatica wordt vaak beschouwd als een
vorm van bedrijfskunde in de sociale en de
economische wetenschappen. Het doel ervan is de
operationele prestaties te verbeteren vanuit het
oogpunt van informatiestromen en
informatieverwerking (computergebaseerde
bedrijfsinformatiesystemen).
Beleidsinformatica: De wetenschap die zich bezighoudt met het ontwerpen van
op computerondersteunde informatiesystemen in het bedrijfsleven. een
beleidsinformaticus = persoon met zowel bedrijfskundige als technologische
kennis die nadenkt over de inzet van informatiesystemen om
bedrijfsdoelstellingen te realiseren en een brugfunctie vervult bij de
communicatie tussen business en IT tijdens de realisatie van de nieuwe
informatiesystemen.
Een computers is een functionele eenheid voor de verwerking van gegevens,
namelijk voor het uitvoeren van rekenkundige bewerkingen en transformaties, en
het overbrengen en opslaan van data. Computers zijn belangrijk voor bedrijven
omdat zij informatie over zakelijke aangelegenheden en processen
kosteneffectief en met hoge snelheid kunnen verwerken.
Bij beleidsinformatica is het centrale object van een informatiesysteem de
informatie die in een bedrijf of organisatie nodig is voor de deelnemers om
transacties te kunnen afhandelen.
Informatiesysteem: Een systeem bestaande uit mensen en machines die
informatie genereren en/of gebruiken en met elkaar verbonden zijn door
communicatiekanalen. Bij een bedrijfsinformatiesysteem dient het systeem ter
ondersteuning voor bedrijfsprocessen, de relaties binnen het bedrijf en relaties
tussen het bedrijf en zijn omgeving.
,Een operationeel informatiesysteem ondersteunt de dagelijkse werking van de
onderneming met behulp van operationele toepassingsprogramma’s. Die
ondersteunen zowel de taken in operationele functionele gebieden (aankoop,
productie, verkoop, financiën, personeelszaken, …) als bedrijfsprocessen die deze
functionele gebieden overstijgen.
Types bedrijfsinformatiesystemen:
Transactiesystemen: interne werking van het bedrijf ondersteunen (een
transactie = een gebeurtenis of handeling die een verandering (in de data)
teweegbrengt bv. voorraadwijziging)
Planningssystemen: het management van een bedrijf in de planningstaken
ondersteunen
ERP-systeem (enterprise resource planning): een geïntegreerd
toepassingsprogrammasysteem dat uit verschillende componenten bestaat en
dat alle essentiële operationele functionele gebieden ondersteunt. => doel: het
gebruik van middelen in een bedrijf (kapitaal, arbeid, apparatuur, materialen) te
controleren en te verwerken (= ondersteunen interne werking bedrijf). Hier zijn
de actualiteit,
gedetailleerdheid en de
nauwkeurigheid van groot
belang. Vb. Mircosoft
Dynamics 365, AFAS
software, …
Kantoorinformatiesystemen:
- Individuele ondersteuning: tekstverwerkers, spreadsheets, tijdsregistratie,
agenda, … bv. word, excel, powerpoint
- Groepswerking: gedeelde documenten communicatietools,
collaboratieplatformen, planningtools, … bv. mail, whatsapp, teams, …
- Transactieverwerking (case/process management): taakbeheer, workflow
engines, klachtenbeheer bv. Trello (zie pp)
,Controlesystemen: dient om toezicht te houden op de naleving van de plannen
d.m.v. een vergelijking van realisaties met vooropgestelde doelen en suggesties
voor noodzakelijke corrigerende maatregelen.
Management informatiesystemen: dienen om beslissingen te sturen (gebruikt
door managers), rapportering (inzichten krijgen over hoe je organisatie werkt),
controle en strategische planning
Horizontale vs. verticale integratie:
Horizontaal: verbindt subsystemen van verschillende functionele gebieden
op 1 niveau
Dit systeem verbindt de afdelingen verkoop, productie en logistiek op
hetzelfde niveau, zodat ze real-time informatie kunnen delen. Bijvoorbeeld,
zodra de verkoopafdeling een order invoert, ziet de logistieke afdeling
direct dat er een levering nodig is.
Verticaal: verbindt subsystemen van hetzelfde functionele gebied op
verschillende niveaus
Hier wordt binnen één functioneel gebied, zoals productie, informatie
doorgegeven van het operationele niveau (machines en sensoren) naar het
strategische niveau (managementbeslissingen). Bijvoorbeeld, een
productiesysteem dat gegevens van machines verzamelt en deze
doorstuurt naar het management, zodat zij kunnen beslissen over
onderhoud en efficiëntieverbeteringen.
Grenzen van informatiesystemen en subsystemen:
Een systeem bestaat uit een aantal elementen die onderling verbonden zijn en
op elkaar inwerken. De relaties tussen de elementen als
geheel vormen de structuur van het systeem en bepalen het
gedrag van het systeem.
Om de complexiteit te verminderen, worden complexe
systemen onderverdeeld in subsystemen, die met elkaar
interageren via welomschreven interfaces.
De subsystemen worden beschouwd als elementen op
hogere abstractieniveaus.
In uw systeem heb je een aantal subsystemen en die
subsystemen wisselen informatie uit met andere subsystemen. Die subsystemen
kun je weer verder opdelen.
Een modulair systeem is een systeem waarvan de subsystemen worden
gevormd vanuit het perspectief van controle van de functionaliteit, de
uitwisselbaarheid van gegevens en de werkorganisatie. (een module =
groepering van functionaliteiten => je kan een module veranderen zonder de
rest van het systeem te moeten aanpassen)
Als je 1 van de blauwe
subsystemen zou
aanpassen dan
veranderen de rode
eronder ook mee.
, Men mag niet vergeten dat een bedrijfsinformatiesysteem ten dienste staat van
de mensen die hun werk in een bedrijf verrichten. Dat betekent dat de mensen,
hun werkprestaties en -opvatting een belangrijke rol spelen bij de uitvoering van
een bedrijfsproces. De kennis van de werknemers zal nooit vervangen kunnen
worden door computersystemen. => verdeling tussen handmatige en
geautomatiseerde subsystemen. Als er nieuwe kennis over operationele
processen beschikbaar is moeten werknemers dit ingegeven in de
computersystemen. Anderzijds moeten werknemers geïnformeerd worden over
nieuwe wijzigingen in de computer.
Informatiesystemen als socio-technische systemen:
Een socio-technisch systeem is een systeem waarin een technische en een
sociale component onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Terwijl het gedrag
van de technische componenten van een
informatiesysteem wordt vastgelegd door
programmacode, is het gedetailleerde
gedrag van de sociale subcomponenten
veel minder strikt vast te stellen.
Kenmerken socio-technisch systeem:
Onverwacht gedrag: Het systeem werkt als een geheel en krijgt soms
nieuwe eigenschappen die je niet kunt voorspellen door alleen naar losse
onderdelen te kijken. Bijvoorbeeld, in een bedrijf kan een nieuwe
samenwerking tussen afdelingen plots leiden tot veel efficiënter werken,
terwijl dat vooraf niet duidelijk was.
Onvoorspelbaar gedrag: Het systeem reageert niet altijd hetzelfde op
dezelfde situatie. Dit komt vooral doordat mensen betrokken zijn, en hun
gedrag kan veranderen door bijvoorbeeld stress, motivatie of externe
omstandigheden. Een klantenserviceafdeling kan op de ene dag sneller en
vriendelijker reageren dan op een andere dag, afhankelijk van de
werksfeer.
Complexe structuur: Er zijn veel verschillende onderdelen met soms
tegenstrijdige doelen. Bijvoorbeeld, de kwaliteitsafdeling wil de beste
producten leveren, terwijl de financiële afdeling kosten wil besparen. Dit
kan botsingen veroorzaken en het lastig maken om een perfecte balans te
vinden.
Het gehele operationele systeem kan dus nooit volledig worden
geautomatiseerd en het gedrag van het systeem moet voortdurend
worden aangepast.
Relaties tussen informatiesystemen:
Informatiesystemen in bedrijven:
Om bedrijfsinformatiesystemen te begrijpen is het
belangrijk om het algemene systeem van bedrijfsprestaties
te beschouwen. Een informatie systeem dient ter