Eindopdracht ZM I en Pt & com: Deel 2 - Individuele
terugblik
1. Zelfreflectie op communicatie en gespreksvoering
Hoe voelde ik me tijdens het gesprek? Was ik zelfverzekerd, onzeker, betrokken,
afstandelijk?
Tijdens het analyseren van de casus met het Oost-Europese meisje en haar moeder, voelde
ik me over het algemeen betrokken en gemotiveerd, omdat ik besefte hoe belangrijk
communicatie is in de zorgsector. Ik had ook momenten dat ik me wat onzeker voelde,
vooral bij het zoeken naar de juiste woorden om de situatie professioneel te benoemen
zonder te oordelen. Toch voelde ik dat mijn inzicht groeide naarmate ik de verschillende
modellen begon toe te passen (zoals Leary, Kolb, Johari, enz.).
Welke communicatietechnieken heb ik bewust ingezet en welke werkte(n) goed?
Tijdens het bespreken of uitschrijven van de situatie heb ik bewust gebruik gemaakt van
reflectieve communicatie, zoals het benoemen van emoties ("De technoloog voelde zich
machteloos"), het parafraseren van gedrag ("Hij reageerde zijn frustratie af op de moeder")
en het zoeken naar verklaringen zonder te veroordelen. Die technieken werkten goed om
afstand te nemen van het oordeel en de situatie objectiever te analyseren.
Hoe reageerde de patiënt of medestudent op mijn manier van communiceren?
Als ik dit soort casussen in groep besprak, merkte ik dat mijn houding rustig en analyserend
was, wat zorgde voor openheid bij anderen. Ik stelde ook verhelderende vragen, zoals:
“Waarom denk je dat de technoloog zo reageerde?” of “Wat had jij in zijn plaats gedaan?” Dit
hielp het gesprek op gang en gaf meer diepgang. Mijn medestudenten reageerden over het
algemeen positief en open op mijn manier van communiceren. Ik merkte dat door rustig te
spreken en ruimte te geven aan anderen, ze zich sneller durfden uitspreken. Ook toen ik
mijn mening gaf, deden ze dat op een respectvolle manier terug. Tijdens het bespreken van
de casus zag ik dat mijn aanpak hielp om het gesprek in goede banen te leiden. Ik
probeerde niemand te onderbreken, en dat zorgde ervoor dat iedereen zich gehoord voelde.
Heb ik actief geluisterd en de juiste vragen gesteld? Geef concrete voorbeelden.
Ja, ik heb actief geluisterd. Ik liet mensen uitpraten, maakte oogcontact en knikte om te
bevestigen dat ik hen volgde. Een voorbeeld van een gerichte vraag die ik stelde was:
“Denk je dat het gedrag van de technoloog ook anders had kunnen zijn als er een collega bij
was geweest?” Dat gaf aanleiding tot een interessante discussie over ondersteuning en
zelfregulatie in een team. Een andere keer vroeg ik: “Wat zou jij doen als je merkt dat je je
terugblik
1. Zelfreflectie op communicatie en gespreksvoering
Hoe voelde ik me tijdens het gesprek? Was ik zelfverzekerd, onzeker, betrokken,
afstandelijk?
Tijdens het analyseren van de casus met het Oost-Europese meisje en haar moeder, voelde
ik me over het algemeen betrokken en gemotiveerd, omdat ik besefte hoe belangrijk
communicatie is in de zorgsector. Ik had ook momenten dat ik me wat onzeker voelde,
vooral bij het zoeken naar de juiste woorden om de situatie professioneel te benoemen
zonder te oordelen. Toch voelde ik dat mijn inzicht groeide naarmate ik de verschillende
modellen begon toe te passen (zoals Leary, Kolb, Johari, enz.).
Welke communicatietechnieken heb ik bewust ingezet en welke werkte(n) goed?
Tijdens het bespreken of uitschrijven van de situatie heb ik bewust gebruik gemaakt van
reflectieve communicatie, zoals het benoemen van emoties ("De technoloog voelde zich
machteloos"), het parafraseren van gedrag ("Hij reageerde zijn frustratie af op de moeder")
en het zoeken naar verklaringen zonder te veroordelen. Die technieken werkten goed om
afstand te nemen van het oordeel en de situatie objectiever te analyseren.
Hoe reageerde de patiënt of medestudent op mijn manier van communiceren?
Als ik dit soort casussen in groep besprak, merkte ik dat mijn houding rustig en analyserend
was, wat zorgde voor openheid bij anderen. Ik stelde ook verhelderende vragen, zoals:
“Waarom denk je dat de technoloog zo reageerde?” of “Wat had jij in zijn plaats gedaan?” Dit
hielp het gesprek op gang en gaf meer diepgang. Mijn medestudenten reageerden over het
algemeen positief en open op mijn manier van communiceren. Ik merkte dat door rustig te
spreken en ruimte te geven aan anderen, ze zich sneller durfden uitspreken. Ook toen ik
mijn mening gaf, deden ze dat op een respectvolle manier terug. Tijdens het bespreken van
de casus zag ik dat mijn aanpak hielp om het gesprek in goede banen te leiden. Ik
probeerde niemand te onderbreken, en dat zorgde ervoor dat iedereen zich gehoord voelde.
Heb ik actief geluisterd en de juiste vragen gesteld? Geef concrete voorbeelden.
Ja, ik heb actief geluisterd. Ik liet mensen uitpraten, maakte oogcontact en knikte om te
bevestigen dat ik hen volgde. Een voorbeeld van een gerichte vraag die ik stelde was:
“Denk je dat het gedrag van de technoloog ook anders had kunnen zijn als er een collega bij
was geweest?” Dat gaf aanleiding tot een interessante discussie over ondersteuning en
zelfregulatie in een team. Een andere keer vroeg ik: “Wat zou jij doen als je merkt dat je je