Blok 5 – week 4 – casus 7 – samenvatting
Flebologische aandoeningen
- Flebologische aandoening: aandoeningen van de aderen, vaak in de
benen
o Veneuze insufficiëntie (chronische veneuze ziekte)
o Lipoedeem
o Lymfoedeem
o Vaatmalformaties
Differentiaal diagnose bij pijn aan het been
- Chronische pijn in een been heeft een aanzienlijk bredere
differentiaaldiagnose dan alleen veneuze afwijkingen, zeker als er geen
sprake is van oedeem
- Lymfoedeem geeft géén chronische pijn in het been
- Aandoeningen die pijn aan het been kunnen geven:
o Perifeer arterieel vaatlijden
o Myotendinogene aandoeningen
o Gewrichtsaandoeningen (artrose, reumatische aandoeningen, jicht)
o Diabetische polyneuropathie
o Neurologische aandoeningen (hernia nuclei pulposi,
wervelkanaalstenose, caudasyndroom)
o Restless legs, nachtelijke kuitkrampen
- De anamnese is uiterst belangrijk om deze aandoeningen uit te sluiten
o Bij oedeem moet ook hartfalen worden overwogen
,Chronisch veneuze ziekte
- Het perifere veneuze systeem is onderdeel van het hartvaatstelsel,
fungeert als bloedreservoir
- Als gevolg van toename van de veneuze druk en belemmering van de
terugstroom van het bloed, kan er veneuze pathologie ontstaan.
Veneuze oorzaken zijn:
1. Incompetentie van de kleppen van de diepe of oppervlakkige venen,
de v. perforantes of de zijtakken
2. Veneuze obstructie (bijv. na een diep veneuze trombose)
3. Combinatie van 1 en 2
- CVZ ontstaat wanneer de afvoer van bloed uit de benen naar het hart
langdurig verstoord is, meestal door slecht functionerende spierpompen
(kuitspierpomp als belangrijkste)
o Dit kan leiden tot veneuze hypertensie, waarbij de veneuze druk
(als gevolg van verhoogde weerstand) langdurig verhoogd is
o Er kan ook sprake zijn van een hartaandoening waardoor
verhoogde veneuze druk kan ontstaan
- Als gevolg van de verhoogde druk zullen er functionele en anatomische
veranderingen plaatsvinden in de microcirculatie
- Dit leidt uiteindelijk tot de kenmerkende huidafwijkingen bij CVS, zoals
varices, oedeem, hypostatisch eczeem, lipodermatosclerose en
atrofie blanche en tot slot een ulcus cruris venosum
- Er wordt gesproken over een chronische veneuze insufficiëntie bij een
CEAP-classificatie van C3 of hoger (dit vertelt iets over de functie van het
veneuze systeem, niet van de venen)
- Risicofactoren: staand beroep, obesitas, baren van meerdere kinderen,
vrouwelijk geslacht, diep veneuze trombose in de voorgeschiedenis,
lengte, leeftijd, erfelijkheid
- Symptomen: zwaar/vermoeid gevoel in de benen, kramp en oedeem aan
het einde van de dag en zeer pijnlijke ulcera in een gebied met
lipodermatosclerose en atrofie blanche
Veneuze klachten
- Vaak aspecifiek en lastig te omschrijven
- Ze verergeren meestal aan het eind van de dag, bij warm weer en na lang
staan of zitten
- Ze verminderen in liggende houding
- Reageren vaak niet op pijnstillers, maar verbeteren bij dragen van
compressietherapie
- Het geeft lichamelijk ongemak en ze kunnen cosmetisch storend zijn, wat
ertoe kan leiden dat patiënten bepaalde kleding of activiteiten vermijden
- Kenmerkend voor CVZ is dat het hoog leggen van het been vaak zorgt dat
de klachten afnemen
Posttrombotisch syndroom
- Bij een posttrombotisch syndroom (vorm van CVZ) kan er bij
inspanning pijn ontstaan in het (boven)been (veneuze claudicatio)
- Vanaf CEAP-classificatie C3, als het oedeem permanent aanwezig is,
spreekt men van chronische veneuze insufficiëntie (CVI), waarbij de
, term ‘insufficiëntie’ iets zegt over de functie van het veneuze systeem en
niet over de venen zelf
Lichamelijk onderzoek
- Bij CVZ kunnen o.a. oedeem, hyperpigmentatie, zijtak varices, ulcus
cruris, corona paraplantaris flectatica, lipodermatosclerose,
hypostatisch eczeem, Besenreiser varices (spataderen) en atrofie
blanche worden gezien
Zijtak varices Hypostatisch eczeem
Hyperpigmentatie Corona paraplantaris flebectatica
Flebologische aandoeningen
- Flebologische aandoening: aandoeningen van de aderen, vaak in de
benen
o Veneuze insufficiëntie (chronische veneuze ziekte)
o Lipoedeem
o Lymfoedeem
o Vaatmalformaties
Differentiaal diagnose bij pijn aan het been
- Chronische pijn in een been heeft een aanzienlijk bredere
differentiaaldiagnose dan alleen veneuze afwijkingen, zeker als er geen
sprake is van oedeem
- Lymfoedeem geeft géén chronische pijn in het been
- Aandoeningen die pijn aan het been kunnen geven:
o Perifeer arterieel vaatlijden
o Myotendinogene aandoeningen
o Gewrichtsaandoeningen (artrose, reumatische aandoeningen, jicht)
o Diabetische polyneuropathie
o Neurologische aandoeningen (hernia nuclei pulposi,
wervelkanaalstenose, caudasyndroom)
o Restless legs, nachtelijke kuitkrampen
- De anamnese is uiterst belangrijk om deze aandoeningen uit te sluiten
o Bij oedeem moet ook hartfalen worden overwogen
,Chronisch veneuze ziekte
- Het perifere veneuze systeem is onderdeel van het hartvaatstelsel,
fungeert als bloedreservoir
- Als gevolg van toename van de veneuze druk en belemmering van de
terugstroom van het bloed, kan er veneuze pathologie ontstaan.
Veneuze oorzaken zijn:
1. Incompetentie van de kleppen van de diepe of oppervlakkige venen,
de v. perforantes of de zijtakken
2. Veneuze obstructie (bijv. na een diep veneuze trombose)
3. Combinatie van 1 en 2
- CVZ ontstaat wanneer de afvoer van bloed uit de benen naar het hart
langdurig verstoord is, meestal door slecht functionerende spierpompen
(kuitspierpomp als belangrijkste)
o Dit kan leiden tot veneuze hypertensie, waarbij de veneuze druk
(als gevolg van verhoogde weerstand) langdurig verhoogd is
o Er kan ook sprake zijn van een hartaandoening waardoor
verhoogde veneuze druk kan ontstaan
- Als gevolg van de verhoogde druk zullen er functionele en anatomische
veranderingen plaatsvinden in de microcirculatie
- Dit leidt uiteindelijk tot de kenmerkende huidafwijkingen bij CVS, zoals
varices, oedeem, hypostatisch eczeem, lipodermatosclerose en
atrofie blanche en tot slot een ulcus cruris venosum
- Er wordt gesproken over een chronische veneuze insufficiëntie bij een
CEAP-classificatie van C3 of hoger (dit vertelt iets over de functie van het
veneuze systeem, niet van de venen)
- Risicofactoren: staand beroep, obesitas, baren van meerdere kinderen,
vrouwelijk geslacht, diep veneuze trombose in de voorgeschiedenis,
lengte, leeftijd, erfelijkheid
- Symptomen: zwaar/vermoeid gevoel in de benen, kramp en oedeem aan
het einde van de dag en zeer pijnlijke ulcera in een gebied met
lipodermatosclerose en atrofie blanche
Veneuze klachten
- Vaak aspecifiek en lastig te omschrijven
- Ze verergeren meestal aan het eind van de dag, bij warm weer en na lang
staan of zitten
- Ze verminderen in liggende houding
- Reageren vaak niet op pijnstillers, maar verbeteren bij dragen van
compressietherapie
- Het geeft lichamelijk ongemak en ze kunnen cosmetisch storend zijn, wat
ertoe kan leiden dat patiënten bepaalde kleding of activiteiten vermijden
- Kenmerkend voor CVZ is dat het hoog leggen van het been vaak zorgt dat
de klachten afnemen
Posttrombotisch syndroom
- Bij een posttrombotisch syndroom (vorm van CVZ) kan er bij
inspanning pijn ontstaan in het (boven)been (veneuze claudicatio)
- Vanaf CEAP-classificatie C3, als het oedeem permanent aanwezig is,
spreekt men van chronische veneuze insufficiëntie (CVI), waarbij de
, term ‘insufficiëntie’ iets zegt over de functie van het veneuze systeem en
niet over de venen zelf
Lichamelijk onderzoek
- Bij CVZ kunnen o.a. oedeem, hyperpigmentatie, zijtak varices, ulcus
cruris, corona paraplantaris flectatica, lipodermatosclerose,
hypostatisch eczeem, Besenreiser varices (spataderen) en atrofie
blanche worden gezien
Zijtak varices Hypostatisch eczeem
Hyperpigmentatie Corona paraplantaris flebectatica