DEEL 1: HET STAATSRECHTELIJK−FINANCIEEL KADER
1.1. BEVOEGDHEIDSVERDELING IN BELGIË
1.1.1. ALGEMENE PRINCIPES
Complexe federale staat (‘sui generis’: uniek)
+ met herkenbare kenmerken
- Centrifugaal: de deelstaten groeien uit elkaar ( ~ falling apart
federalism) ipv. centripetaal: aparte staten die gaan samenwerken
- Bipolaire karakter
= 2 grote polen, Wallonië en Vlaanderen, die telkens tov elkaar staan bij discussies
minder sterk in Spanje (17 deelstaten) of Duitsland
meer deelstaten > stabielere federale staten: vaak andere opponent bij communautaire discussies
- 2 soorten deelstaten: Gemeenschappen & Gewesten (doorkruisen elkaar)
→ ipv gewone regionale deelstaten
Gemeenschappen: persoonlijke bevoegdheden
Gewesten: territoriale aangelegenheden
- Stelselmatige hervormingen
= 6 staatshervormingen, hervorming 1970 met gem & gew heeft grootste impact gehad
- Nevenschikking
= Fed OH is overkoepelend en regeert over heel BE territorium,
maar de beslissingen die deze OH neemt staan niet boven beslissingen van deelstaten
→ wet heeft gelijke kracht als decreet
dus: Federale staat en geen confederale staat
- confederale staat = statenbond van verschillende landen die soeverein zijn
- samenwerking via verdragen rond aantal erg concrete beleidsthema’s (bv. leger, internationaal beleid,..)
- Confederalisme: 2 onafhankelijke staten die beslissen toch iets samen te doen.
- NVA wilt confederalisme: geen samenwerking onafhank staten maar wel doorgedreven vorm van federalism, een confederalisme op
zen sui generis.
1.1.1.1. BEVOEGDHEDEN DEELSTATEN
‣ Exclusieve bevoegdheden, MAAR uitzonderingen hierop:
= bevoegdheden die aan ene niveau zijn toebedeeld kan ander niveau niet uitoefenen (in praktijk complexer)
1. Gedeelde exclusieve bevoegdheden (vb. Werk, Gezondheid, Energie)
= verschillende OH actief op eenzelfde beleidsdomein maar dan exclusief bevoegd voor specifiek deel van domein
- materies verder opgedeeld in diverse aspecten, elke OH exclusief bevoegd voor zo’n aspect
- onderwijs: leerplicht (federaal) en minimumvereisten voor aflevering diploma (gemeenschappen)
- Arbeidsmarkt: werkloosheidsuitkeringen (federaal), arbeidsbemiddeling (gewesten).
- Gezondheidszorg (ziekenhuizen vs. psychiatrische instellingen: deelstaten)
1
, Gedeeld exclusief = materies verder opgedeeld in diverse aspecten. Elke overheid wel exclusief bevoegd voor zo’n aspect! Vb.
onderwijs: leerplicht (federaal) en minimumvereisten voor aflevering diploma (gemeenschappen). Arbeidsmarkt:
werkloosheidsuitkeringen (federaal), arbeidsbemiddeling (gewesten). Gezondheidszorg (ziekenhuizen vs. psychiatrische
instellingen) Ziekenhuizen zijn FO bevoegd, erkenning is vlaamse gemeenschap. (Gedeelde exclusieve bev)
2. Parallelle bevoegdheden
= verschillende OH ieder binnen grondgebied + met eigen middelen en instellingen,
cumulatief naast elkaar in zelfde bevoegdheidsdomein
‐ wetenschappelijk OZ als dat gaat over bevoegdheden die bij dat bestuursniveau liggen
‐ WOZ veiligheid: federaal, WOZ landbouw: deelstaten
Parallel = verschillende overheden ieder binnen grondgebied en met eigen middelen en instellingen, cumulatief naast elkaar in
zelfde bevoegdheidsdomein: bv wetenschappelijk onderzoek over eigen bevoegdheden.
3. Impliciete bevoegdheden (vb. beroep tegen GAS−boete bij rechtbanken)
= bevoegdheden die niet bij bepaalde OH liggen maar die OH wel nodig heeft om haar andere bevoegdheden uit te
oefenen
- o.b.v. gezond verstand + als het slechts marginale impact heeft
- is erg complex!
- Beroep tegen gemeentelijke administratieve sanctie voor politierechter
→ GAS−boete: gemeentelijk, rechtspraak: federale materie
RvS kan vragen te verduidelijken dat dit om een impliciete bevoegdheid gaat
Impliciete = o.b.v. gezond verstand: ook al zijn ze niet bevoegd mogen overheden toch op andere bevoegdheid optreden als dat
noodzakelijk is voor die bevoegdheid en als het slechts marginale impact heeft. Vb. Beroep tegen administratieve sanctie voor
politierechter (rechtspraak is eigenlijk fed materie), RvS kan vragen te verduidelijken dat dit om een impliciete bevoegdheid
gaat.
4. Toegewezen bevoegdheden
= Door of krachtens Grondwet (bv. BWHI, …) toegewezen
- in principe hebben deelstaten enkel toegewezen bevoegdheden, in theorie niet, in praktijk wel
- BWHI: Bijzondere Wet ter Hervorming van de Instellingen
5. Wetgevende bevoegdheid
= decreet−ordonnantie met kracht van wet
- de deelstaten hebben WB: kunnen decreten uitvaardigen (VL) of ordonnanties (BHG)
- ‘met kracht van wet’: niet ondergeschikt aan federale wetten, enkel aan GW (~ nevenschikking)
6. Verticaliteitsbeginsel
= zowel normering (wetgeving, decreetgeving) als uitvoering door de regering of administraties is georganiseerd op
hetzelfde niveau (anders zou federale OH wet kunnen stemmen dat VL OH moet uitvoeren
7. Constitutieve autonomie
= inrichting en werking eigen instellingen zelf te regelen door deelstaten
→ VL parlement zou perfect kunnen beslissen om van 124 leden naar 60 te gaan
overzicht van verdeling bevoegdheden:
2
,Gedeeld exclusief = materies verder opgedeeld in diverse aspecten. Elke overheid wel exclusief bevoegd voor zo’n aspect! Vb.
onderwijs: leerplicht (federaal) en minimumvereisten voor aflevering diploma (gemeenschappen). Arbeidsmarkt:
werkloosheidsuitkeringen (federaal), arbeidsbemiddeling (gewesten). Gezondheidszorg (ziekenhuizen vs. psychiatrische
instellingen)
Parallel = verschillende overheden ieder binnen grondgebied en met eigen middelen en instellingen, cumulatief naast elkaar in
zelfde bevoegdheidsdomein: bv wetenschappelijk onderzoek over eigen bevoegdheden
Impliciete = o.b.v. gezond verstand: ook al zijn ze niet bevoegd mogen overheden toch op andere bevoegdheid optreden als dat
noodzakelijk is voor die bevoegdheid en als het slechts marginale impact heeft. Vb. Beroep tegen administratieve sanctie voor
politierechter (rechtspraak is eigenlijk fed materie), RvS kan vragen te verduidelijken dat dit om een impliciete bevoegdheid
gaat.
Ordonnantie: BHG, rechters kunnen ook toetsen aan GW.
Const auto: inrichting en werking eigen instellingen regelen
Financiering ziekenhuizing= federale overheid (gedeelde exclusieve bevoegdheid)
Erkenning ziekenhuizen= vlaamse gemeenschap (gedeelde exclusieve bevoegdheid)
Wetenschappelijk onderzoek (parralel bevoegdheden)
Zaken waar overheid niet voor bevoegd is maar wel voor kan optreden (bv administratieve rechtscolleges zoals raad van state)
(impliciete bevoegdheden)
3
, 1.1.1.2. BEVOEGDHEDEN FEDERALE OVERHEID
- In principe alle zaken van algemeen belang, niet toebedeeld aan de deelstaten
→ O.a. Justitie, Defensie, Binnenlandse Zaken, Buitenlandse Zaken, Volksgezondheid, Sociale Zekerheid…
→ dus ‘Residuaire bevoegdheden’ MAAR art. 35 Grondwet zegt andersom
= RBH komen toe aan deelstaten, maar artikel gaat pas in als er in bijzondere wet wordt vastgelegd wat de
toegewezen bevoegdheden van de federale OH zijn
nog niet gebeurd, artikel 35 dus nog niet ingegaan: residuaire BH nog op federaal niveau
bij volgende staatshervorming kan dit op tafel worden gelegd om aan te passen
- Bevoegdheidsverdeling wijzigen: bevoegdheid federaal parlement (K én S)
via aanpassing BW:
2/3 meerderheid in Kamer & Senaat (hier nog wel belangrijke rol)
1/2 meerderheid bij elke taalgroep (Franstalige minderheid zou bv. aanpassing kunnen blokkeren)
via aanpassing GW:
bijkomende bijeenroeping van ‘constituante’
= als parlement beslist om GW artikel te veranderen wordt zij van rechtswege ontbonden,
nieuwe verkiezingen: nieuw parlement kan dan via onderstaande voorwaarden het artikel wijzigen
2/3 meerderheid in Kamer & Senaat (hier nog wel belangrijke rol)
1/2 meerderheid bij elke taalgroep (Franstalige minderheid zou bv. aanpassing kunnen blokkeren)
- Art 35/195 goed kennen.
- Art 35: FO enkel bevoegd voor de bevoegdheden die niet omschreven zijn, alles wat niet is toegewezen is naar de deelstaten is
bevoegd voor de FO. wil zeggen dat federale overheid enkel bevoegd is voor de bevoegdheden die niet omschreven zijn MAAR
artikel 35 is NOOIT uitgevoerd, nooit in de praktijk gebracht (zoek nog eens op)
- Art 195 is de grondwetherziening (enkel kan gewijzigd worden als er een groot draagvlak voor is) (ontbinding van de kamer & senaat,
constituante) (pre-constituante, automatische ontbinding van de Kamer & Senaat, constituante)
‣ artikel ‘Kamer keurt lijst met veertigtal grondwetsartikelen goed’
- typisch iets dat op het einde van de legislatuur, voor de verkiezingen, wordt gedaan
- parlement gaat dan ontbonden worden dus niet bij start legislatuur doen
- oa. stemrecht vanaf 16 jaar EU, gecoöpteerde senatoren kunnen worden afgeschaft (niet de Senaat zelf),..
- art 195 GW: bepaalt hoe de grondwet gewijzigd kan worden
→ door dit te openen kan je de hele procedure van de bijeenroeping van de constituanten veranderen
! is juridisch redelijk gecontesteerd
1.1.1.3. VLINDERAKKOORD (2011)
= Zesde Staatshervorming olv Elio Di Rupo
- Verdere overdracht bevoegdheden naar G&G
Kinderbijslag (symbolisch: deel sociale zekerheid waar men tot dan wou afblijven)
Ouderenzorg + delen gezondheidszorg
Tewerkstelling (niet: arbeidsrecht, loonbeleid, uitkeringen): doelgroepenbeleid, activering,…
- € 17 mia extra middelen naar gewesten en gemeenschappen
! zwaartepunt financiering ligt nu bij G&G
! financiering van G&G erg complex, een overzicht:
Gemeenschappen:
= Dotaties vnl. o.b.v. behoeftecriterium (demografische parameters): solidariteit
DG: bv. #studenten die in je stad studeren
mogen geen eigen belastingen heffen: voorkomen subnationaliteit in Brussel
4