Praktijk MSK 3
Lambeets
Les 2: Inspectie, palpatie, scoliosescreening LWZ
Examen: Doe inspectie van de wervelkolom
- Zeggen waar je op moet letten + kunnen vaststellen
- Durven zeggen, als er geen afwijkingen zijn -> een volledig normale inspectie van deze
persoon
- Patiënten met rugklachten vaak een antalgische houding
- Inspectie:
- Schoenen uit, kleren uit, palpeer referentiepunten, niet focussen op details -> het moet
duidelijk zichtbaar zijn
o Achterkant
Afwijking positie schouder
Bekken (hoogte en tilt)
Hoogteverschil links en rechts
Schouderneklijn
Oksellijn
Inferieure rand scapula’s
Curvatuur WK?
C7 mooi boven promontorium
Hypertonie spieren (prevertebraal)
tailledriehoek
o Zijkant
Lordose en kyphose (C7 en midden promontorium moeten mooi boven
elkaar staan) (patient tegen de muur -> hoofd tegen de muur dan geen
hyperkyphose -> hoofd ver van de muur wel hyperkyphose)
Tilt van de bekken (kijken naar de SIAS en SIPS (caudale rand) -> normaal
SIAS 1 à 2 cm onder de SIPS)
o Voorkant
Bevestiging voor achterkant
Scoliosescreening
- Vaak bij meisjes op de puberteit (10-14j)
- Daarom bij CLB screening
- Hoe sneller je erbij bent hoe beter -> proberen corrigeren
- Korset snachts dragen
- S-vormig verloop
- = testbatterij
- 6 items om te evalueren
o Letten op de curvatuur -> rechtlijnig?
o Kijken naar stand hoofd -> recht of scheef?
o Schouderneklijn -> (a)symmetrisch?
o Stand scapula -> (a)symmetrisch?
o Tailledriehoek -> (a)symmetrisch?
o Stand van de bekken -> (a)symmetrisch?
1
, 1 of meerdere positief -> Adams forward bent test uitvoeren
o Handen en voeten tegen elkaar (anders rotatie van de bekken/lichaam) en dan
actieve flexie met gestrekte benen -> bochelvorming links of rechts?
o Scoliometer -> hoe groot is die stand? => cut-off waarde van 5° -> dan scoliose
(klinische info voor cervicaal en thoracaal)
o Meten van de Cobbhoek (tabel p51 cursus) -> raaklijnen wervels lopen evenwijdig bij
normaal en anders zouden de raaklijnen elkaar snijden -> hoek tussen de 2 raaklijnen
is de Cobbhoek => hoe groter de rotatie hoe groter de scoliosehoek
o R = correlatiecoëfficiënt (range: -1 en 1)
1: als variabele a toeneemt dan neemt variabele b met gelijke waarde toe
0,6 = matige correlatie
Boven 0,4 is relevant en eronder is niet relevant
De anamnese gaat bepalen welke testen je moet uitvoeren en welke niet + geef de klacht aandacht
(primair) en vervolgens psychosociaal, laten sturen door de resultaten van de testen die je hebt
uitgevoerd
Palpatie lumbale wervelzuil
- Bepalen tonus paravertebrale spieren (stand/buiklig) -> druk naar beneden en gijden naar
beneden
- Caudale rand SIPS (volgen crista) -> komt overeen met proc spinosi S2
- Proc spinosi: onderkant ribbenboog komt overeen met L2, crista iliaca -> L4/L5
- Opening tss L5 en S1 -> vinger plaatsen en dan anteversie of duw apex sacrum naar caudaal
- Proc transversi -> 2 vingers lateraal van proc spinosi
- Facetgewrichten -> 1 vinger: lateraal van proc. spinosi
Les 3: actief, passief FO LWZ
Actief onderzoek
Fixatie van de lumbale wervelkolom bij flexie
- Hoe dichter de wervels bij elkaar, hoe minder beweging (bv verkorting psoas)
- Vragen naar pijn!
o Kunnen niet stilstaan door pijn
o Gelaatsuitdrukking
o Grijpen naar pijn
- Locatie pijn aspecifiek -> onderrug + bovenbeen
- (rode vlag= pijn onder de knie -> radiculair probleem (n.spinalis -> weten hoe die gevormd is
en waar die ligt -> neurologisch onderzoek)
- Let op compensaties en stand sacrum
Test van Neeri
- Uitlokken radiculair probleem
- Naar voor buigen richting de grond en het hoofd onder de romp laten brengen (hoofdflexie)
Extensie wervelzuil
2
, - Benen gestrekt -> extensie uitvoeren (handen plaatsen bij de rug -> patienten uit
comfortzone -> niets doen patient voelt dat als er iets gebeurd die opgevangen kan worden)
- Vragen naar pijn
- Kijken naar kromming van WK (egaal en geen knik)
- Therapeut zit achter de patiënt
- Kijk naar de curvatuur
Lateroflexie wervelkolom
- Patient moet in frontale vlak blijven
- Verschillen links en rechts?
- Vragen naar pijn (primair)
- Kijken hoe okselplooi staat tov de bilnaad (voorbij= normale bewegelijkheid)
- Kijken naar de curvatuur (segmentaal in alle richtingen: laag- lumbaal, lumbaal, laag-
thoracaal, thoracaal)
- Achter patient gaan staan
Rotatie wervelkolom
- Kijken naar stand schouderlijn tov de grond
- Geeft minder info voor lumbale wervelzuil -> rotatie onderste lidmaat
- Geen rotatie van de bekken -> fixeren
Passief onderzoek
Flexie lumbale wervelzuil
- Zijlig patient op de tafel
- Kijken naar het hoofd met kussen eronder
- Leg patient neutraal in een rechte lijn
- Knieën buigen
- Knieën patiënt tussen de benen van de therapeut (tafel laag genoeg)
- T12 fixeren (erboven mag niet bewegen/flecteren)
- Proc spinosi naar ventraal en caudaal (druk op T12 naar craniaal en dorsaal -> haken achter
proc spinosi bv met duimmuis)
- Mobilisatietechniek
Extensie lumbale wervelzuil
- Patiënt buiklig met hoofd in gat
- Voetrol onder de enkels
- Therapeut benen optillen en fixeren van SIPS
- Ventrocaudale richting druk geven thv T10
- Te zwaar: doe 1 been !! (wel axiale rotatie erbij: uitleggen hoe rotatie is van ene wervel thv
andere wervel ZIE FUNCTIONELE ANATOMIE WK)
3
Lambeets
Les 2: Inspectie, palpatie, scoliosescreening LWZ
Examen: Doe inspectie van de wervelkolom
- Zeggen waar je op moet letten + kunnen vaststellen
- Durven zeggen, als er geen afwijkingen zijn -> een volledig normale inspectie van deze
persoon
- Patiënten met rugklachten vaak een antalgische houding
- Inspectie:
- Schoenen uit, kleren uit, palpeer referentiepunten, niet focussen op details -> het moet
duidelijk zichtbaar zijn
o Achterkant
Afwijking positie schouder
Bekken (hoogte en tilt)
Hoogteverschil links en rechts
Schouderneklijn
Oksellijn
Inferieure rand scapula’s
Curvatuur WK?
C7 mooi boven promontorium
Hypertonie spieren (prevertebraal)
tailledriehoek
o Zijkant
Lordose en kyphose (C7 en midden promontorium moeten mooi boven
elkaar staan) (patient tegen de muur -> hoofd tegen de muur dan geen
hyperkyphose -> hoofd ver van de muur wel hyperkyphose)
Tilt van de bekken (kijken naar de SIAS en SIPS (caudale rand) -> normaal
SIAS 1 à 2 cm onder de SIPS)
o Voorkant
Bevestiging voor achterkant
Scoliosescreening
- Vaak bij meisjes op de puberteit (10-14j)
- Daarom bij CLB screening
- Hoe sneller je erbij bent hoe beter -> proberen corrigeren
- Korset snachts dragen
- S-vormig verloop
- = testbatterij
- 6 items om te evalueren
o Letten op de curvatuur -> rechtlijnig?
o Kijken naar stand hoofd -> recht of scheef?
o Schouderneklijn -> (a)symmetrisch?
o Stand scapula -> (a)symmetrisch?
o Tailledriehoek -> (a)symmetrisch?
o Stand van de bekken -> (a)symmetrisch?
1
, 1 of meerdere positief -> Adams forward bent test uitvoeren
o Handen en voeten tegen elkaar (anders rotatie van de bekken/lichaam) en dan
actieve flexie met gestrekte benen -> bochelvorming links of rechts?
o Scoliometer -> hoe groot is die stand? => cut-off waarde van 5° -> dan scoliose
(klinische info voor cervicaal en thoracaal)
o Meten van de Cobbhoek (tabel p51 cursus) -> raaklijnen wervels lopen evenwijdig bij
normaal en anders zouden de raaklijnen elkaar snijden -> hoek tussen de 2 raaklijnen
is de Cobbhoek => hoe groter de rotatie hoe groter de scoliosehoek
o R = correlatiecoëfficiënt (range: -1 en 1)
1: als variabele a toeneemt dan neemt variabele b met gelijke waarde toe
0,6 = matige correlatie
Boven 0,4 is relevant en eronder is niet relevant
De anamnese gaat bepalen welke testen je moet uitvoeren en welke niet + geef de klacht aandacht
(primair) en vervolgens psychosociaal, laten sturen door de resultaten van de testen die je hebt
uitgevoerd
Palpatie lumbale wervelzuil
- Bepalen tonus paravertebrale spieren (stand/buiklig) -> druk naar beneden en gijden naar
beneden
- Caudale rand SIPS (volgen crista) -> komt overeen met proc spinosi S2
- Proc spinosi: onderkant ribbenboog komt overeen met L2, crista iliaca -> L4/L5
- Opening tss L5 en S1 -> vinger plaatsen en dan anteversie of duw apex sacrum naar caudaal
- Proc transversi -> 2 vingers lateraal van proc spinosi
- Facetgewrichten -> 1 vinger: lateraal van proc. spinosi
Les 3: actief, passief FO LWZ
Actief onderzoek
Fixatie van de lumbale wervelkolom bij flexie
- Hoe dichter de wervels bij elkaar, hoe minder beweging (bv verkorting psoas)
- Vragen naar pijn!
o Kunnen niet stilstaan door pijn
o Gelaatsuitdrukking
o Grijpen naar pijn
- Locatie pijn aspecifiek -> onderrug + bovenbeen
- (rode vlag= pijn onder de knie -> radiculair probleem (n.spinalis -> weten hoe die gevormd is
en waar die ligt -> neurologisch onderzoek)
- Let op compensaties en stand sacrum
Test van Neeri
- Uitlokken radiculair probleem
- Naar voor buigen richting de grond en het hoofd onder de romp laten brengen (hoofdflexie)
Extensie wervelzuil
2
, - Benen gestrekt -> extensie uitvoeren (handen plaatsen bij de rug -> patienten uit
comfortzone -> niets doen patient voelt dat als er iets gebeurd die opgevangen kan worden)
- Vragen naar pijn
- Kijken naar kromming van WK (egaal en geen knik)
- Therapeut zit achter de patiënt
- Kijk naar de curvatuur
Lateroflexie wervelkolom
- Patient moet in frontale vlak blijven
- Verschillen links en rechts?
- Vragen naar pijn (primair)
- Kijken hoe okselplooi staat tov de bilnaad (voorbij= normale bewegelijkheid)
- Kijken naar de curvatuur (segmentaal in alle richtingen: laag- lumbaal, lumbaal, laag-
thoracaal, thoracaal)
- Achter patient gaan staan
Rotatie wervelkolom
- Kijken naar stand schouderlijn tov de grond
- Geeft minder info voor lumbale wervelzuil -> rotatie onderste lidmaat
- Geen rotatie van de bekken -> fixeren
Passief onderzoek
Flexie lumbale wervelzuil
- Zijlig patient op de tafel
- Kijken naar het hoofd met kussen eronder
- Leg patient neutraal in een rechte lijn
- Knieën buigen
- Knieën patiënt tussen de benen van de therapeut (tafel laag genoeg)
- T12 fixeren (erboven mag niet bewegen/flecteren)
- Proc spinosi naar ventraal en caudaal (druk op T12 naar craniaal en dorsaal -> haken achter
proc spinosi bv met duimmuis)
- Mobilisatietechniek
Extensie lumbale wervelzuil
- Patiënt buiklig met hoofd in gat
- Voetrol onder de enkels
- Therapeut benen optillen en fixeren van SIPS
- Ventrocaudale richting druk geven thv T10
- Te zwaar: doe 1 been !! (wel axiale rotatie erbij: uitleggen hoe rotatie is van ene wervel thv
andere wervel ZIE FUNCTIONELE ANATOMIE WK)
3