Week 1
Het recht heeft meerdere functies; normatief, geschil oplossen, additioneel en instrumenteel.
Normatief: het recht stelt normen, het legt vast wat wel en wat niet mag.
Geschil oplossen: ruzies oplossen
Additionele functie: aanvullend voor alles wat niet is afgesproken. Bijv. als er geen prijs is
afgesproken bij een koop moet de koper een redelijke prijs betalen.
Instrumentele functie: ordering aanbrengen
Er is een viertal rechtsbronnen te vinden; de wet, jurisprudentie (eerdere uitspraken), internationale
verdragen (bijv. EU) en gewoonte.
Privaatrecht gaat over de relatie tussen burgers. Dit privaatrecht kan gaan over het personen- en
familierecht, vermogensrecht, ondernemingsrecht en burgerlijk procesrecht.
Publiekrecht gaat over de relatie tussen burger en de overheid. Dit publiekrecht kan gaan over een
strafrecht, staatsrecht of bestuursrecht.
Denk bij strafrecht aan wet op wapens etc.
Denk bij staatsrecht aan de grondwet
Denk bij bestuursrecht aan drank en horeca wet, wet milieubeheer etc.
Bij publiekrecht is het mogelijk dat er ook te maken is met privaatrecht. Bijv. in een
mishandelingszaak vordert het slachtoffer een schadevergoeding bij de verdachte in het strafproces.
Ook bij privaatrecht kan de overheid aan bod komen. Bijv. een gemeente koopt bureaustoelen bij een
winkel.
Wetten hebben rangorders:
Een uitspraak van de rechtbank noem je een vonnis. Een uitspraak van het hof en de hoge raad noem
je een arrest.
Het dwingend recht: recht waarvan burgers niet mogen afwijken. Deze zijn te herkennen door de
woorden ‘moeten’, ‘afwijking is nietig’ en ‘inhoud van dit artikel raakt de openbare orde’.
Het aanvullend recht: hier kan altijd van worden afgeweken, het vult aan wat partijen zelf niet
geregeld hebben. Bijv. je moet tegelijk met de levering betalen.
, Als je een rechtszaak wil beginnen ga je eerst naar de kantonrechter, hier heb je geen advocaat nodig.
Komt die er niet uit dan wordt je doorgestuurd naar de rechtbank en als je er dan nog niet uit komt
kan je in hoger beroep gaan en ga je naar de hoge raad. In de laatste twee gevallen ben je verplicht
een advocaat te hebben.
Aan de hand van 3 factoren word bepaald aan welke rechter de rechtszaak wordt voorgelegd, deze
factoren zijn:
Absolute competentie, kantonrechter of rechtbank?
Sectorcompetentie, gaat het bijv. om civiel, straf, bestuur of belasting etc.
Relatieve competentie, in welke plaats moet je zijn? Bijv. Rotterdam of Groningen
Bij de kantonrechter moet je zijn voor zaken:
M.b.t. een vordering tot €25.000, of voor vordering met onbepaalde waarde waarvan
duidelijk is dat deze niet boven de €25.000 zal zijn.
Arbeidszaken
Consumentenkredieten
Huurovereenkomsten en huurkoopovereenkomsten
Agentuurovereenkomst (contract tussen ondernemer of producent (principaal) van
producten en een agent (handelsagent). Deze agent zoekt klanten voor de principaal maar is
niet in dienst van hem/haar)
Overig zoals pachtzaken
Sectorcompetentie, gaat het bijv. om civiel, straf, bestuur of belasting etc.
Relatieve competentie, in welke plaats moet je zijn? Bijv. Rotterdam of Groningen
Als er niks is afgesproken is bevoegd de rechter van de woonplaats van de gedaagde