Het bbp van België bedraagt op jaarbasis ruim:
- 500 miljard
- 500 biljoen
- 500 000 000
- 500 000 000 000
Welke van de onderstaande gegevens uit de jaarrekening van in België opererende tak van G4S
(onderneming in veiligheid) worden meegeteld bij de berekening van het Belgische bbp?
- de lonen betaald aan de medewerkers
- de waarde van de in Duitsland aangekochte brandblusapparaten
- de waarde van de verbruikte elektriciteit (die in België werd geproduceerd)
- de winst van de Belgische tak die uitgekeerd wordt aan de Britse eigenaars van het bedrijf
Twee of meer landen economisch vergelijken over twee of meer jaren kan gebeuren met vele
parameters. Zet de onderstaande parameters in volgorde van nauwkeurigheid: zet het cijfer 1 bij de
beste bovenaan, het cijfer 2 bij de tweede beste, enz.
1. reëel bbp per capita in koopkrachtpariteit
2. reëel bbp per capita
3. reëel bbp
4. nominaal bbp
Het reëel bbp of bnp per capita in koopkrachtpariteit is niet de perfecte welvaartsindicator, onder
andere omdat:
- die niets zegt over de koopkracht van de bevolking
- die niet alles zegt over het zwarte economische circuit in een land
- die niets zegt over de verdeling van het inkomen over de bevolking
- die niets zegt over de zelfvoorziening van de gezinnen (eigen kippen, eigen moestuin, ...)
Over het verschil tussen het bnp en het bbp: wat is correct?
- Het loon van een Belgische ingezeten die in Rijsel (Frankrijk) werkt telt mee voor het
Belgische bnp maar telt niet mee voor het Belgische bbp.
- De winst die een Belgische multinational maakt in haar vestiging in Duitsland telt mee voor
het Belgische bnp maar telt niet mee voor het Belgische bbp.
- De winst die een Amerikaanse multinational maakt in haar vestiging in België telt mee voor
het Belgische bbp maar telt niet mee voor het Belgische bnp.
- De lonen die door een Belgische multinational betaald worden aan Belgische
projectingenieurs die werken aan een groot project in Dubai, en daar maanden verblijven om
dan terug te keren naar huis, tellen mee voor het Belgische bnp maar tellen niet mee voor
het Belgische bbp.
1
,Proeftoets hoofdstuk 4-5-6
Bekijk de bijhorende grafiek. Waar op deze grafiek kun je aflezen hoeveel van het betreffende goed
zal gevraagd worden indien de prijs stijgt van P1 naar P2? Klik met punt van de muis op de juiste
plaats op de grafiek.
de totale (of 'aggregatieve') vraagcurve van iPhones in België is:
- De horizontale optelling van honderdduizenden individuele vraagcurves naar iPhones .
- een stijgende curve
- Een curve waarop je kunt aflezen hoeveel iPhones er in België verkocht zijn gedurende een
bepaald jaar.
- Een curve waarop je kunt aflezen hoeveel iPhones er in België zouden verkocht worden bij
verschillende alternatieve prijzen.
Op de vraagcurve van benzine kunnen we zien dat bij een gestegen benzineprijs de vraag - ceteris
paribus - zal dalen. In de praktijk komt dit door verschillende reacties van verschillende mensen.
Hieronder staan 4 mogelijk reacties van mensen op zo'n prijsstijging. Welke van die reacties verklaar
mee die algemene vraagdaling? (gewoon redeneren met gezond verstand)
- sommige mensen zullen door de prijsstijging met de fiets naar het werk gaan in plaats van
met de auto
- sommige mensen zullen door de prijsstijging nog steeds met de auto naar het werk gaan,
maar zullen hun auto in het geheel (bijv. in het weekend) minder gebruiken
- sommige mensen zullen evenveel kilometers zullen blijven rijden, maar zullen hun rijgedrag
aanpassen (= kalmer rijden, minder optrekken) zodat ze minder benzine verbruiken
verbruiken
- sommige mensen liggen daar helemaal niet van wakker, en zullen hun gedrag op geen enkele
wijze aanpassen
Welke van de volgende gebeurtenissen doen - ceteris paribus - de totale vraagcurve van
smartphones naar RECHTS verschuiven?
- een prijsdaling van smartphones
- een prijsstijging van smartphones
- een stijging van het consumentenvertrouwen: de mensen zien de economische nabije
toekomst rooskleurig in; ze verwachten niet dat hun job op de tocht staat, ze denken er dat
loonsverhogingen aankomen, ...
- een forse stijging van de prijs van smartphone-apps en een vermindering van het aantal
gratis apps
2
, De prijselasticiteit van de vraag naar muziekfestivaltickets is:
- lager voor dertigers met een inkomen dan voor studenten
- hoger voor dertigers met een inkomen dan voor studenten
- lager naarmate er meer gelijkaardige festivals worden georganiseerd
- hoger naarmate er meer gelijkaardige festivals worden georganiseerd
WAAR of NIET WAAR: Als de prijselasticiteit van de vraag naar pakjes sigaretten -0,78 bedraagt, en de
overheid verhoogt via accijnzen de prijs van een pakje met 10 procent, dan zal de vraag naar
sigaretten met minder dan 10% dalen.
- Waar
- Onwaar
Gegeven: Om de CO2-uitstoot in een stad te verminderen, wil men (o.a.) het openbaar vervoer
stimuleren door(o.a.) de prijs ervan te verlagen. De prijselasticiteit van de vraag naar stadsvervoer is
- 0,3.
Gevraagd: Om de CO2-uitstoot in een stad te verminderen, wil men (o.a.) het openbaar vervoer
stimuleren door(o.a.) de prijs ervan te verlagen. De prijselasticiteit van de vraag naar stadsvervoer is
- 0,3.
- Waar
- Niet waar
Wat is correct?
- De totale aanbodcurve van een goed kent een dalend verloop
- De totale aanbodcurve van een goed kan grafisch voorgesteld worden als de horizontale
optelling van alle individuele aanbodcurves van dat goed.
- Door de lagere marktprijs van meubelstoffen worden sommige textielfabrieken in
Vlaanderen gedwongen te sluiten, en zijn er andere die hun productie verminderen (en
eventueel overschakelen naar andere textielproducten), waardoor het totaal aanbod in
Vlaanderen van meubelstoffen afgenomen is.
- Als een producent van een goed failliet gaan, zal logischer wijze de totale aanbodcurve van
dat goed naar links opschuiven.
Welke van de onderstaande situaties doet - ceteris paribus - de aanbodcurve van tarwebrood naar
RECHTS verschuiven? (opmerking: sommige bakkers bakken in een houtoven, maar de meeste
bakkers gebruiken electrische ovens)
- De lonen van bakkersknechten stijgen.
- Er is een nieuw type ovens op de markt, waarmee meer broden gebakken kunnen worden
met minder electriciteit. De ovens gaan als zoete broodjes over de toonbank van de
speciaalzaken.
- De marktprijs van tarwebrood daalt.
- De marktprijs van tarwe stijgt.
Wat is juist? (telkens ceteris paribus)
- Op de vraagcurve van een goed kun je aflezen hoeveel er van dat goed gevraagd zal
worden op de markt.
3