Thema 3
Hoe gebeurt
de Biologie
coördinatie
van reactie op
prikkels bij
dieren?
Een organisme beschikt regelsystemen om veranderingen op te vangen
en het lichaam optimaal te laten werken.
Prikkels kun je opvangen met receptoren.
Het zenuwstelsel of hormonale stelsel zijn de conductoren.
zij geleiden de informatie naar de effectoren, die de reactie uitvoeren.
Hoofdstuk 1: Hoe regelt het zenuwstelsel de reacties op prikkels?
1. Welke cellen geven informatie door in je lichaam.
1. Informatie over de prikkel wordt naar de hersenen gebracht.
2. Die informatie wordt in de hersenen verwerkt: hoe ligt de bal in de hand?
3. De hersenen beslissen waar de bal naartoe gegooid wordt.
4. Er wordt een signaal/ informatie naar de (juiste) spieren gestuurd.
, Het zenuwstelsel zorgt voor informatieoverdracht/ informatieverwerking.
Informatieoverdracht = geleiding van informatie
Zenuwcellen of neuronen brengen de informatie van receptoren naar
verwerkingscentra in de hersenen en ruggenmerg.
Informatieverwerking is beoordelen van informatie en het bepalen van een
antwoord op de prikkel.
De samenwerking van effectoren worden op elkaar afgestemd = coördinatie.
Aan een neuron kunnen we verschillende delen onderscheiden.
Dendrieten Korte, sterk vertakte uitlopers die
informatie naar het cellichaam
geleiden.
Een neuron kan veel dendrieten
hebben.
Cellichaam Bevat de kern en andere
celonderdelen.
Axon Is een langere uitloper die aan het
uiteinde vertakt is, en brengt
informatie naar andere cellen.
Het axon kan omgeven zijn met
myeline, dat ter hoogte van de
insnoeringen van Ranvier
onderbroken is.
2. Hoe gebeurt de geleiding van informatie in een zenuwcel.
2.1 Het ontstaan en geleiding van een impuls.
Een neuron kan pas informatie doorgeven wanneer toekomende informatie
een grote verandering veroorzaakt.
De toekomende informatie verstoort de rusttoestand in het neuron.
Er ontstaat een signaal = impuls
Die impuls plant zich voort doorheen het axon = impulsgeleiding
Dat proces onderscheid je in drie fasen:
Rustfase
Actiefase
Herstelfase
De rustfase:
= neuron zonder impuls
, Bij een neuron veroorzaakt het verschil in lading tussen de binnenzijde en
buitenzijde een elektrische spanning over het celmembraan die spanning noemen
we het membraanpotentiaal.
Membraanpotentiaal in rust = -70 millivolt en wordt rustpotentiaal genoemd.
Rustpotentiaal ontstaat door de ongelijke verdeling ionen.
Het actiepotentiaal:
Een signaal = rustpotentiaal verstoord ladingsverschil verandert en dat noemen
Hoe gebeurt
de Biologie
coördinatie
van reactie op
prikkels bij
dieren?
Een organisme beschikt regelsystemen om veranderingen op te vangen
en het lichaam optimaal te laten werken.
Prikkels kun je opvangen met receptoren.
Het zenuwstelsel of hormonale stelsel zijn de conductoren.
zij geleiden de informatie naar de effectoren, die de reactie uitvoeren.
Hoofdstuk 1: Hoe regelt het zenuwstelsel de reacties op prikkels?
1. Welke cellen geven informatie door in je lichaam.
1. Informatie over de prikkel wordt naar de hersenen gebracht.
2. Die informatie wordt in de hersenen verwerkt: hoe ligt de bal in de hand?
3. De hersenen beslissen waar de bal naartoe gegooid wordt.
4. Er wordt een signaal/ informatie naar de (juiste) spieren gestuurd.
, Het zenuwstelsel zorgt voor informatieoverdracht/ informatieverwerking.
Informatieoverdracht = geleiding van informatie
Zenuwcellen of neuronen brengen de informatie van receptoren naar
verwerkingscentra in de hersenen en ruggenmerg.
Informatieverwerking is beoordelen van informatie en het bepalen van een
antwoord op de prikkel.
De samenwerking van effectoren worden op elkaar afgestemd = coördinatie.
Aan een neuron kunnen we verschillende delen onderscheiden.
Dendrieten Korte, sterk vertakte uitlopers die
informatie naar het cellichaam
geleiden.
Een neuron kan veel dendrieten
hebben.
Cellichaam Bevat de kern en andere
celonderdelen.
Axon Is een langere uitloper die aan het
uiteinde vertakt is, en brengt
informatie naar andere cellen.
Het axon kan omgeven zijn met
myeline, dat ter hoogte van de
insnoeringen van Ranvier
onderbroken is.
2. Hoe gebeurt de geleiding van informatie in een zenuwcel.
2.1 Het ontstaan en geleiding van een impuls.
Een neuron kan pas informatie doorgeven wanneer toekomende informatie
een grote verandering veroorzaakt.
De toekomende informatie verstoort de rusttoestand in het neuron.
Er ontstaat een signaal = impuls
Die impuls plant zich voort doorheen het axon = impulsgeleiding
Dat proces onderscheid je in drie fasen:
Rustfase
Actiefase
Herstelfase
De rustfase:
= neuron zonder impuls
, Bij een neuron veroorzaakt het verschil in lading tussen de binnenzijde en
buitenzijde een elektrische spanning over het celmembraan die spanning noemen
we het membraanpotentiaal.
Membraanpotentiaal in rust = -70 millivolt en wordt rustpotentiaal genoemd.
Rustpotentiaal ontstaat door de ongelijke verdeling ionen.
Het actiepotentiaal:
Een signaal = rustpotentiaal verstoord ladingsverschil verandert en dat noemen