Inhoud
Hoofdstuk 1: Ontwikkeling van het cardiovasculaire stelsel ................................................................... 2
1.3 De vorming van het hart en de grote bloedvaten ......................................................................... 2
1.3.1 Inleiding .................................................................................................................................. 2
1
, Hoofdstuk 1: Ontwikkeling van het cardiovasculaire stelsel
1.3 De vorming van het hart en de grote bloedvaten
1.3.1 Inleiding
Circulatorische stelsel = vroegst func onerende orgaanstelsel v/h lichaam (want verdeling
voedingstoffen via diffusie wordt ontoereikend doordat embryo zekere omvang krijgt)
Vanaf dag 23: embryonale hart (dan nog in vorm van endocardbuis) begint te contraheren
Aan einde 3de week: reeks bloedvaten worden gevormd in extra-embryonale mesoderm
tegen dooierzak en in de hechsteel
o Enkele dagen later: ook in intra-embryonale mesoderm worden bloedvaten gevormd
Vorming gebeurt via angioblasten, gegroepeerd in bloedeilandjes
Centraal gelegen cellen van deze eilandjes differen ëren tot
bloedcellen
Aan periferie: endotheelcellen uit angioblasten
fusie van differen ërende bloedeilandjes netwerk van vaten (vasculogenese)
(extra-en intra-embryonaal; die met elkaar in verbinding komen)
In 2de fase: uit wand van vaten ontwikkelen nieuwe takjes (angiogenese)
VORMING V/H HART
Ontwikkeling hart begint eveneens aan einde 3de week (ongeveer op dag 20, zoals somieten)
o In cardiogene mesoderm (dat in vorm van hoefijzer aan voorzijde , lateraal + craniaal
van neurale plaat ligt) ontstaat beiderzijds:
Een endocardbuis
Cilinder met wand uit endotheel
De 2 versmelten gedeeltelijk op middellijn, na vorming laterale
begrenzende plooien
mediane, onpare hartbuis wordt gevormd
- Omgeven door intra-embryonale coeloom
- Dorsale mesocard slecht jdelijk
- Ventraal mesocard w niet aangelegd
hartbuis hangt vrij in intra-embryonale coeloom, waaruit pericard
zal ontstaan (= meest craniale deel v intra-embryonale coeloom)
2
Hoofdstuk 1: Ontwikkeling van het cardiovasculaire stelsel ................................................................... 2
1.3 De vorming van het hart en de grote bloedvaten ......................................................................... 2
1.3.1 Inleiding .................................................................................................................................. 2
1
, Hoofdstuk 1: Ontwikkeling van het cardiovasculaire stelsel
1.3 De vorming van het hart en de grote bloedvaten
1.3.1 Inleiding
Circulatorische stelsel = vroegst func onerende orgaanstelsel v/h lichaam (want verdeling
voedingstoffen via diffusie wordt ontoereikend doordat embryo zekere omvang krijgt)
Vanaf dag 23: embryonale hart (dan nog in vorm van endocardbuis) begint te contraheren
Aan einde 3de week: reeks bloedvaten worden gevormd in extra-embryonale mesoderm
tegen dooierzak en in de hechsteel
o Enkele dagen later: ook in intra-embryonale mesoderm worden bloedvaten gevormd
Vorming gebeurt via angioblasten, gegroepeerd in bloedeilandjes
Centraal gelegen cellen van deze eilandjes differen ëren tot
bloedcellen
Aan periferie: endotheelcellen uit angioblasten
fusie van differen ërende bloedeilandjes netwerk van vaten (vasculogenese)
(extra-en intra-embryonaal; die met elkaar in verbinding komen)
In 2de fase: uit wand van vaten ontwikkelen nieuwe takjes (angiogenese)
VORMING V/H HART
Ontwikkeling hart begint eveneens aan einde 3de week (ongeveer op dag 20, zoals somieten)
o In cardiogene mesoderm (dat in vorm van hoefijzer aan voorzijde , lateraal + craniaal
van neurale plaat ligt) ontstaat beiderzijds:
Een endocardbuis
Cilinder met wand uit endotheel
De 2 versmelten gedeeltelijk op middellijn, na vorming laterale
begrenzende plooien
mediane, onpare hartbuis wordt gevormd
- Omgeven door intra-embryonale coeloom
- Dorsale mesocard slecht jdelijk
- Ventraal mesocard w niet aangelegd
hartbuis hangt vrij in intra-embryonale coeloom, waaruit pericard
zal ontstaan (= meest craniale deel v intra-embryonale coeloom)
2