1 seminarie volgen - verbonden aan opdracht (zie toledo)
per les 1 discour schema -> mag je gebruiken op open boek examen (A3, getypt)
H1: In welke stijl bouwen we?
➔ 3 omwentelingen in de 19de eeuw
1. politieke revolutie
opkomst van de liberale burgerij (handelaars,...) bestaan al lang maar
beginnen nu voor het eerst ook met de politiek
2. industriële evolutie
machines, fabrieken en massaproductie maken hun intrede
3. Sociale dimensie
veel boeren/landarbeiders komen naar de stad om werk te zoeken ->
ontstaan nieuwe klasse: de arbeiders (plattelandsvlucht)
=> gevolg: enorme uitbreiding van de steden, arbeiderswoningen/beluiken
4. Socio-culturele evolutie
context: de verlichting, opkomst van de wetenschap itt het geloof
verlichting verandert de maatschappij tot in de kern, religie begint een vraag
te worden, er komt godsdienstvrijheid
=> er komt een vereningschapping van de wereld (er zijn echte verklaringen,
godsdienst is niet meer nodig)
=> norm veranderd
!! De evolutie ging zeer snel !!
-> roept twee tegenstrijdige gevoelens op (metafoor) => gebeurt heel vaak
1. wauw gevoel (fascinatie en optimisme): verstelt van wat de mens allemaal kan, de
wereld evolueert / gaat erop vooruit=> bv. Wereldtentoonstellingen
2. Angst/nostalgie: verandering is zo snel, is dat wel slim? Kunnen we wel mee?
=> Vinden we terug in burgerlijk interieur
=> Interieur van de bourgeoisie haalde het verleden naar binnen als een soort
verzameling. Ze creëerden een eigen wereld en zijn vervreemd met de realiteit.
=> Doel: een veilige plek in een snel veranderende wereld
,ARCHITECTUUR IN CONTEXT B 25/09/2024
Wereldtentoonstellingen Londen en Parijs 19de eeuw
- toont “wij zijn machtiger dan jullie”, toont vooruitgang
- amusement voor de rijkere klassen
- je kan dingen zien van over heel de wereld en over de kolonies: er ontstaat
een interesse voor het internationale / het exotische (+)
- viering van de beschaving en menselijk vernuft
- Concurrentie tussen industriële naties
- Publiek wordt als het ware voor even een wereldreiziger
- Parijs: toont de machinale kant van het Franse rijk
Het burgerlijk interieur
- veilige haven in de snel veranderende wereld, het burgerlijk interieur voelt vertrouwd,
privaat en nostalgisch. Komt vaak over als een soort museum van het verleden
- beschermende en representatieve cocon voor het individu
Nieuwe condities = nieuwe opdrachtgevers en programma’s
- industrie en transport
- toerisme
- ontstaan hotels, want mensen zijn meer mobiel (vooral naast station)
- opkomst gecentraliseerde natiestaat
- breiden nationaliteitsgevoel uit, ze zijn samen als een natie ipv verschillende
groepen
- burgerlijke cultuur en consumptie
- Er worden warenhuizen gebouwd, theaters, opera’s, ..
- hygiëne en discipline
- ontstaan ziekenhuizen, steeds sterker nadruk op hygiëne
-> komt door opkomst van de wetenschap (de verlichting)
- opkomst van de scholen
- bouwtechnische evoluties en nieuwe materialen
- vlak glas, beton,..
=> veel nieuwe dingen, geen referentie van hoe ze moeten bouwen met deze nieuwe
gegevens
=> Algemene vraag: IN WELKE STIJL GAAN WE BOUWEN?
,ARCHITECTUUR IN CONTEXT B 25/09/2024
Nieuwe condities: welke architectuur?
- Boek Heinrich Hübsch (In welchem style sollen wir bauen?)
- verschillende houdingen in de 19de eeuw (historicisme, eclecticisme, exotisme,
arts&crafts en modernisme)
- dominantie door Ecole des Beaux-Arts (eind 19de eeuw)
Beaux-Arts traditie
- benaderd arch als een iets kunsthistorisch en archeologisch
- oude griekenland en antieke bouwkunst vormen inspiratie
➔ ontwerp = academische oefening
- monumentale ontwerpen (individuelen woningen zijn niet echt een ding,
vooral publieke gebouwen)
- aandacht voor compositie (bv veel symmetrie, verhoudingen, positionering)
- reproduceren van het verleden want “dat werkt” (bv overnemen van details)
- prix de rome : reis naar rome om meer te leren over de oude gebouwen, de
oude verhoudingen
vb exhibition hall in the museum of studies
➔ bekendste voorbeeld beaux-arts => Charles
Garnier, Opera van Parijs
- in elke beaux arts plan is de omvang van
de ruimte equivalent aan de belangrijkheid
van de ruimte (hoe groter, hoe belangrijker
- centrum = waar publiek zit, helemaal centraal want kruising van de twee
hoofdassen
- trappenhal, vaak heel impressionant => toonde rijkdom/prestige
- 2 assen, vrij symmetrisch gebouw - as loopt ongeveer gelijk met circulatie
- hoofdlijn + nevenlijn
- ingang bovenaan = ingang keizer, heel rijkelijk versierd
, ARCHITECTUUR IN CONTEXT B 25/09/2024
- ook heel functioneel!!
- operazaal hebben een enorme buffer
- kleine ruimtes rond zaal die bv geluid filteren want zaal is op die
manier meer afgescheiden van de straat
=> niet alleen esthetisch maar ook functioneel
McKim, Mead and White, Penn Station, NY
- klassiek gebouw met trein als innovatief
element
- lijkt op termen uit het oude rome
- opnieuw: hoe groter de ruimte, hoe
belangrijker die is
Historicisme in België= de neo-gotiek
- nostalgie naar de middeleeuwen
- ideologisch programma
1. Vlaamse identiteit
- België is een staat maar, geen natiestaat (bestaat uit ned en frans
deel: ned wordt onderdrukt door de fransen)
- willen teruggrijpen naar de tijd waarin vlaanderen een identiteit had
2. Katholieke waarden
- aandacht voor de katholieke waarden (vlaams en katholiek gaan hand
in hand) (tegenstander van de protestanten)
- grote bloei in vlaanderen
- bv sint-lucas scholen : scholen opgericht om neo-gotiek te verankeren
- willen vlaamse id uitdragen via architectuur
- sint-lukas komt voort uit een katholiek traditie, vandaar onderdeel van
KATHOLIEKE universiteit leuven en niet van bv de Ugent
- vaak terug te vinden bv in Brugge
Eclecticisme
- encyclopedische houding tov het verleden
- Vandaag = combinatie van het verleden
Nu = meest ontwikkelde ooit van alle tijden
- Focus niet op reproductie zoals beaux arts maar op de vindingrijkheid
- Hoe kan je allerlei dingen uit het verleden samenpakken en op een
interessante manier samenbrengen?